Hierbij een volledige uitwerking van alle weken van de werkgroepen van het vak Vennootschapsrecht en Rechtspersonenrecht. De uitwerking bevat zowel de casusvragen, als de opdrachten en de meerkeuze vragen.
Schildersbedrijf Groen & Co vof heeft drie vennoten, Albert, Youssef en Frits. Albert heeft bij de
aanvang van de samenwerking een bedrijfspand ingebracht met een waarde van €200.000, Youssef
twee bedrijfswagens met een totale waarde van €40.000 en Frits gereedschappen voor een bedrag
van €20.000.
Volgens het vennootschapscontract zijn slechts twee vennoten tezamen bevoegd om de vof te
vertegenwoordigen tot een bedrag van €15.000. Rechtshandelingen boven dit bedrag kunnen alleen
worden aangegaan door alle vennoten tezamen. Per abuis is de vof niet ingeschreven in het
handelsregister.
Youssef en Frits bestellen namens de vof een verfmengmachine bij Histolex BV voor een bedrag van
€20.000.
Vraag 1
Wie kan Histolex BV aanspreken tot betaling van de €20.000?
Het gaat om de externe verhoudingen. Handelende vennoot bindt in ieder geval zichzelf. Bij de vof is
in beginsel iedere vennoot bevoegd is namens de vennootschap te handelen, tenzij anders is
afgesproken (art. 17 WvK). Dit kan beperkt worden door de doelomschrijving van de vof en
eventuele afspraken over de bevoegdheid. Als je wilt afwijken, moet je dit inschrijven in het
handelsregister. De vof zelf moet je ook inschrijven in het handelsregister (art. 23 WvK jo 18
Handelsregisterwet en art. 17 Handelsregisterbesluit). Art. 29 WvK: Histolex mocht ervanuit gaan dat
ze dus allemaal gevoegd waren.
(Art. 25 Handelregisterwet: bescherming van derden die onkundig zijn)
Youssef en Frits hebben de handeling onbevoegd verricht, want het was meer dan €15.000
Vof en Albert zijn dus ook niet gebonden in beginsel, maar omdat ze het niet hadden ingeschreven in
het handelsregister, mag dit de derde niet worden tegengeworpen. Dus de derde (Histolex) mocht
ervanuit gaan dat ze alle vennoten volledig bevoegd waren.
De vof en alle vennoten voor het geheel aanspreken.
Vof
Aansprakelijkheid Wel bevoegd Niet bevoegd
Wel ingeschreven De vof en alle vennoten Alleen handelende vennoot
(volmacht?)
Niet ingeschreven De vof en alle vennoten De vof en alle vennoten (had
kunnen zien in het register)
Vraag 2
Kan de aankoop van de verfmengmachine voor rekening van de vof worden gebracht? Zo ja, in welke
mate is ieder der vennoten gehouden daarin bij te dragen; zo nee, waarom niet?
Dit gaat over de interne verhoudingen. Het gaat om een beheershandeling. Voor de verwezenlijking
van het doel moeten er concrete werkzaamheden worden verricht. Dit zal schilderen zijn en een
ladder kopen is dus een normale uitoefening van het bedrijf.
7A:1676: in beginsel is iedere vennoot bevoegd, tenzij partijen daarover andere afspraken hebben
gemaakt. Uit de casus blijken zulke afspraken niet.
(voor beschikkingshandelingen zijn de vennoten in beginsel gezamenlijk bevoegd).
De draagplicht ligt bij de vof. Het vermogen van de vof moet dus voldoende zijn.
,Maar op het moment dat de vof de rekening niet kan betalen dan moeten de vennoten bijdragen in
het verlies naar rato van hun inbreng.
In totaal is er €260.000 ingebracht.
Albert: 200 200/260= 10/13
Youssef: 40 40/260= 2/13
Frits: 20 20/260= 1/13
Totaal: 260
Ga er voor het vervolg van de casus van uit dat alle gegevens op de door de wet voorgeschreven
wijze in het handelsregister zijn ingeschreven.
Albert koopt bij de groothandel namens de vof ladders voor een bedrag van €12.500.
Vraag 3
Wie kan/kunnen door de groothandel tot betaling van de €12.500 worden aangesproken?
De vof was in dit geval wel ingeschreven in het handelsregister.
