Vroegmoderne tijd
Hoofdstuk 1
Oudheid middeleeuwen (renaissance ) Nieuwe tijd
Nieuwe tijd is van 1500 tot aan 1800.
Na de nieuwe tijd ontstond de nieuwste tijd (contemporaine geschiedenis). Daar waren verschillen
tussen.
1. Mondialisering van de geschiedenis. Belangrijke gebeurtenissen op het ene werelddeel
hebben ook gevolgen op andere werelddelen.
2. Er zijn diepingrijpende gevolgen van de industrialisering op alle terreinen van menselijke
activiteiten. (Economisch, sociaal, demografisch (medisch), politiek (oorlog) en cultureel
3. Het politieke bedrijf in het Westen is van karakter veranderd. Er is sprake van een opkomst
van de democratie en van totalitaire dictaturen.
4. In het westen ging maakte de christelijke cultuur steeds meer plaats voor de
geseculariseerde cultuur (verwereldlijking)
Voor historici is het niet 100% zeker wat het maakte dat de nieuwe tijd overging in de nieuwste tijd.
Veel kiezen voor 1789 (Franse revolutie) of voor 1815 (doorstart van de democratisch-revolutionaire
nationalisme, de gegoede burgerij). De aanloopperiode tussen de nieuwe- en nieuwste tijd heet ook
wel de vroegmoderne tijd.
Zelf voelen we in Europa meer een scheiding voor 1870. Dit omdat hier het modern imperialisme de
wereld een nieuwe impuls gaf. Niet alleen Engeland, maar ook andere landen in de wereld gingen
industrialiseren. De kleine eeuw voor 1870 zien we dus als overgangsperiode (vroegmoderne tijd).
Middeleeuwen en de nieuwe tijd waren beide weinig mondiaal, agrarisch-ambachtelijk,
ondemocratisch en sterk christelijk.
Op geestelijk gebied zijn de renaissance, het humanisme en de reformatie ingrijpend. Op politiek
gebied zien we staatsvormingsprocessen onder leiding van ‘nationale’ koningen. Economisch was de
ontdekking van Amerika in 1492. Ook de wetenschap werd bemoedigd dankzij een serie uitvinders.
Hoofdstuk 2 – verloop van de 16de eeuw
De politiek van de Habsburgers tot 1555
De Habsburgers hebben in de late middeleeuwen een grote machtspositie opgebouwd. Deze familie
had zelf ook een koningshuis. De familie heeft in fases hun machtspositie opgebouwd. De
belangrijkste gebeurtenissen waren de verwerving van het hertogdom Oostenrijk in de 13 de eeuw en
van Bourgondische erflanden in de 15 de eeuw (zie kaart 1, blz. 17).
D.m.v. huwelijken zorgden de Habsburgers ervoor dat er bepaalde Bourgondische erflanden werden
verworven. De keizerlijke titel werd vaak aan een Habsburger gegeven.
In de 16de eeuw vielen de Habsburgers door erfenis delen van Spanje binnen. Ze werden steeds
machtiger en dat werd ook duidelijk doordat ze zo eveneens delen van Italië verkregen.
,Columbus had in deze tijd (16de eeuw) Amerika ontdekt en ging meerdere malen van Amerika naar
Europa om o.a. grote hoeveelheden edele metalen mee te nemen. Dit was een grote steun voor de
dynastie.
Karel V was in 1500 in Gent geboren en in 1519 werd hij al tot keizer gekroond. Zijn grootste rivaal
was de koning van Frankrijk (Frans I) die zich erg omsingeld voelde door alle Habsburgse gebieden en
daarom zo veel mogelijk bondgenoten zocht tegen Karel V.
Karel V dacht niet alleen aan uitbreiding van zijn dynastieke macht, maar hij tilde ook zwaar aan zijn
verplichtingen tegenover het Christendom. Karel V zag dat het Christelijke geloof werd bedreigd door
de Turken. Dit werden conflicthaarden.
Het ontstaan van de Donau-monarchie.
Met de inname van Constantinopel (Byzamtium) in 1453 voltooiden de Turken de verovering van de
Balkan. De Sultans breiden hun rijk in 2 richtingen uit. 1 via Hongarije naar Centraal-Europa toe en via
de middellandse zee om daar Malta en Cyprus te veroveren.
1526 slag bij Mohacs (Hongarije). De koning van Hongarije, die getrouwd was met de zus van Karel
V, kwam hierbij om het leven.
De jongere broer van Karel V, Ferdinand, kwam nu aan de macht in Hongarije en de Bohemen.
Ferdinand zelf bestuurde ook al Oostenrijk. Hij heeft deze 3 landen bestuurlijk met elkaar verbonden,
waardoor hij de grondlegger werd van de latere Donau-monarchie.
