100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
biologie samenvatting thema 2 transport VWO 6 bvj $3.63
Add to cart

Book review

biologie samenvatting thema 2 transport VWO 6 bvj

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Level

biologie samenvatting van biologie voor jou thema 2 transport in vwo 6. alle basisstoffen samengevat.

Preview 2 out of 5  pages

  • May 18, 2021
  • 5
  • 2020/2021
  • Book review
  • Unknown
  • Secondary school
  • 6
avatar-seller
Biologie voor jou samenvatting transport vwo 6

§1. De cellen in het lichaam hebben voortdurend zuurstof nodig, het
transport van zuurstof en andere stoffen wordt geregeld door het hart, via
een constante bloedstroom. Voor de geboorte heeft de fetus nog een
ovale venster (opening tussen de linker en rechter boezem), bloed stroomt
rechtstreeks van de rechter naar de linker boezem. Daarnaast is er een
verbinding tussen de longslagader en aorta.

Na de geboorte moet de baby zelf ademen, de longen vullen zich met
lucht, en de druk in de longhaarvaten neemt toe, bloeddruk daalt in de
rechterboezem en kamer omdat bloed makkelijker naar de longslagader
stroomt. In de linkerboezem en hartkamer stijgt de bloeddruk door de
sterkere aanvoer aan bloed vanuit de longen, ovale venster sluit door een
klep. Daarnaast trekken de spieren in de wand van de ductus arteriosis
samen waardoor deze nauwer wordt, deze verschrompelt en verdwijnt
uiteindelijk volledig.

Bij eencellige organismen vindt transport plaats door diffusie, dit kan
namelijk alleen over korte afstanden. Bij grotere afstanden is een
bloedsomloop nodig, waarbij kracht wordt geleverd door een hart, op deze
manier kan de opname van voedingsstoffen en afvalstoffen in het bloed
goed verlopen. Het hart pompt bloed door de bloedvaten. Daarnaast zorgt
een bloedsomloop voor een homogeen en constant intern milieu, door
verdeling van warmte bij intensieve dissimilatie.

Per organisme kunnen de circulatiesystemen verschillen door de bouw en
leefwijze van dat diersoort. Geleedpotigen hebben een open systeem en
een buisvormig hart dat lichaamsvloeistof rond de organen laat bewegen.
Sommigen dieren bevatten meerdere harten. In een gesloten
bloedsomloop is het bloed gescheiden van de lichaamsvloeistoffen.
Enkelvoudige bloedsomloop betekent dat per omloop het bloed een keer
door het hart heen stroomt.

De bloedsomloop van de mens bestaat uit de kleine bloedsomloop, waar
de rechterhelft van het hart het bloed naar de longen toe pompt(co2
afgeven, o2 opnemen), waarna het naar de linkerharthelft stroomt. En de
grote bloedsomloop is waar de linkerharthelft het bloed door heel het
lichaam heen pompt, door allee organen, waarna het weer terug stroomt
naar de rechterharthelft. In deze bloedsomloop worden zuurstof en
voedingsstoffen afgegeven en koolstofdioxide en afvalstoffen opgenomen.
De mens heeft een dubbele bloedsomloop.

§2. Zie ook de binas voor de bouw van het hart. Over het hart lopen
bloedvaten: kransslagaders en kransaders. De kransslagaders voorzien
het hartspierweefsel van zuurstof en voedingsstoffen en de kransaders
nemen koolstofdioxide en afvalstoffen op. De linkerharthelft en
rechterharthelft zijn gescheiden door een harttussenwand. En beiden
kanten hebben eerst een boezem en daaronder een kamer, deze zijn

, gescheiden door hartkleppen. Vanuit de rechterkamer stroomt het bloed
naar de longslagader (enige zuurstofarme slagader) door de
halvemaanvormige kleppen en via de longaderen (enige zuurstofrijke
aders) naar de linkerboezem, en via de linkerkamer weer door
halvemaanvormige kleppen naar de aorta.



De werking van het hart is verdeeld in 3 fases:
1. de boezems zijn volgestroomd met bloed en door systole
(samentrekking van het hartspierweefsel) in de boezems stroomt
het bloed de kamers in. In de kamers vindt op dat moment diastole
plaats (ontspanning van het hartspierweefsel).
2. Als de kamers zijn volgestroomd vindt hier systole plaats, door de
stijging in druk slaan de hartkleppen dicht en de halvemaanvormige
kleppen worden opengeduwd (omdat de druk hoger is dan in de
aorta en longslagader), bloed kan niet terugstromen naar de
boezems. Op dit moment is er diastole in de boezems.
3. Daarna vind de hartpauze plaats, diastole in kamers en boezems. De
halvemaanvormige kleppen zijn dicht en bloed kan niet meer terug
stromen naar de kamers.

Het hartritme wordt bepaald door de impulsen die de samentrekking van
het hartspierweefsel veroorzaken. Vanuit de sinusknoop (groep
gespecialiseerde cellen in de wand van de rechterboezem) worden
impulsen naar beiden boezems gestuurd en veroorzaakt de systole van de
boezem. Daarna komen de impulsen in de atriumventrikelknoop aan (ligt
tussen de rechterboezen en kamer) waar de bundel van His door de
harttussenwand in de richting van de punt van beide kamers loopt en via
hier worden de impulsen geleid naar het hartspierweefsel in de wand van
beide kamers en direct na de systole van de boezems vindt de systole van
de kamers plaats. Dit kan gemeten worden via een ECG, waar drie toppen
in te zien zijn de eerste lage top staat voor de impulsgeleiding van de
boezems, de tweede (hogere) top voor de impulsgeleiding naar de
kamers, en de laatste golf is veroorzaakt door de hartpauze.

De snelheid waarmee de sinusknoop impulsen afgeeft hangt samen met
de lichaamsactiviteit. Bij toenemende activiteit stijgt het hartritme om de
bloeddruk op peil te houden. Door negatieve terugkoppeling (de
zintuigcellen nemen een bloedruk waar onder de normwaarde, stijging
bloeddruk), wat wordt geregeld door het autonome zenuwstelsel. Door
adrenaline kan ook het hartritme stijgen. Slagvolume is de hoeveelheid
bloed dat per hartslag in de aorta wordt gepompt.

§3. Het hart pompt bloed stootsgewijs door de slagaders naar de organen
toe, met hoge druk, daarom zijn de wanden stevig en elastisch. De
binnenkant bevat dekweefsel (endotheel). In de organen vertakken de
slagaders tot arteriolen, en de wand wordt steeds dunner en bestaat voor
een groot deel uit glad spierweefsel, op deze manier kunnen de
bloedvaten beter vernauwen en verwijden. De arteriolen vertakken tot

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller svadrichem1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.63. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.63
  • (0)
Add to cart
Added