Beknopte samenvatting van het boek "Beginselen van het Belgisch Staatsrecht", geschreven en gedoceerd door prof. Christian Behrendt, uit de eerste bachelor rechten aan de KU Leuven. Aangevuld met notities.
In deze samenvatting geen ellenlange zinnen, maar duidelijk gestructureerde kernwoorden zod...
Samenvatting Staatsrecht (PUBI) – 1BA Rechten, KU Leuven 2020-2021
Behrendt, C., & Vrancken, M. (2020). Beginselen van het Belgisch staatsrecht. Die Keure.
Inhoudsopgave
INLEIDEND DEEL .................................................................................................................................. 3
AFDELING 1 – DE BEKENDMAKING EN INWERKINGTREDING VAN DE IN BELGIË VAN TOEPASSING ZIJNDE RECHTSNORMEN3
AFDELING 2 – FEDERAAL BELGIË: HET GRONDGEBIED EN DE ONDERVERDELINGEN ERVAN ......................................... 4
AFDELING 3 – DE ALGEMENE BELEIDSDOELSTELLINGEN VAN HET FEDERALE BELGIË ................................................. 6
DEEL 1 – DE ORGANEN VAN DE FEDERALE OVERHEID, VAN DE GEMEENSCHAPPEN EN VAN DE
GEWESTEN ...................................................................................................................................... 7
HOOFDSTUK 1 – DE WETGEVENDE MACHT ................................................................................................ 7
INLEIDENDE AFDELING – UITPUTTEND KARAKTER VAN DE PARLEMENTAIRE WEG ..................................................... 7
AFDELING 1 – DE FEDERALE WETGEVENDE MACHT ............................................................................................ 7
AFDELING 2 – DE WETGEVENDE VERGADERINGEN VAN DE DEELGEBIEDEN ............................................................. 9
AFDELING 3 – DE WERKING VAN DE WETGEVENDE VERGADERINGEN .................................................................. 10
AFDELING 4 – HET STATUUT VAN DE PARLEMENTSLEDEN.................................................................................. 12
AFDELING 5 – DE WETTELIJKE NORMEN......................................................................................................... 13
AFDELING 6 – DE PROCEDURE BETREFFENDE HET TOT STAND BRENGEN VAN DE WETTELIJKE NORMEN ...................... 14
AFDELING 7 – DE CONTROLEBEVOEGDHEID VAN DE WETGEVENDE VERGADERINGEN.............................................. 16
HOOFDSTUK 2 – DE UITVOERENDE MACHT.............................................................................................. 20
AFDELING 1 – DE KONING EN DE FEDERALE REGERING ..................................................................................... 20
AFDELING 2 – DE REGERINGEN VAN DE DEELGEBIEDEN .................................................................................... 22
AFDELING 3 – DE WERKING VAN DE UITVOERENDE MACHT ............................................................................... 23
AFDELING 4 – DE PREROGATIEVEN VAN DE UITVOERENDE MACHT ...................................................................... 25
HOOFDSTUK 3 – DE GRONDWETGEVENDE MACHT .................................................................................... 28
AFDELING 2 – DE HERZIENING VAN DE GRONDWET ......................................................................................... 28
DEEL 2 – DE BEVOEGDHEDEN VAN DE FEDERALE OVERHEID, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE
GEWESTEN .................................................................................................................................... 29
HOOFDSTUK 1 – DE BEGINSELEN DIE DE VERDELING VAN DE BEVOEGDHEDEN REGELEN...................................... 29
AFDELING 1 – HET EXCLUSIVITEITSBEGINSEL VAN DE BEVOEGDHEDEN ................................................................. 29
AFDELING 2 – HIËRARCHISCHE GELIJKHEID TUSSEN DE FEDERALE OVERHEID EN DE DEELGEBIEDEN ............................ 29
AFDELING 3 – TOEPASSING VAN HET BEGINSEL IN FORO INTERNO, IN FORO EXTERNO ............................................ 29
AFDELING 4 – DE AFWEZIGHEID, DE JURE, VAN SUBNATIONALITEITEN ................................................................. 29
HOOFDSTUK 2 – DE BEVOEGDHEDEN VAN DE FEDERALE OVERHEID ............................................................... 31
HOOFDSTUK 3 – DE BEVOEGDHEDEN VAN DE GEMEENSCHAPPEN................................................................. 31
AFDELING 1 – DE BEVOEGDHEDEN VAN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP.............................. 31
AFDELING 2 – DE BEVOEGDHEDEN VAN DE GGC ............................................................................................ 32
AFDELING 3 – BEVOEGDHEDEN VAN DE FRANSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE EN DE VGC ...................................... 33
AFDELING 4 – GEDEELTELIJKE REGIONALISERING: DE SINT-KWINTENS-CLAUSULE .................................................. 33