Door deze slag is wel een groot deel van Hongarije in Turkse handen gekomen.
De reformatie van het Duitse Rijk.
Karel V werd geconfronteerd met problemen binnen de kerk. In 1517 had Luther 95 stelling op de
deur van de slotkapel te Wittenberg gespijkerd. Hij gaf hiermee zijn mening over belangrijke
Theologische kwesties. Aanleiding hiervoor was optreden van de aflaatpredikant Tetzel. Dit was het
begin van de Reformatie
Aflaat kon je voor geld kopen om je zonden weg te kopen.
Dankzij de drukpers werd de boodschap van Luther verspreidt. Veel mensen werden het eens met
Luther. De hoogste leden binnen de kerk waren te rijk en hadden te veel luxe. Luther zorgde ervoor
dat zijn actie als bevrijding werd gezien. Mensen vonden steeds meer dat je Gods genade alléén door
het geloof kan verwerven. Dit kan je niet kopen zoals een aflaat.
Leo X (paus van toen) vond dat Luther zich moest bedwingen, maar dat deed hij niet. Hij werd toen
met de kerkelijke ban geslagen.
Op de rijksdag van Worms in 1521 heeft Karel V de rijksban uitgesproken. De Saksische keurvorst van
het gebied waar Luther woonde heeft dit vonnis nooit uit laten voeren. De beweging van Luther zette
zich hierdoor voort (reformatorische beweging). Naast deze godsdienstige opvatting hebben ook de
politieke en maatschappelijke factoren ervoor gezorgd dat er succes was voor de Reformatie in het
Duitse Rijk.
In sommige steden begint er een kleine relatie te ontstaan tussen de Reformatie en de opkomende
burgerij. De houding van de landsvorsten (het niet optreden) en de overheid in de Rijkssteden
hebben een grote rol gespeeld in het wereldlijke succes van de Reformatie.
De overheid van de rijkssteden zagen de Reformatie als kans om hun greep op de onderdanen te
verbeteren.
,Luthers uitgangspunten werd opgenomen door sommige vorsten en rijkssteden. Dit heeft ook deels
het karakter de Lutherse kerk bepaald. Het werd opgenomen in het gebied en soms ook tot een
instrument gezien waarnaar de mensen dienen te leven.
Boerenopstand 1524-1525. Het zorgde ervoor dat Luther nog beter werd beschouwd door de
bevolking doordat hij een afwijzende houding had naar de boeren toe. Hij begon het volk te winnen.
Theoloog Thomas Müntzer (volgeling van Luther).
Luther was tegenstander van de radicaal revolutionaire wederdopers. Dit kan worden gezien als een
tweede protestantse stroming. De Wederdopers hebben in 1533 Munster met geweld veroverd. Hier
wilden ze hun heilstaat vestigen en iedereen direct laten geloven in God.
Luther koos voor de kant van de vorsten. In 1535 werd er hardhandig een einde gemaakt aan de
Wederdopers.
In de jaren 40 probeerde Karel V de protestantse vorsten die verenigd waren met het Schmalkaldisch
verbond, uit de weg te ruimen. Dit had geen succes en in 1555 werd er in Augsburg vrede gesloten.
Vanaf nu mocht iedere vorst de godsdienst bepalen in zijn gebied. Er mocht alleen gekozen worden
tussen Rooms-Katholiek en het lutheranisme. Als een bisschop zich daar niet aan hield, werd hij van
de troon gestoten. Op deze manier werd er tot 1618 vrede bewaard binnen het Duitse Rijk.
Karel V trad stevig op tegen ketters. Deze werden dankzij de inquisitie vervolgd. Inquisitie is een
rechtbank die in kettervervolging gespecialiseerd was.
Karel V wilde dat de kerken hervormd werden. Dit met behulp van een concilie (kerkvergadering). De
paus was het niet met hem eens. Uiteindelijk kwam het concilie van Trente (1545-1563).
Conflicten met Frankrijk
De koning van Frankrijk was Frans I (1515-1547). Hij was de grootste rivaal van de Habsburgers. Frans
I was met Karel V in de strijd om de keizerlijke titel te dragen.
In 1494 viel Karel VIII (van Frankrijk) Italië binnen. Voor Italië had dit grote gevolgen. De
machtsverhoudingen werden overhoopgehaald. Het vechten om Italië heeft tientallen jaren geduurd,
maar werd uiteindelijk gewonnen door de Habsburgers.
Karel V stond ook in een ander deel in Europa tegenover Frans I. Vlaanderen was nog steeds Frans,
maar dat wilden ze ook weer onder Frankrijk laten vallen. Karel V wilde dit niet en maakte in 1526
Vlaanderen weer los van de Fransen.
