Samenvatting Geschiedenis & samenleving. Hoofdstuk 9 Tijd van Wereldoorlogen en Holocaust
361 views 1 purchase
Course
Geschiedenis
Institution
Hogeschool Leiden (HSL)
Book
Geschiedenis en samenleving
Samenvatting studieboek Geschiedenis & samenleving van Van Der Kooij en De Groot-Reuvekamp (Hoofdstuk 9) - ISBN: 9789001815301, Druk: 2, Uitgavejaar: 2013
Hoofdstuk 9 - Tijd van wereldoorlogen en Holocaust (1900-1950)
Kenmerkende aspecten Canonvensters
De economische wereldcrisis De Eerste Wereldoorlog. Oorlog en
neutraliteit.
De Duitse bezetting en de De stijl. Revolutie in de vormgeving
jodenvervolging
De crisisjaren. Samenleving in
depressie.
De Tweede Wereldoorlog. Bezetting en
bevrijding.
Anne Frank. Jodenvervolging
Indonesië. Een kolonie vecht zich vrij
Tijdbalk. 1900-1950 Industriële samenleving.
1900 Leerplichtwet (ingangdatum 01-01-1901)
1914-1918 Eerste Wereldoorlog
1917 Algemeen kiesrecht voor mannen in
Nederland
1919 Algemeen kiesrecht voor vrouwen in
Nederland
1920 Onderwijswet maakt een einde aan de
schoolstrijd in Nederland
1929 Begin van een economische wereldcrisis
1939-1945 Tweede Wereldoorlog
1940 Duitse inval in Nederland
1941 Februaristaking
1942 Japan verovert Oost-Indië
1944 Het zuidelijk deel van Nederland wordt
bevrijd
1944-1945 Hongerwinter in het westen van
Nederland
1945 Capitulatie van Duitsland en Japan
Oprichting Verenigde Naties
1945-1949 Strijd in Indonesië
1948 Afstand koningin Wilhelmina
1948-1980 Koningin Juliana
9.1 De Eerste Wereldoorlog (1914-1918)
9.1.1 Oorlog in Europa
Na de door Duitsland gewonnen Frans-Duitse oorlog (1870-1871) zijn er
decennialang in Europa geen oorlogen meer. Er wordt zelfs gediscussieerd over
algehele ontwapening, maar uit angst voor andere naties worden tegelijkertijd leger
en vloot uitgebreid. Die wederzijdse angst lijdt tot het afsluiten van
bondgenootschappen: enerzijds tussen de twee keizerrijken Duitsland en Oostenrijk-
Hongarije (de centrale mogendheden) en anderzijds tussen Frankrijk en Rusland,
,waarbij zich later Groot-Brittannië aansluit (de geallieerden). Het zijn
bondgenootschappen van wederzijdse steun bij een aanval van buitenaf.
Tot Oostenrijk-Hongarije behoort het noordelijk deel van de Balkan, een gebied dat
door nationalistische bewegingen voortdurend onrustig is. Frans Ferdinand
(troonopvolger) brengt op 28 juni 1914 een bezoek aan Sarajevo en wordt
doodgeschoten. De spanning in Europa stijgt, al wordt er niet verwacht dat deze
aanslag tot een oorlog zal leiden. Een maand later stelt Oostenrijk-Hongarije Servië
verantwoordelijk voor de moord en verklaart Servië de oorlog.
Dan beginnen de bondgenootschappen te werken. Rusland steunt Servië, Duitsland
verklaart Rusland de oorlog, Frankrijk steunt Rusland en Duitsland verklaart Frankrijk
de oorlog. Het Duitse leger begint aan een tweefrontenoorlog: aanvallen op Rusland
en aanvallen op Frankrijk via het neutrale België. Engeland heeft de Belgische
neutraliteit gegarandeerd en verklaart Duitsland de oorlog. Andere landen worden
erbij betrokken: Italië, Griekenland en Portugal aan de geallieerde kant, Turkije en
Bulgarije aan de kant van de centrale mogendheden.
De oorlog krijgt eerst de naam ‘Europese Oorlog’, daarna ‘De Grote Oorlog’ en ten
slotte na deelname van de Verenigde Staten de naam ‘Wereldoorlog’. ‘Eerste’ wordt
na de WOII toegevoegd.
Aan het westfront houden Engelse en Franse legers stand en er ontstaan lange
loopgraaf- en prikkeldraadlinies van de kust in Vlaanderen tot achter Verdun.
