College 5 – Decentralisatie
De verhouding tussen de centrale overheid en de decentrale overheden
Onderwerpen
1. Gedecentraliseerde eenheidsstaat
2. Autonomie en medebewind
3. Bestuurlijk toezicht
4. Spontane vernietiging
5. Taakverwaarlozing
6. Financiële verhouding
7. Gemeenten en Europa
I. GEDECENTRALISEERDE EENHEIDSSTRAAT
Nederland is een gedecentraliseerde eenheidsstaat
Eenheidsstaat: de soevereiniteit ligt bij één overheidsverband. Dit uit zich in het feit dat we
slechts één Grondwet kennen. Daarnaast zijn enkele belangrijke overheidsfuncties op het
centrale niveau neergelegd en uitgeoefend (bijvoorbeeld rechtspraak, defensie, en buitenlands
beleid).
Duitsland kent een gedeelde soevereiniteit. Deze is gedeeld tussen de federale deelstaten, met ieder
een eigen grondwet. Tevens betekent dit dat de grondwet van een federale staat niet gewijzigd kan
worden zonder instemming van de deelstaten. Hierdoor kunnen de bevoegdheden van de deelstaten
nooit eenzijdig door de federale staat worden ingeperkt.
Tevens is Nederland een gedecentraliseerde eenheidsstaat. Hiertoe zijn enkele kenmerken te noemen:
De Grondwet geeft aan dat er naast een centrale, soevereine overheid, territoriale eenheden
zijn met eigen bevoegdheden tot regelgeving en bestuur. Denk aan de gemeente en de
provincies, en de waterschappen (functionele eenheden).
De Grondwet geeft in hoofdlijnen aan wat de bevoegdheden zijn van de decentrale overheden.
In sommige gevallen concreet (zie art. 127 Gw), in andere gevallen globaal (art. 133(2) Gw).
Art. 127 Gw
Provinciale staten en de gemeenteraad stellen, behoudens bij de wet of door hen krachtens de
wet te bepalen uitzonderingen, de provinciale onderscheidenlijk de gemeentelijke
verordeningen vast.
Art. 133(2) Gw
De wet regelt de verordenende en andere bevoegdheden van de besturen van de
waterschappen, alsmede de openbaarheid van hun vergaderingen.
De centrale overheid houdt toezicht op de bevoegdheidsuitoefening door de lagere overheden.
In een federale staat legt de Grondwet vast wat de bevoegdheden zijn van de decentrale
overheden en de federale staat, en wat gedeelde bevoegdheden zijn. In Nederland kennen wij
dit niet – dientengevolge kan de centrale overheid bevoegdheden toekennen en afnemen van
de decentrale overheden. Tevens maakt hetgeen de decentrale overheden toekomt zeer fluïde.
Hun exclusieve bevoegdheden staan niet vast. Hierbij speelt een rol dat wij geen
, constitutioneel hof hebben dat kan toetsen welke overheid bevoegd is op welk gebied
(Duitsland kent dit wel).
II. AUTONOMIE EN MEDEBEWIND
In een gedecentraliseerde eenheidsstaat onderscheidt men autonomie en medebewind.
Autonomie
Artikel 124 lid 1 Gw
Voor provincies en gemeenten wordt de bevoegdheid tot regeling en bestuur inzake hun
huishouding aan hun besturen overgelaten.
Artikel 108 lid 1 Gemw
De bevoegdheid tot regeling en bestuur inzake de huishouding van de gemeente wordt aan het
gemeentebestuur overgelaten.
De terminologie ‘huishouding’ en ‘overgelaten’ indiceert dat er sprake is van autonomie. Men
heeft dan immers de vrijheid om eigen bevoegdheden te regelen, te besturen, én ervan af te
zien. Het staat Gemeentebesturen dientengevolge vrij bepaalde onderwerpen niet te regelen.
Autonomie is dan ook decentralisatie bij uitstek.
Voorbeelden van autonomie:
De verplichtingen van de Gemeentewet, denk aan:
o De verplichting de begroting vast te stellen;
o De verplichting de belastingverordening vast te stellen;
o De verplichting apv vast te stellen;
o De verplichting een inspraakverordening vast te stellen.
De verplichtingen van buiten de Gemeentewet:
o Sport- en recreatievoorzieningen;
o Subsidieverordeningen;
o Wegenbeheer.
Medebewind
Artikel 124 lid 2 Gemw
Regeling en bestuur kunnen van de besturen van provincies en gemeenten worden gevorderd
bij of krachtens de wet.
Artikel 108 lid 2 Gemw
Regeling en bestuur kunnen van het gemeentebestuur worden gevorderd bij of krachtens een
andere dan deze wet ter verzekering van de uitvoering daarvan, met dien verstande dat het
geven van aanwijzingen aan het gemeentebestuur en het aan het gemeentebestuur opleggen of
in zijn plaats vaststellen van beslissingen, slechts kan geschieden indien de bevoegdheid
daartoe bij de wet of krachtens de wet bij provinciale verordening is toegekend.
Wat de terminologie, duidt ‘vorderen’ (iets verplichten) op gevorderd medebewind door de
formele wet of provinciale verordening – gemeentebestuur is dan verplicht medewerking te
verlenen. Medebewind is de verplichte medewering aan andere wetten. Medebewind past dan
ook meer bij de eenheidsstaat.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller robinUM. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.59. You're not tied to anything after your purchase.