100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Ondernemingsrecht $5.93
Add to cart

Summary

Samenvatting Ondernemingsrecht

 2 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van alle drie de blokken van het vak ondernemingsrecht: 1) inleiding privaatrecht 2) ondernemingsrecht 3) sociale zekerheidsrecht

Preview 4 out of 45  pages

  • May 17, 2021
  • 45
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting Ondernemingsrecht
Deel 1: Privaatrecht

HC 1 – Introductiecollege

Kernbegrippen
- Ondernemingsrecht: de juridische structuur voor Nederlandse ondernemers. Enerzijds
juridische infrastructuur, anderzijds het beiden van bescherming bij de onderneming
betrokken vennoten.
- Rechtssubjecten
o Natuurlijke personen – mensen
o Rechtspersonen – creatie van het recht. Organisatie die als juridische eenheid
(rechtssubject) opereert en eigen rechten en verplichtingen heeft die los staan
van de rechten en verplichtingen van de eigenaar.
- Rechtsobject: voorwerp van het recht
- Dwingend recht: afwijken niet toegestaan
- Regelend aanvullend recht: afwijken toegestaan




Rechtsbronnen
- Rechtsbronnen: rechtsbronnen waaruit rechtsnormen voortvloeien.
o De wet
1. De wet in formele zin: een besluit afkomstig van de Regering en Staten-
Generaal (art. 81 Grondwet; herkomst van de wet), bijvoorbeeld de
Wegenverkeerswet.
2. Wet in materiële zin: ieder wetgevend besluit dat bestemd is voor een
onbepaald aantal (niet bij name genoemd) mensen, bijvoorbeeld een
voorschrift dat afkomstig is van een bevoegd orgaan (minister of
gemeenteraad.
o Rechtspraak / jurisprudentie
 Wetten niet altijd duidelijk / geven niet altijd antwoord op rechtsvragen.

,  De uitspraken van de Nederlandse hoogste rechter (de Hoge Raad worden
arresten genoemd)
o Verdragen: internationaal recht bijvoorbeeld de Rechten van de Mens
o Gewoonte: recht dat spontaan ontstaat binnen de rechtsgemeenschap.




- “Hogere” wet gaat voor “lagere” wet.
- Organisatie rechtspraak: Rechtbank -> Gerechtshof (Ondernemingskamer)-> Hoge Raad

HC 2 – Vermogensrecht
Boek 3, 5 en 6 BW

Vermogensrecht
- Vermogen zijn zowel de positieve als de negatieve bestandsdelen.
- Vermogensrecht: geheel van rechtregels betreffende het vermogen
o Verbintenissenrecht: relaties tussen (rechts)personen (dynamisch gedeelte)
o Goederenrecht: relaties tussen personen en goederen (statisch gedeelte)
 Zaak art. 3:2 BW

Goederenrecht
Zaak:
- Onroerend zijn de grond en alles wat daarmee duurzaam verenigd is zoals gebouwen en
beplantingen (art. 3:3 lid 1 BW)
- Roerende zaken zijn alle zaken die niet onroerend zijn (art. 3:3 lid 2 BW)
o De eigenaar van haar zaak is tevens de eigenaar van al haar bestandsdelen (art.
5:3 BW)
 Bestandsdeel is al hetgeen dat volgens de verkeersopvattingen eigendom
uitmaakt van een zaak (art. 3:4 lid 1)
- Natrekking: het verbonden raken aan een zaak. Een roerend goed kan onroerend goed
worden.
- Registergoed: goederen voor welke overdracht of vestiging inschrijving in daartoe
bestemde openbare registers noodzakelijk is. Registergoederen zijn alle onroerende
goederen zoals gebouwen etc., maar ook enkele roerende goederen zoals schepen en
vliegtuigen.
Vermogensrecht:

, - Vermogensrechten: rechten die met een ander recht (afzonderlijk of tenzamen)
overdraagbaar zijn, of er toe strekken de rechthebbende stoffelijk voordeel te
verschaffen, ofwel verkregen zijn in ruil voor, verstrekt of in het vooruitzicht gesteld
stoffelijk voordeel, zijn vermogensrechten
o Vorderingsrecht: geld lenen van je ouders voor studie
o Eigendomsrecht: vader heeft mooi huis, als hij overlijdt krijg jij het
o Hypotheekrecht: vader heeft huis niet helemaal zelf kunnen betalen, hypotheek
op huis.
o Recht van gebruik en bewoning: huis van vader staat leeg en dochter gaat erin en
gebruikt het huis.
 Van rechten ben je geen eigenaar maar rechthebbende.