HOOFDSTUK 4 – DE BEVOEGDHEDEN VAN DE GEWESTEN ........................................................................... 35
AFDELING 1 – DE BEVOEGDHEDEN VAN HET VLAAMS, WAALS EN BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST.................... 35
AFDELING 2 – VOLLEDIGE COMMUNAUTARISERING VAN DE UITOEFENING VAN DE GEWESTBEVOEGDHEDEN .............. 36
AFDELING 3 – GEDEELTELIJKE COMMUNAUTARISERING VAN DE UITOEFENING VAN DE GEWESTBEVOEGDHEDEN ......... 36
1
,HOOFDSTUK 5 – DE GEMEENSCHAPPELIJKE BEVOEGDHEDEN ....................................................................... 37
AFDELING 1 – DE PARALLELLE BEVOEGDHEDEN ............................................................................................... 37
AFDELING 2 – DE IMPLICIETE BEVOEGDHEDEN ................................................................................................ 37
HOOFDSTUK 6 – DE CONSTITUTIEVE AUTONOMIE VAN DE DEELGEBIEDEN....................................................... 37
HOOFDSTUK 7 – DE TENUITVOERLEGGING VAN DE BEVOEGDHEDEN .............................................................. 38
AFDELING 1 – HET CONFLICTUEEL FEDERALISME ............................................................................................. 38
AFDELING 2 – HET COÖPERATIEF FEDERALISME .............................................................................................. 38
HOOFDSTUK 8 – DE UITOEFENING VAN DE BEVOEGDHEDEN DOOR DE GEMEENTEN EN DE PROVINCIES .................. 40
HOOFDSTUK 9 – DE INTERNATIONALE BEVOEGDHEDEN VAN DE FEDERALE OVERHEID, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE
GEWESTEN....................................................................................................................................... 41
AFDELING 1 – DE INT. BETREKKINGEN, DE GRONDWET EN HET BELGISCH FEDERALISME ......................................... 41
AFDELING 2 – BEGINSELEN M.B.T. HET VOEREN VAN HET BUITENLANDS BELEID EN HET SLUITEN EN OPZEGGEN VAN DE
VERDRAGEN ............................................................................................................................................. 41
AFDELING 3 – TYPOLOGIE VAN DE VERDRAGEN IN FEDERAAL BELGIË EN DE MODALITEITEN VOOR HET SLUITEN DAARVAN
.............................................................................................................................................................. 41
AFDELING 5 – DE INTERNATIONALE VERTEGENWOORDIGING VAN BELGIË ............................................................ 42
DEEL 3 – DE FINANCIERING VAN DE FEDERALE OVERHEID, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN
..................................................................................................................................................... 43
2
,Inleidend deel
Afdeling 1 – De bekendmaking en inwerkingtreding van de in België van toepassing zijnde
rechtsnormen
De bekendmaking van de in België van toepassing zijnde rechtsnormen
• Bekendmaking is…
o …een voorwaarde voor inwerkingtreding (art. 190 Gw.)
o …verplicht in een beperkt publicatieblad, tenzij: gemeentelijk, provinciaal of
door arrondissementscommissarissen
o …van openbaar belang (tegenvoorbeeld: gratie van de koning is niet van
openbaar belang)
De bekendmaking van normen in een publicatieblad
• 3 publicatiebladen
1. Bestuursmemoriaal: normen van provinciale raden (1/provincie)
2. Belgisch Staatsblad
• Normen van Gewesten, Gemeenschappen, federale overheid
• Klassiek volkenrecht (indien verplicht)
3. Publicatieblad van de Europese Unie: normen van de EU en Euratom, geen
bijkomende bekendmaking in Belgisch publicatieblad
• Integrale of gedeeltelijke bekendmaking
o Integraal: alle bepalingen; basisregel
o Gedeeltelijk: uittreksel of vermelding; indien besluit van de federale overheid
niet alle burgers aanbelangt
De inwerkingtreding van de normen binnen de Belgische rechtsorde
• Gemeentelijk niveau: op de 5de dag na aanplakking, tenzij anders bepaald
• Provinciale raad
o Vlaamse norm: op de 5de dag na opneming in Bestuursmemoriaal
o Waalse norm: op de 8ste dag na opneming in Bulletin provincial
• Provinciegouverneurs en arrondissementscommissarissen: bepalen zelf
• Uitvoerende normen van de federale overheid: op de 10de dag na publicatie in BSB
• Wettelijke normen van de federale overheid: op de 10de dag na publicatie in BSB
• Decreten en ordonnanties: op de 10de dag na publicatie in BSB
• Grondwettelijke normen: op de dag van de bekendmaking zelf
De verschillende fasen van grondwetsherziening en staatshervorming
• 7 herzieningen vs. 6 staatshervormingen
SH 1 SH 2 SH 3 SH 4 SH 5 SH 6
1970 1980 1988 1993 2001 2014
3
,Afdeling 2 – Federaal België: het grondgebied en de onderverdelingen ervan
De bekrachtiging van de federale structuur van het land
• Koninkrijk België
o Samengesteld uit gemeenschappen en gewesten
o Aanvulling art. 1 Gw.: de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie als
‘4de Gemeenschap’