Jarenlang bestrijden de beide legers elkaar om elke vierkante meter grond met als
resultaat enorme verliezen aan manschappen en vrijwel geen territoriale winst. De
oorlog wordt gestreden met alle mogelijke middelen, zelfs met gifgas.
Rusland sluit in 1917 – na de Russische Revolutie – vrede om de centrale
mogendheden. Die kunnen zich nu concentreren op het westfront, maar daar krijgen
de geallieerden steun van Amerikaanse troepen.
Op 11 november 1918 wordt een wapenstilstand gesloten. Tot een vrede komt het in
1919 in Versailles. Duitsland wordt aangewezen als de hoofdschuldige en heeft de
vredesbepalingen maar te accepteren:
- Afstand van grondgebied aan Frankrijk, België, Tsjechië en Litouwen
- Verlies van de Duitse koloniën en van de Oostzeehaven Danzig
- Herstelbetalingen aan de geallieerden (3 miljard goudmark)
De Eerste Wereldoorlog betekent het einde van grote vorstenhuizen in Rusland
(1917), in Oostenrijk-Hongarije (1918) en in Duitsland (1918).
In de Eerste Wereldoorlog vechten ongeveer 70 miljoen soldaten, waarvan er bijna
9,5 miljoen sneuvelen. Nog nooit zoveel. Grote erebegraafplaatsen zijn er langs de
vroegere loopgraven in België en Frankrijk.
, De oorlog laat diepe sporen na. De roep om voortaan zulke oorlogen te voorkomen
wordt steeds sterker. Op voorstel van de Amerikaanse president Wilson wordt in
Genève de Volkenbond opgericht. Deze organisatie moet door bevordering van
samenwerking tussen de landen vrede en veiligheid zien te waarborgen. De
Volkenbond heeft echter geen sanctiemogelijkheden bij conflicten. Al gauw is
duidelijk dat de Volkenbond niet helpt.
9.1.2 Nederland en de Eerste Wereldoorlog
Nederland stelt zich neutraal op. Na de oorlogsverklaring van Oostenrijk aan Servië
wordt door de burgemeesters vanaf het bordes van de gemeentehuizen de algehele
tekst mobilisatie afgekondigd. Overal hangen aanplakbiljetten met de tekst: ‘Alle
miliciens met spoed opkomen’. Op 1 augustus trekken de soldaten naar de
Nederlandse soldaten.
De aanwezigheid van het Nederlandse leger is geen doorslaggevende factor in de
handhaving van de neutraliteit. Het leger is nauwelijks voorbereid op oorlog en stelt
qua uitrusting met sterk verouderd geschut en zeer beperkte voorraden munitie
militair weinig voor.
Duitsland had eerst het plan om via Nederland richting Frankrijk te gaan. Uiteindelijk
kozen ze ervoor om via België te gaan. De Nederlandse neutraliteit werd
geaccepteerd maar niet de Belgische.
Een direct gevolg van de oorlogshandelingen in 1914 is de komst van meer dan een
half miljoen Belgen, die voor het oorlogsgeweld naar Nederland vluchtten. Ze worden
opgevangen in kampen en gastgezinnen. Ongeveer 100.000 van die vluchtelingen
blijven de hele oorlogsperiode in Nederland.
Tijdens de oorlogsjaren moeten voortdurend de belangen van de oorlogvoerenden
tegen elkaar afgewogen worden. Daarbij ging het om de definitie van
oorlogsgoederen, die niet verhandeld mochten worden. Die lijst van oorlogsgoederen
wordt steeds langer, wat zeer nadelig is voor de Nederlandse handel. De Engelsen
volgen kritisch welke goederen Nederland binnenkomen: zijn die voor Nederland
bestemd of worden deze doorgevoerd naar Duitsland? De Duitse vloot maakt in het
kader van de onbeperkte duikbootoorlog geen onderscheid meer tussen vijandige en
neutrale schepen. Zo worden ook Nederlandse schepen getroffen.
De regering moet ingrijpen in het economische leven als allerlei producten schaars
worden. Deze producten komen op de bon. Via die bonnen regelt de regering dat
ieder in de gelegenheid komt deze producten te kopen: de regering zorgt voor
distributie (verdeling van goederen). De schaarste leidt in de zomer van 1917 tot
ernstige onlusten in Amsterdam: het Aardappeloproer. Winkels en pakhuizen worden
geplunderd. Er vallen negen doden en vele gewonden.
De Duitse keizer Wilhelm bevindt zich in november 1918 bij zijn troepen in België en
kan door de revolutie in Duitsland niet terug naar Duitsland. Hij meldt zich in
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Larissa94. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.