Absolute vs. subjectieve rechten
- Absolute (goederenrechtelijke) vermogensrechten: eigendom en andere
goederenrechtelijke rechten
o Kunnen rusten op een zaak of een vermogensrecht (art. 3:1 BW)
o Absolute werking -> werkt tegenover een ieder (“derden”)
- Relatieve / subjectieve (verbintenisrechtelijke) vermogensrechten
o Werkt slechts tegenover één of enkele personen (koopovereenkomst).
o Bestaat uit een doen of nalaten -> een prestatie

Andere goederenrechtelijke rechten: beperkt rechten
- Beperkte rechten op een goed (zaak of een recht) zijn geregeld in boek 3
o Vruchtgebruik, pand, hypotheek
- Beperkte rechten op een zaak zijn geregeld in boek 5
o Opstal, erfpacht, erfdienstbaarheid, appartementsrechten

Eigendom, bezit en houderschap
- Macht: ter beschikking hebben
- Bezit: houden van een goed voor jezelf
o Bezit te goeder trouw bijvoorbeeld eigenaar
o Bezit te kwader trouw bijvoorbeeld dief
- Houderschap: houden van een goed voor een ander bijvoorbeeld huurder/lener.


Verkrijging van goederen
- Algemene titel: iemand anders automatisch opvolgen in zijn gehele / gedeeltelijke
vermogen (rechten en plichten)
- Bijzondere titel: opvolging in de rechten op een bepaald vermogensbestanddeel
o Overdracht, verjaring, onteigening, in de wet geregelde gevallen bijv. natrekking,
zaaksvorming, vermenging.

Overdracht

, - Overdracht: belangrijkste wijze van verkrijging.
Drie vereisten voor overdracht (art. 3:84 lid 1 BW)
1. Geldige titel
o Meestal bestaat de titel van de overdracht uit een overeenkomst.
o Causale stelsel: ongeldige titel leidt tot een ongeldige overdracht.
o Koop, schenking, ruil wel. Huur, bewaargeving, lenen geen geldige titel.
2. Beschikkingsbevoegdheid
o Nemo plus-regel: alleen als iemand recht heeft op een goed, kan hij het recht
overdragen.
o In beginsel kan dus alleen de eigenaar zijn eigendomsrechten overdragen (een
dief niet!)
o Uitzonderingen: faillissement -> curator is beschikkingsbevoegd.
Vertegenwoordiging -> verkoper in een warenhuis is beschikkingsbevoegd.
3. Levering
o Registergoederen -> opmaken notariële akte (transportakte) + inschrijving
openbare registers
o Niet-registergoederen -> bezitsverschaffing (art. 3:90 lid 1 BW)
 Bezitsoverdracht art. 3:114 BW
 Bezitsoverdracht zonder feitelijke overdracht (art. 3:115 BW) -> vereiste is
een tweezijdige verklaring (mondeling, per mail, telefoon etc.)
 Levering door Constitutum Possessorium (art. 3:115 sub a BW)
o Goed dat je verkoopt nog tijd in bezit houdt
o Het geval dat de vervreemder de zaak nog enige tijd onder
zicht houdt
 Traditio brevi manu (art. 3:115 sub b BW)
o “Levering met korte hand”
o Het geval dat de verkrijger de zaak reeds in handen had
 Traditio longa manu (art. 3:115 sub c BW)
o “Levering met lange hand”
o Situatie dat ze al voor levering in handen is van een derde
en dat na de levering ook blijft.


HC 3 – Vermogensrecht: goederenrecht (vervolg)

Leveringswijze van vorderingen
- Vorderingen op naam is een cessie
o Degene die de vordering overdraagt heet een cedent
o Degene aan wie de vordering wordt overgedragen (de nieuwe crediteur) wordt
cessionaris genoemd.
o Debiteur van de vordering heet debitor cessus
Twee eisen aan overdracht (art. 3:94 BW)
1. Akte van Cessie moet worden opgemaakt

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DenisevdBroek. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

69052 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$5.93  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added