De wijziging van de internationale grenzen van het Koninkrijk
• 3 belangrijke veranderingen
1. Verlies helft provincie Luxemburg + helft Limburg + Maastricht (1839): t.g.v.
Verdrag van Londen
2. Overdracht Oostkantons DE è BE (1919): t.g.v. Verdrag van Versailles
3. “Corridor” als spoorlijnverbinding over Duits grondgebied: t.g.v. Verdrag van
Versailles
• Art. 7 Gw.: wijzigen van de lands- en zeegrenzen
• Normale procedure: geen volgorde voor bekrachtiging en instemming
• Bij toepassing van art. 7 Gw.: instemming moet voor bekrachtiging è
“krachtens de wet”
De vier taalgebieden van het Koninkrijk
1. Nederlands taalgebied
2. Frans taalgebied
3. Tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad
4. Duitse taalgebied
• Evolutie van de taalkwestie en ontstaan van het begrip taalgebied
o Art. 4 Gw. betreffende de taalgebieden
o Alle gemeenten behoren tot taalgebied, met uitzondering van 6 gemeenten
(voor 1970)
o 2 ontwikkelingen betreffende de taalgrens (1970)
§ Speciale arrondissement 6 gemeenten afschaffen è bij NL taalgebied
§ Taalgrens definitief vastgelegd in Gw. è geen uitzonderingen meer in
art. 4 Gw.
o Zeegrens: gemiddelde ebvloedlijn = laagwaterlijn
• De procedure betreffende de wijziging van de grenzen van de taalgebieden è
BIJZONDERE (MEERDERHEIDS)WET
o 6 meerderheidsvoorwaarden = aantal stemmen (waarbij geen rekening w
gehouden met onthoudingen)
1. Meerderheid stemmen in Nederlandse taalgroep Kamer
2. Meerderheid stemmen in Franse taalgroep Kamer
3. Meerderheid stemmen Nederlandse taalgroep Senaat
4. Meerderheid stemmen Franse taalgroep Senaat
5. 2/3de meerderheid stemmen Kamer
6. 2/3de meerderheid stemmen Senaat
o 4 quorumvoorwaarden = aanwezigheid
1. Meerderheid aanwezig Nederlandse taalgroep Kamer
2. Meerderheid aanwezig Franse taalgroep Kamer
4
, 3. Meerderheid aanwezig Nederlandse taalgroep Senaat
4. Meerderheid aanwezig Franse taalgroep Senaat
De drie gewesten van het Koninkrijk
• Het jaar 1970 en de fictieve oprichting van de drie Gewesten
o Art. 107 Gw. slechts als melding dat de drie Gewesten opgericht zullen worden
• Het jaar 1980 en de effectieve oprichting van het Waalse en Vlaamse Gewest
o Tweede staatshervorming
o BWHI als einde van de voorlopige regionaliseringswet è definitieve Gewesten
o Wallonië: gewestelijke bevoegdheden niet gecommunautariseerd (In
Vlaanderen wel)
• Het jaar 1989 en de effectieve oprichting van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest
o Derde staatshervorming
o BWBru
De provincies
• De indeling van het nationale grondgebied in provincies
o Historisch
§ Oorspronkelijk: 9 provincies (Brabant ongesplitst)
§ Art. 5 lid 2 Gw.: federale wetgever kan bij bijzondere meerderheid
grondgebied onttrekken uit provincie = Voeren-clausule
• Gouverneur per provincie: federale regeringscommissaris +
vertegenwoordiger van zijn provincie
• De wijzigingen van de provincie- en gemeentegrenzen
o Art. 7 Gw.: geen wijziging van eender welke grens dan krachtens een wet
o Provinciegrenzen
§ Afhankelijk van de aard van de grens
• Internationale grens: federale wet bij gewone meerderheid
• Tussen 2 gewesten of aan de taalgrens: federale wet bij
bijzondere meerderheid
• Binnen eenzelfde gewest: gewestdecreet bij gewone
meerderheid
o Gemeentegrenzen
§ Afhankelijk van de aard van de grens
• Internationale grens: federale wet bij gewone meerderheid
• Tussen 2 gewesten: federale wet bij bijzondere meerderheid
• Provinciegrens: decreet
• Binnen eenzelfde provincie/gewest: decreet of ordonnantie
• De onderverdelingen van de provincies: de arrondissementen (artikel 6)
o Art. 6 Gw.: onderverdelingen van provincies vastleggen bij wet
o Onderscheid
§ Administratieve arrondissementen (43) = bestuurlijke onderverdeling,
geregeld door Waals Gewest/Vlaamse Gemeenschap
• Arrondissementscommissaris: gouverneur bijstaan bij zijn taken
§ Gerechtelijke arrondissementen (12) = geregeld door federale
overheid
5
, De drie Gemeenschappen van het Koninkrijk (artikel 2)
• Art. 2 Gw.: 3 gemeenschappen
• Bestaan + grondgebied geregeld door Grondwet
Afdeling 3 – De algemene beleidsdoelstellingen van het federale België
Titel Ibis Gw. “Algemene Beleidsdoelstellingen van het federale België”
• Art. 7bis (enige bepaling) è vrij zwakke rechtskracht
6
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller apfelstrudel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.55. You're not tied to anything after your purchase.