Karel V was een keizer en Frans I was een koning.
Al met al had Karel V veel gebieden veroverd in Hongarije, de Bohemen, in de Nederlanden en in
Italië. Aan de noordgrens van Frankrijk en in het Duitse rijk verloren ze echter veel gebieden.
De Nederlanden op weg naar een staatkundige eenheid
Bourgondië is de naam voor het hertogdom Frankrijk. Dat viel wel grotendeels buiten het Franse rijk
van toen (zie kaart 2, blz. 23). De laatste hertog van Bourgondië, Karel de Stoute (1467-1477), werd
door de Franse koning, Lodewijk XI (1461-1483), als een vijand beschouwd.
De Nederlanden waren een Bourgondische staat in wording. Daarbij zaten de centrale
regeringsinstellingen (een groot gerechtshof) en een Staten-Generaal (Volksvertegenwoordiging van
Nederland). Economisch gezien lagen de beste plekken in Brabant en Vlaanderen. Hier waren
traditierijke industrieën.
, Antwerpen Financieel centrum.
Amsterdam was in opkomst als grootste stad. Die dreven vooral handel op het Oostzeegebied.
Erfopvolging
In 1477 werd het voortbestaan van de Bourgondische staat in wording bedreigd (Kaart 2, blz. 23).
Karel de stoute kwam toen om in een veldslag. Erfgename Maria was toen de leider van deze staat.
Lodewijk XI nam vervolgens delen in het oosten en delen van het noorden bezet. De zoon van de
Duitse keizer trad op tegen Lodewijk XI. Dit was Maximiliaan van Habsburg. Hij wist te voorkomen
dat Lodewijk XI meer ging veroveren, maar hij kon de delen niet zelf terugveroveren. De Staten-
Generaal en de afzonderlijke gewesten hebben Maria onderdruk gezet. Hierdoor vertraagde de
staatsvorming voorlopig.
In 1482 stierf Maria en ging Maximiliaan regeren over de Nederlanden. Nadat ook de zoon van Maria
(Filips, 1506) was overleden kwam keizer Maximiliaan naar voren om te regeren over Nederland. Hij
was toen de opa van Karel V.
Maximiliaan kreeg naast politieke problemen ook sociale onvrede in de Nederlanden. Dit kwam door
het klassensysteem. Dit leidde tot een mindering van de gilden democratie. Vanaf toen regeerde
kleine gesloten groepen van burgers. Gildes legden zich hier niet zomaar bij neer. Dit leidde tot
opstandige stedelingen.
De bijdrage van Karel V aan de wordende eenheid
Karel van Gelre had in 1492 Gelderland veroverd. In 1543 moest hij bij het verdrag van Venlo
Gelderland afstaan aan Karel V. Hij had nu de Nederlanden compleet in bezit (Kaart 2). Dit zorgde
ervoor dat de Nederlanden stopten met groeien. De Nederlanden waren nu de 17 Nederlandse
gewesten. Karel V bevorderde de apartstelling binnen het Duitse Rijk als Bourgondische Kreits (1548).
Karel V stelde zijn zoon, Filips, aan als opvolger van de leider over de Nederlandse gewesten. Hij werd
landsbestuurder. Dit was een vooruitgang op weg naar een eenheidstaat. Hij moest ervoor zorgen
dat de gewesten weer 1 land zou worden.
Karels zus Maria werd met het koningschap belast. Dit gebeurde rond 1531. De grote raad (haar
voornaamste adviseurs) werd opgedeeld in 3 secties.
- Raad van Financiën
- de Geheime raad
- Raad van State
Elke gewest kreeg een eigen stadhouder. Als er iets misging in dat gewest was hij verantwoordelijk.
Deze stadhouder hield nauwe contacten met de stedelingen. Het platteland was minder belangrijk.
De Reformatie van de Nederlanden
In de late middeleeuwen hadden al verschillende opwekkingsbewegingen vernieuwend gewerkt in
de Nederlanden. Er werd d.m.v. geestelijke tegenbewegingen gezien dat er behoefte was aan
geestelijke vernieuwing.
Luthers invloed werd kort na 1517 merkbaar in de Nederlanden en in 1522 bestreed Karel V de
ketterij in de gewesten. In het begin ging dit vooral om kleine groepen mensen. Dit waren
voornamelijk goed ingevoerden zoals monniken en geestelijken. Dit veranderde in de jaren 30. Toen
kwamen de wederdopers in beeld. Deze groep had vooral invloed op mensen uit de laagste stand in
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller RoanVriess. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.54. You're not tied to anything after your purchase.