Albert heeft de ladder gekocht, dus hij is sowieso gebonden. De vraag is of er sprake is van een
volmacht. Slechts twee vennoten waren bevoegd tot een bedrag van €12.500. Albert was dus niet
bevoegd om de vof en zijn medevennoten te verbinden (art. 17 WvK). De groothandel had het
handelsregister kunnen raadplegen, want dit is voor iedereen in te zien. Hierin had hij kunnen zien
dat Albert alleen niet bevoegd was.
De vof kan zich dus tegenover de Groothandel beroepen op het ontbreken van de bevoegdheid. Je
moet altijd nog naar de drie uitzonderingen van volmacht kijken:
- Baattrekking (7A:1681): is de rechtshandeling netto voordelig voor de vof: dat blijkt niet door
het aankopen van de ladders, want de vof zou dan €12.500 moeten betalen (dit is dus
helemaal geen voordeel voor de vof). Baattrekking wordt vrijwel nooit aangenomen. Blz.13
van de literatuur: zelfs bij korting is er nog geen baattrekking. Wat wel zou kunnen slagen:
afstand van recht kan het wel zijn: iemand anders zegt je hoeft niet meer te betalen en één
van de vennoten tekent alleen terwijl ze het samen moesten doen. Dit is dan voordelig voor
de vof en mag dus wel.
- Heeft de vof schijn gewekt dat Albert bevoegd was om de vof te vertegenwoordigen. Blijk
niet uit de casus (3:61 lid 2).
- Heeft de vof de rechtshandeling (3:69) bekrachtigd? Blijkt niet uit de casus.
De groothandel kan dus alleen Albert aanspreken.
Vraag 4
Gesteld dat na de aankoop blijkt dat de groothandel de ladders niet kan leveren althans niet voor de
afgesproken prijs. Kan de groothandel met een beroep op vertegenwoordigingsonbevoegdheid van
Albert onder het contract met de vof uit?
De groothandel had van de onbevoegdheid van Albert kunnen weten o.g.v. de inschrijving in de
kamer van koophandel. De groothandel is daardoor eenzijdig gebonden. Op het moment dat hij
erachter komt dat Albert helemaal geen contract mocht sluiten om de vof te vertegenwoordigen.
Dan kan hij de vof een termijn stellen waarin de rechtshandeling kan worden bekrachtigd (3:69 lid 4):
een onmiddellijke belanghebbende kan degene in wiens naam gehandeld is (de vof) een termijn voor
de bekrachtiging stellen.
3:69 lid 3: wederpartij geeft te kennen dat zij de handeling wegens het ontbreken van een volmacht
als ongeldig beschouwt. Dat is wat de groothandel doet. MAAR hier is de tenzij-regel van toepassing,
want de groothandel had kunnen weten van de onbevoegdheid van Albert door het handelsregister
te raadplegen.
De groothandel kan dus niet onder het contract uit.
,Albert heeft zijn woonhuis laten verbouwen door aannemer Wittens voor een bedrag van €65.000.
Albert blijft in gebreke met de betaling van zijn schuld aan Wittens.
Vraag 5
Kan Wittens zijn vordering verhalen op het bedrijfspand van Schildersbedrijf Groen & Co?
De vof en vennoten hebben een afgescheiden vermogen. In dit geval gaat het niet om
zaakscrediteuren, maar om privécrediteuren. Het huis van Albert heeft namelijk niets te doen met de
vof.
7A:1655: maatschap is een overeenkomst, waarbij twee of meerdere personen zich verbinden om
iets in gemeenschap te brengen, met het oogmerk om het daaruit ontstaande voordeel met elkaar te
delen. Albert heeft een bedrijfspand ingebracht in de gemeenschap en daardoor is het een
goederenrechtelijke gemeenschap geworden.
Arrest Boeschoten/Besier: het vermogen van de vof is een afgescheiden vermogen t.o.v. de
privévermogens van de vennoten. Zaakscrediteuren hebben voorrang boven privécrediteuren en
kunnen zich wel verhalen op het vermogen van de vof.
Wittens is een privécrediteur en kan dus geen aanspraak maken op het vermogen van de vof. Hij kan
dus ook geen verhaal nemen op het bedrijfspand, want dat zit in het gescheiden vermogen van de
vof.
