1 Het urinaire stelsel
1.1 Het urinaire stelsel dat uit nieren, de urineleider, de urineblaas
en de urinebuis bestaat, heeft 3 belangrijke functies
1. Excretie: de verwijdering van organische afvalstoffen uit lichaamsvloeistoffen
2. Eliminatie: lozing van deze afvalstoffen naar buiten
3. Homeostatische regeling van volume en concentratie opgeloste stoffen in
bloedplasma
Uitscheidingsfuncties w uitgevoerd door 2 nieren = organen die urine vormen, een
vloeistof die water, ionen en kleine opgeloste stoffen bevat
1. Urine uit nieren
2. Urinewegen = urineleiders: gepaarde buizen
3. Urineblaas: gespierde zak voor tijdelijke opslag
4. Urinebuizen naar buiten
Urineblaas en urinebuizen verantwoordelijk lozen proces = mictie
Homeostatische functies:
- Reguleren bloedvolume en bloeddruk: volume water aanpassen dat met urine
verloren gaat, het afgeven van erytropoëtine en renine
- Reguleren van conc natrium, kalium, chloride en andere ionen: door te regelen
hoeveel veloren met urine en conc calciumionen regelen via vorming calcitriol
- Bijdragen aan stabiliseren van pH in bloed: door verlies H+-ionen en HCO3- in urine
te regelen
- Behoud van waardevolle voedingstoffen: zoals glucose en aminozuren door te
voorkomen dat ze met urine uitgescheiden w, terwijl organische afvalstoffen w
uitgescheiden
,1.2 De sterk doorbloede nieren bevatten functionele eenheden,
zogenoemde nefronen, waarin filtratie, reabsorptie en excretie
plaatsvindt
Ligging:
Nieren bevinden zich weerzijden wervelkolom tussen de laatste borst- en derde
lendenwervel. Rechternier licht iets lager linker en liggen beide tussen spieren van
dorsale lichaamswand en bekleding buikholte
Positie = retroperitoneaal, omdat organen achter buikvlies liggen
Worden op plaats gehouden door:
1. Bovengelegen buikvlies
2. Contact met aangrenzende organen
3. Ondersteunende bindweefsel
Beide nieren bedekt en aan omgevende weefsel verankerd door een dicht, fibrues
nierkapsel en verpakt in zacht kussen vetweefsel
Samen collagene vezels die kapsel omringen, zorgen deze bindweefsel ervoor dat
nierfunctie niet verstoord door schokken en plotselinge bewegingen.
Als ophangbanden beschadigd: nieren van plaats geraken en eraan vastzittende
bloedvaten en ureter beschadigen = wandelende nier = gevaarlijk bloedvaten en
ureters draaien of knikken
1.2.1 Uitwendige anatomie en anatomie van nieren op doorsnede
Gemiddeld: roodbruin en 10cm lang, 5,5cm breed en 3cm dik
Een instulping = nierpoort: plaats ureter en v. renalis uittreden en a. renalis en plexus
renalis binnenkomen
Nierkapsel = vezelig kapsel: bedekt opp van nier en omgeeft renale sinus (= een
interne holte)
Nier verdeeld in buitenste nierschors
(cortex) en binnenste niermerg
(medulla)
Niermerg: bevat 6-18
kegelvormige nierpiramiden, uiteinde
elke piramide, nierpapil, steekt in de
renale sinus uit
Banden van schorsweefsel = columnae
renales: omhullende laagje cortex en nabijgelegen
weefsels van columnae
, In nierpiramiden en bovengelegen
delen nierschors w urine gevormd.
Binnen elke nierpapil w urine
afgevoerd via buizen naar
komvormige holte = calix minor
4/5 calices minores vormen samen
2/3 calices majores vormen samen,
trechtervormig compartiment =
nierbekken
Nierbekken: verbonden ureters; door
deze buizen loopt urine de nier uit
blaas
Urinevorming begint in nierschors, in
microscopisch kleine structuren =
nefronen (niereenheden)
1.2.2 De bloedtoevoer naar de
nieren
Ontvangen 20-25% totale hartminuurvolume
Beide nieren krijgen bloed door a. renalis (nierslagader) die aan buikaorta ontspringt
Arteriae interlobulares renis Nierarteriën die vertakt z in renale sinus
Interlobulaire arteriën Lopen tussen nierpiramiden nr buiten
aa. arcuatae Arteriën monden hierin uit
Lopen tussen grensgebied cortex en
medulla
Ontspringen:
Interlobulaire arteriën Voorzien schors vna bleod
Vertakken:
Afferente arteriolen Voert bloed naar capillairen van
afzonderlijke nefronen
Efferente ateriolen Bloed uit nefronen stroomt weg
Bloed stroomt naar capillairnet rond
nierbuisjes =
Peritubulaire capillairnet Licht rond proximale en distale tubulus
contortus van nefron
Bieden route voor opnemen en afgeven
stoffen die door dit gedeelte nefron w
afgegeven of geabsorbeerd
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller melissamaris1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.