Aansprakelijk
heid voor
opstallen
Een rechtsvergelijkend onderzoek tussen
Nederlandse recht en de Draft Common
Frame of Reference.
Naam: A.A.H Ibrahim
Studentnummer: 852075458
Vak: Europees privaatrecht (RM0102)
Begeleider: mr. dr. B. van der Velden
, 1. Inleiding
1.1 Casus
Stel Pieter die oorspronkelijk uit Amsterdam komt, gaat op vakantie naar Berlijn (Duitsland).
Tijdens zijn verblijf besluit hij een auto te huren bij een autoverhuurbedrijf genaamd Car
Rents. Terwijl Pieter aan het kijken is voor een auto struikelt hij door een afstap in de vloer.
Pieter breekt door de val zijn enkel en moet de overige dagen van zijn vakantie in een gips
doorbrengen. Ook krijgt hij een flinke rekening thuis gestuurd van de gemaakte ziektekosten.
Kan Pieter de eigenaar van Car Rents voor de geleden schade aansprakelijk stellen?
Volgens het Nederlandse Burgerlijk Wetboek (BW) kunnen de bezitters van opstallen
aansprakelijk worden gesteld als een opstal niet voldoet aan de eisen die men daaraan in de
gegeven omstandigheden mag stellen, en daardoor gevaar voor personen of zaken oplevert, is,
wanneer gevaar zich heeft verwezenlijkt, aansprakelijk, tenzij aansprakelijkheid op grond van
de vorige afdeling zou hebben onderbroken indien hij dit gevaar op het tijdstip van het
ontstaan ervan zou hebben gekend. Het Draft Common Frame of Reference (DCFR) baseert,
anders dan het BW, de aansprakelijkheid op een ‘structural defect’ (structureel gebrek).
1.2 Het onderzoeksopzet
Deze paper heeft als doel het maken van een rechtsvergelijking tussen het BW en het DCFR
ten aanzien van de gekozen Principle 51 ‘Responsibility for consequences.’1 De centrale vraag
luidt dan ook: ‘Wat zijn de overeenkomsten en verschillen bij de toepassing van het BW en
DCFR als het gaat om de aansprakelijkheid voor opstallen?’ In paragraaf 2 zal kort de
structuur en doestelling van het DCFR worden geschetst. In paragraaf 3 volgt de
aansprakelijkheid voor opstallen volgens het BW. In paragraaf 4 wordt vervolgens de
aansprakelijkheid voor opstallen volgens het DCFR uitgewerkt. In paragraaf 5 zullen de
overeenkomsten en verschillen tussen het BW en DCFR uiteen worden gezet en
daaropvolgend de uitwerking van de casus. In paragraaf 6 zal ten slotte een conclusie worden
getrokken.
1
von Bar & Clive 2008, p. 91, 92.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Rachid07. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.10. You're not tied to anything after your purchase.