Privéschuldeisers van de vennoten kunnen zich dus niet verhalen op vennootschapsvermogen. Wat
kan je wel doen als privécrediteur. Je kan proberen het faillissement uit te spreken voor de
vennootschap. In dat geval wordt de vennootschap ontbonden en valt voor een deel de
gebondenheid van het doel weg. Dan krijgt de vennoot die uitstapt een vergoeding voor zijn deel en
daar kan je wel verhaal opnemen.
, MC VRAGEN
Vraag 1.1
Berend is een van drie vennoten van vof Schildersbedrijf Groen &zn. Volgens de overeenkomst is
iedere vennoot bevoegd om de vof te vertegenwoordigen tot een bedrag van €2.000. Alle gegevens
zijn op de door de wet voorgeschreven wijze ingeschreven in het handelsregister. Namens de vof
sluit hij bij reisbureau Zonvaart BV een reisovereenkomst voor een korte ski-vakantie voor zichzelf en
zijn gezin voor een bedrag van €650.
Welke van de onderstaande beweringen is juist?
a. Zonvaart BV kan zowel de vof als alle vennoten aanspreken voor het gehele bedrag van de
reissom, alleen Berend is draagplichtig
*b. Zonvaart BV kan alleen Berend aanspreken voor het gehele bedrag van de reissom, hij is ook
draagplichtig
c. Zonvaart BV kan alleen Berend aanspreken voor het gehele bedrag van de reissom, maar de
reisovereenkomst kan wel voor rekening van de vof worden gebracht
d. Zonvaart BV kan zowel de vof als alle vennoten aanspreken voor het gehele bedrag van de
reissom, de vennoten zijn ieder naar evenredigheid van hun inbreng draagplichtig
De rechtshandeling valt buiten het doel van de vennootschap. Berend is niet bevoegd tot
vertegenwoordiging (art. 17 lid 2 WvK, zie studiebundel p. 31). Berend kan de vof en de overige
vennoten niet binden (alt a en alt d zijn onjuist). De rechtshandeling kan ook niet voor rekening van
de vof worden gebracht. Het betreft immers geen beheershandeling (handeling die tot de normale
bedrijfsuitoefening behoort, vgl. art. 7A:1676 BW), alt c is onjuist. Alleen Berend kan worden
aangesproken tot betaling van de reissom en hij moet deze in zijn eigen vermogen dragen; alt b is
juist. Zie ook de studiebundel, p. 22-23.
Vraag 1.2
Vivianne, Eva en Morris werken als tandartsen samen in maatschapsverband onder de naam
Tandartsenpraktijk Beverland. In het maatschapscontract is niets geregeld omtrent
vertegenwoordiging. Vivianne bestelt namens Tandartsenpraktijk Beverland bij de groothandel
Meditand BV opzetboortjes voor een bedrag van €1.500.
Welke van de onderstaande beweringen is juist?
a. Meditand BV kan zowel de maatschap als Vivianne, Eva en Morris aanspreken voor gelijke delen
b. Meditand BV kan naast de maatschap, Vivianne, Eva en Morris aanspreken, ieder voor het gehele
bedrag
c. Meditand BV kan Vivianne, Eva en Morris aanspreken ieder voor een gelijk deel
*d. Meditand BV kan alleen Vivianne aanspreken voor het gehele bedrag
Vivianne kan de andere maten niet binden tenzij zij daartoe een volmacht heeft gekregen.
Dat is niet het geval. Ook geen sprake van baattrekking, gewekte schijn (art. 3:61 BW) of
bekrachtiging (art. 3:69 BW). Alleen Vivianne is aan de rechtshandeling gebonden en kan tot betaling
worden aangesproken; alt d is juist, alt a, alt b en alt c zijn om dezelfde reden onjuist. Zie ook de
studiebundel, p. 23-24.
Vraag 1.3
Aannemingsbedrijf Boelens vof heeft twee vennoten, Ad en Bert. De vof heeft een vordering van
€1.500 op voetbalvereniging Blauw-Wit ter zake van een verbouwing van het clubhuis. De vereniging
heeft een vordering op Ad van €500 vanwege achterstallige contributiebetaling. Welke van de
onderstaande beweringen is juist?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Votje. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.35. You're not tied to anything after your purchase.