100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Arresten Internationaal en Europees Arbeidsrecht $3.25   Add to cart

Judgments

Samenvatting Arresten Internationaal en Europees Arbeidsrecht

 18 views  3 purchases
  • Course
  • Institution

Heldere samenvatting van de arresten Internationaal en Europees Arbeidsrecht. Op basis van deze samenvatting(en) Cum Laude afgestudeerd.

Preview 2 out of 8  pages

  • May 18, 2021
  • 8
  • 2018/2019
  • Judgments
  • Unknown
avatar-seller
Arresten Internationaal en Europees Arbeidsrecht

Internationaal
ILO, Committee on Freedom of Association – 24/03/2017 – Samsung case

NCP Den Haag – 18/07/2017 – Heineken case
- Bralima and Heineken put in significant efforts to retrieve all relevant information that was
still available, given the fact that the case relates to facts and circumstances of more than
fourteen years ago.
They emphasised that this case relates to a difficult time of (civil) war within the DRC. During
that time, Bralima’s revenues plummeted and the continuity of its business was seriously
threatened. Bralima was forced to deal with the economic and political situation at hand and,
unfortunately, had to cut costs to remain operative. This also entailed the termination of
employment agreements. Bralima and Heineken stated that, for all employees who left, the
minimum legal requirements for compensation upon departure were upheld and that no
deliberate errors were made in calculating them.
Bralima and Heineken elaborated on the complexity involved with operating in volatile and
conflict-affected areas. The decision to remain operative in such an area entails its own
challenges or dilemmas. However, they stated that a decision to leave such an area has
detrimental consequences for the employees of the business and the community as a whole
that cannot be ignored. Bralima and Heineken expressed that, during their investigation of
this case, they had not found indications of cooperation with RCD-Goma, of human rights
violations or of non
- Op 14 december 2015 diende een groep voormalige werknemers van Bralima Heineken in
Bukavu, Democratische Republiek Congo een melding in bij het Nederlandse Nationaal
Contactpunt. De melding betreft een vermeende schending van de OESO-richtlijnen voor
Multinationale Ondernemingen door Bralima en Heineken N.V. in de periode 1999-2003.
Het NCP heeft zijn goede diensten aangeboden om een dialoog te faciliteren tussen de
voormalige werknemers en Bralima en Heineken. Doel van de dialoog was om partijen tot
overeenstemming te laten komen over oplossingen in deze specifieke zaak en ten aanzien
van kwesties over de verantwoordelijkheid van Bralima en Heineken, op basis van de
Richtlijnen.
De betrokken partijen hebben het aanbod van het NCP om deel te nemen aan mediation
aanvaard. Onder leiding en voorzitterschap van het NCP vond de dialoog tussen partijen
plaats waarbij een externe mediator werd ingezet. Deze dialoog heeft geleid tot een
bevredigende uitkomst voor partijen.


Europees
HvJ EU 30 januari 1985, zaak C-143/83 Commissie v Denemarken
- 1 . Het staat de lid-staten ontegenzeglijk vrij om de verwezenlijking van het beginsel van
gelijke beloning in eerste instantie aan de sociale partners over te laten . Dit ontslaat hen
evenwel niet van de verplichting om door passende wettelijke en bestuursrechtelijke
maatregelen te waarborgen , dat alle werknemers in de gemeenschap ten volle de door de
richtlijn voorziene bescherming kunnen genieten . De overheid moet deze waarborg bieden
in alle gevallen waarin om welke reden ook een doeltreffende bescherming niet anderszins is
gewaarborgd , met name wan neer de betrokken werknemers niet bij een vakbond zijn
aangesloten , de sector in kwestie niet onder een collectieve overeenkomst valt of een
dergelijke overeenkomst het beginsel van gelijke beloning niet ten volle waarborgt .
2 . De beginselen van rechtszekerheid en van rechtsbescherming vereisen met betrekking tot
de uit richtlijn nr . 75/117 voortvloeiende rechten een ondubbelzinnige regeling , die de

