In deze samenvattingen zijn alle hoofdstukken samengevat die op het tentamen van de eerste jaars CE studenten getoetst zal worden.
Dit zijn dus Hoofdstuk 1, Hoofdstuk 3 tot en met 9.
In elk hoofdstuk wordt elke paragraaf uitgelegd. In totaal is de samenvatting 15 pagina's, niet te lang en heel o...
Samenvatting Commerciële
Economie Blok 4
Hoofdstuk 1 De organisatiestructuur binnen een onderneming
Paragraaf 1.1 De organisatiestructuur
Henry Mintzberg is een Canadese managementwetenschapper. Hij geldt als een autoriteit op
het gebied van organisatiestructuren en organisatie-ontwerp. Hij ontwikkelde een model om
organisaties makkelijker in te delen en te herkennen. Binnen dat model wordt vooral gekeken
naar dat deel van de organisatie dat de meeste invloed heeft op het resultaat, het
zogenaamde dominante organisatiedeel. Daarnaast wordt gekeken naar de meest gebruikte
manier om activiteiten in een organisatie te sturen en op elkaar af te stemmen, het
belangrijkste coördinatiemechanisme.
Volgens Mintzberg bestaan organisatiestructuren feitelijk uit maximaal zes onderdelen. Het
belangrijkste onderdeel hiervan bepaalt de aard van de organisatie.
Deze zes organisatieonderdelen zijn:
1. De strategische top: denk aan de directie van een
organisatie.
2. Het lijnmanagement: ook wel het middenkader
genoemd.
3. De werkvloer: verantwoordelijk voor uitvoering van
de werkzaamheden.
4. De ondersteunende staf (support): afdelingen als
personeelszaken en facility management.
5. De technostructuur: ondersteunende stafafdelingen
zoals planning, IT of logistiek.
6. De ideologie: de bedrijfscultuur, normen en waarden
en andere niet-materiële doelen.
De zeven organisatietypen van Mintzberg:
1. Entrepreneurial organization (eenvoudige structuur).
2. Machine organization (machinebureaucratie).
3. Professional organization (professionele
bureaucratie).
4. Diversified organization (divisiestructuur).
5. Innovative organization (adhocratie).
6. Missionary organization (zendingsorganisatie).
7. Political organization (politieke organisatie).
,Paragraaf 1.2 De Organisatievormen
Er bestaan verschillende soorten organisatievormen. Hier volgen de vier belangrijkste
1. De lijnorganisatie:
Een lijnorganisatie is een organisatie waar boven elke werknemer een manager
staat. In deze organisaties zijn taken toebedeeld aan afdelingen. De lijnorganisatie is
een veelgebruikte organisatiestructuur. Qua vorm lijkt de lijnorganisatie op een
piramide: van boven smal en breed uitlopend naar beneden.
2. Lijn-staforganisatie:
Een lijn-staforganisatie is een lijnorganisatie waaraan één of meer stafafdelingen zijn
toegevoegd. De toevoeging ‘staf’ geeft aan dat de onderneming met adviseurs en/of
adviesafdelingen werkt, die dus ‘buiten’ de lijn vallen.
3. Matrixorganisatie:
Een matrixorganisatie is een organisatiestructuur die vaak in grote organisaties
wordt toegepast. Hierbij rapporteren de deelnemers aan meerdere personen. De
organisatievorm is dan opgedeeld naar verschillende gezichtspunten, bijvoorbeeld
naar productgroep en naar geografische regio. Een medewerker heeft twee
leidinggevenden, namelijk het hoofd van de productgroep én het hoofd van de
geografische regio. In de top moet dan afgesproken zijn hoeveel zeggenschap elke
leidinggevende heeft en welke terreinen die zeggenschap bestrijkt. Dit laatste kan
conflicten geven in het geval dat leidinggevenden onderling te weinig afstemmen.
Tevens betekent de dubbeltaak vaak een zware belasting voor de deelnemers. In de
matrixorganisatie werken lijn- en stafmedewerkers niet naast elkaar maar met elkaar.
4. Projectorganisatie:
Als binnen een wat grotere organisatie een ingewikkeld project moet worden
uitgevoerd, kan de onderneming specialisten van verschillende terreinen bij elkaar in
een groep plaatsen. Dit heet een projectgroep. Dit is vaak een tijdelijk
samenwerkingsverband van verschillende specialisten die samen een doel moeten
realiseren. Aan het hoofd van een projectgroep staat een projectleider.
