100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
College-aantekeningen voor deeltentamen 3 - Persoonlijkheid en Individuele Verschillen $3.21
Add to cart

Class notes

College-aantekeningen voor deeltentamen 3 - Persoonlijkheid en Individuele Verschillen

 5 purchases
  • Course
  • Institution

College-aantekeningen met alle stof voor deeltentamen 3

Preview 2 out of 7  pages

  • May 20, 2021
  • 7
  • 2020/2021
  • Class notes
  • Barelds
  • Colleges intelligentie en relaties
avatar-seller
Intelligentie

Wat is intelligentie?
“Het geheel van cognitieve of verstandelijke vermogens dat nodig is om kennis te verwerven,
en daar op een goede wijze gebruik van te maken, ten einde problemen op te lossen die een
vast omschreven doel en structuur hebben”
(Resing & Drenth, 2007)
Het gaat in dit geval om academische intelligentie, dat wat je nodig hebt om het goed te doen bij een
opleiding. En dit kan worden gemeten met een IQ-test.

Overlap persoonlijkheid en intelligentie:
- Psychologisch
- Stabiel en deels erfelijk
- Manier van aanpassing aan verschillende situaties
Belangrijke verschillen:
- Intelligentie is puur cognitief (het opnemen en verwerken van informatie)
- Bij intelligentie zijn we geïnteresseerd in maximale prestatie, bij persoonlijkheid in
kenmerkend gedrag
- Dit zie je terug in de manier waarop het wordt gemeten: intelligentie meet je met een test
voor prestatieniveau

De meeste modellen over intelligentie zijn hiërarchisch.
Spearman deed onderzoek naar prestaties van kinderen op verschillende schoolvakken. Hij ontdekte
dat de cijfers positief met elkaar samenhingen. Daarom kwam hij met het idee van een algemene
intelligentiefactor, waar specifieke aspecten van intelligentie deel van uitmaken. g (general
intelligence) staat bovenaan en wordt gevormd door de specifieke intelligentiefactoren (s-factoren).
Guilford bedacht de Structure of Intellect Theory met verschillende categorieën waarmee je s-
factoren kan indelen:
 operatie (cognitieve activiteit): cognitie, geheugen, divergente productie, convergente
productie, evaluatie
 inhoud: figuren, symbolen, semantiek, gedrag
 product (hoe aangeboden): eenheden, klassen, relaties, systemen, transformaties,
implicaties
Maar dit betekende dat er 120 verschillende intelligentiefactoren zouden zijn.

, Cattell kwam met twee brede cognitieve domeinen die samen intelligentie bepalen. Fluid
intelligence is de flexibiliteit van denken en het vermogen tot abstract redeneren. Het is vooral
aanleg. Crystallized intelligence is de mate van accumulatie van kennis en vaardigheden gedurende
je leven, dus dingen die je geleerd hebt. Bijvoorbeeld woordbetekenis, algemene kennis, etc. Dit kun
je dus met training verbeteren.
Dit leidde tot het ontstaan van de Cattell-Horn-Carroll theorie (CHC theorie), een hiërarchisch
intelligentiemodel met drie verschillende niveaus.
- Stratum III: g
- Stratum II: 8 cognitieve domeinen
- Stratum I: specifieke vaardigheden
Onderdelen van intelligentietests kunnen beroep doen op meerdere specifieke vaardigheden.




De cognitieve domeinen:
 Fluïde redeneren
 Gekristalliseerde kennis
 Kwantitatieve kennis
 Kortetermijngeheugen
 Langetermijngeheugen
 Visuele informatieverwerking
 Auditieve informatieverwerking
 Verwerkingssnelheid
Er is wel discussie over, bv als je blind bent scoor je slecht op visuele informatieverwerking. Maar dit
is het meest geaccepteerde model van intelligentie.

Gardner was het niet eens met het idee van één g, volgens hem zijn er verschillende soorten
intelligentie die niets met elkaar te maken hebben. Dus iemand kan op de ene hoog scoren en op de
andere laag.
De soorten intelligentie:
 Linguïstische intelligentie
 Ruimtelijke intelligentie
 Logisch-wiskundige intelligentie
 Muzikale intelligentie
 Lichamelijke bewegingsintelligentie
 Interpersoonlijke intelligentie
 Intrapersoonlijke intelligentie
 Naturalistische intelligentie (categoriseren)
Voor dit model is weinig steun. Veel kan niet goed worden gemeten, andere zijn toch positief met
elkaar gecorreleerd.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller femkebvanrijn. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

65507 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$3.21  5x  sold
  • (0)
Add to cart
Added