, betrokkenen en met name de werknemers wier rechten niet in collectieve overeenkomsten
zijn neergelegd , op duidelijke en nauwkeurige wijze in kennis stelt van hun rechten en
plichten en de rechter in staat stelt , deze laatste te handhaven . Een ter uitvoering van de
richtlijn vastgestelde nationale wettelijke regeling voldoet niet aan deze voorwaarden ,
wanneer zij aan het beginsel van gelijke beloning een geringere draagwijdte geeft dan de
richtlijn , door het niet tevens van toepassing te verklaren op gelijkwaardige arbeid .
3 . Voor de uitlegging van een gemeenschapshandeling kan geen beroep worden gedaan op
tijdens vergaderingen van de raad genotuleerde eenzijdige verklaringen van de lid-staten ,
aangezien de objectieve strekking van de regels die door de gemeenschapsinstellingen zijn
vastgesteld , niet kan worden gewijzigd door voorbehouden of bezwaren van de lid-staten
tijdens de voorbereidende werkzaamheden .

HvJ EU 12 november 1996, zaak C-84/94 Verenigd Koninkrijk v De Raad
- 1. Artikel 118 A van het Verdrag vormt de juiste rechtsgrondslag voor de vaststelling door de
Gemeenschap van maatregelen die tot hoofddoel de bescherming van de gezondheid en de
veiligheid van werknemers hebben, en dit niettegenstaande de bijkomende gevolgen die
dergelijke maatregelen kunnen hebben voor de totstandkoming en de werking van de
interne markt. Wanneer deze bescherming moet worden verzekerd, vormt het artikel
immers een specifiekere bepaling dan de artikelen 100 en 100 A van het Verdrag, waarvan
het bestaan niet tot gevolg heeft, dat zijn werkingssfeer wordt beperkt, en moet het ruim
worden uitgelegd, wat het gebied betreft waartoe het optreden van de communautaire
wetgever ter zake van de gezondheid en de veiligheid van werknemers kan uitstrekken. Dit
optreden kan maatregelen van algemene strekking omvatten, en niet alleen maatregelen
specifiek voor bepaalde categorieën van werknemers, waarvan het karakter enkel in die zin
een minimumvoorschrift moet zijn, dat de Lid-Staten de vrijheid behouden om maatregelen
van een nog hoger beschermingsniveau uit te vaardigen.
Om die reden kon richtlijn 93/104 betreffende een aantal aspecten van de organisatie van de
arbeidstijd, gelet op haar inhoud en doel, worden vastgesteld op basis van artikel 118 A, met
uitzondering van het bepaalde in artikel 5, tweede alinea, van de richtlijn, dat aan de zondag
als wekelijkse rustdag de voorkeur geeft en dat dientengevolge nietig moet worden
verklaard.
2. In het kader van het stelsel van bevoegdheden van de Gemeenschap moet de keuze van
de rechtsgrondslag van een handeling berusten op objectieve gegevens die voor rechterlijke
toetsing vatbaar zijn. Tot die gegevens behoren met name het doel en de inhoud van de
handeling.
Een gewone praktijk van de Raad kan niet van de in het Verdrag vervatte voorschriften
afwijken en kan dan ook geen precedent creëren dat instellingen bindt, daar zij,
voorafgaande aan de vaststelling van een maatregel, de juiste rechtsgrondslag voor die
maatregel moeten bepalen.
3. Artikel 235 van het Verdrag kan enkel als rechtsgrondslag voor een handeling dienen,
indien geen enkele andere verdragsbepaling de gemeenschapsinstellingen de noodzakelijke
bevoegdheid verleent om die handeling vast te stellen.
4. De vaststelling door de Raad van richtlijn 93/104 betreffende een aantal aspecten van de
organisatie van de arbeidstijd, vormde geen schending van het evenredigheidsbeginsel.
Het beperkte toezicht dat de rechter uitoefent op de uitoefening door de Raad van de ruime
beoordelingsbevoegdheid die hij bezit op het gebied van de bescherming van de veiligheid en
de gezondheid van werknemers, waar sociale beleidskeuzen en complexe beoordelingen
worden verlangd, heeft immers niet aan het licht gebracht, dat de in de richtlijn opgenomen
maatregelen, met uitzondering van die van artikel 5, tweede alinea, niet geschikt zouden zijn
ter verwezenlijking van de beoogde doelstelling van veiligheid en gezondheid van

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jjvh17. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.25  3x  sold
  • (0)
  Add to cart