Paragraaf 1.3 Management en leiderschap
Het boek Excellente ondernemingen van Peters en Waterman uit 1982 behoort tot de
bestverkochte managementboeken. Het auteurs duo signaleert hierin acht thema’s die
succesvolle bedrijven met elkaar gemeen hebben. Nu, ruim 35 jaar na de verschijning van
het boek, zijn die thema’s nog altijd van belang.
De acht thema’s behelzen in vogelvlucht:
1. Een actiegerichte oriëntatie: niet te veel plannen, maar doen.
2. Een klantgerichte instelling: luisteren naar hen die uw diensten gebruiken.
3. Autonomie en ondernemingsgeest: op zoek naar innovatie en productvoorvechters.
4. Productiviteit door de inzet van mensen: vertrouwen en geloven in je medewerkers.
5. Persoonlijke inzet en waardenbewustzijn: elke dag uiting geven aan dat waarin u
gelooft.
6. Schoenmaker blijf bij je leest: weten waar u goed in bent en waarin niet.
7. Eenvoudige organisatie met kleine staf: groeien daar waar het echt nodig is.
8. Vrijheid in gebondenheid: (bedrijfsbreed) gedeelde waarden, maar autonomie op de
werkvloer.
Paragraaf 1.4 Agile
Deze paragraaf gaat over agile. Dit Engelse woord kun je het beste vertalen als ‘wendbaar’.
Het is een manier van werken aan een project waarbij je zo wendbaar mogelijk probeert te
blijven. Dit wil zeggen dat je te allen tijde de aanpak kunt aanpassen aan veranderende
omstandigheden, zoals de wensen van je klanten, de producten of diensten van je
concurrenten, wensen van de aandeelhouders, de economische omstandigheden et cetera.
, Agile bestaat uit de volgende principes:
1. Vraaggericht werken
2. Iteratief werken (werken met korte overzichtelijke periodes)
3. Concrete deelresultaten opleveren
4. Continue feedback
5. Multidisciplinaire & zelforganiserende teams
6. Persoonlijke, mondelinge & visuele communicatie
7. Kort-cyclisch plannen
Bij agile-werken wordt iteratief gewerkt. Iteratief betekent letterlijk ‘herhalend’. Binnen agile-
werk je altijd naar de beste oplossing voor het klantprobleem. Dat betekent dat je bijstuurt
zodra je merkt dat de vooraf bedachte oplossing toch niet het beste antwoord op de
klantvraag is. Het eindresultaat (datgene wat de behoefte van de opdrachtgever vervult) is
vooraf dus niet precies te voorspellen. Daarom deel je al het te verrichten werk op in korte
overzichtelijke periodes (iteraties), die als het ware steeds een mini-project op zich vormen.
Traditionele teams vs. Agile teams^
Scrum
Eén van de meest gebruikte methodes binnen de agile-werken is scrum. Deze methode
werkt als volgt. Een product wordt geproduceerd door een multidisciplinair team. Elke
ochtend komen de teamleden kort bijeen om de stand van zaken en de dingen waar zij
tegenaan lopen te bespreken. Het team levert tussenproducten op en toetst of die naar
tevredenheid van de opdrachtgever zijn. Omdat op deze manier het project steeds wordt
gemonitord, blijft het project continu zichtbaar. Op die manier kan het team, indien nodig,
snel inspelen op veranderingen en het project bijsturen.
Communicatie
Communicatie tussen leden van een agile-werkend team verloopt zo veel
mogelijk mondeling en persoonlijk. Teamleden komen regelmatig samen en werken zo
veel mogelijk op één locatie. Zo kunnen ze gemakkelijk overleggen. Dit werkt sneller dan
eindeloos e-mails en documenten over en weer sturen. Daarnaast voorkomt deze manier
van communiceren ook misverstanden, draagt zij bij aan een goede samenwerking en
stimuleert ze discussie, waardoor betere resultaten kunnen worden bereikt. In agile-teams
wordt bovendien veel visueel gewerkt. Dit wil zeggen dat zaken niet (alleen) in geschreven
tekst worden weergegeven, maar vooral ook in schema’s, modellen, visuals, et cetera.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller HvACEJaar1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.24. You're not tied to anything after your purchase.