100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
AANTEKENINGEN: alle hoorcolleges inleiding tot het bestuursrecht $0.00

Class notes

AANTEKENINGEN: alle hoorcolleges inleiding tot het bestuursrecht

 13 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit document bevatten de aantekeningen betreft alle hoorcolleges van het eerstejaars vak Inleiding Bestuursrecht. Succes met leren!

Preview 3 out of 22  pages

  • May 24, 2021
  • 22
  • 2020/2021
  • Class notes
  • J. wolswinkel
  • All classes
avatar-seller
Hoorcollege 1
Kenmerken van het bestuursrecht
Wat is bestuursrecht?
 Recht van, voor en tegen het openbaar bestuur
- Openbaar bestuur:
 De uitvoerende macht
… Maar bestuur is meer dan uitvoering van wetten …
 Het van overheidswege behartigen van het algemeen belang
Wat is van overheidswege?
= het eenzijdig vaststellen van de rechtspositie van andere rechtssubjecten
(‘openbaar gezag’)
 Hoofzaken van bestuursrecht:
- Organisatie: welke overheidsinstantie is bevoegd om het probleem op te lossen?
 Hoofdstuk 1, 2 en 10 AWB
- Bevoegdheden: hoe kan deze instantie dit probleem oplossen?
 Hoofdstuk 3, 4 en 5 AWB
- Normering: aan welke normen moet deze instantie zich houden?
 Hoofdstuk 2, 3 en 4 AWB
- Handhaving: wat kan deze instantie doen als de regels niet worden nageleefd?
 Hoofdstuk 5 AWB
- Rechtsbescherming: wat kan de burger ondernemen tegen het optreden van deze
overheidsinstantie?
 Hoofdstuk 1, 6, 7, 8 en 9 AWB
 Bestuursrecht: twee uitgangspunten
1. Legaliteitsvereiste
 Bestuursbevoegdheden moeten berusten op een wettelijke grondslag (positief
uitgangspunt)
 Bestuursbevoegdheden moeten worden uitgeoefend in overeenstemming met
de wet (negatief uitgangspunt)
2. Specialiteitsbeginsel
 Bestuursbevoegdheden mogen slechts worden uitgeoefend ter behartiging
van het specifieke belang waarvoor de wettelijke regeling is vastgesteld
Bestuursrechtelijke normstelling
 Algemene en bijzondere wetten
- Algemene wet bestuursrecht
- Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Omgevingswet) / Algemene wet
inzake rijksbelastingen / Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen
- Telecommunicatiewet / Wet op de kansspelen / Wet kinderopvang / Wet
inkomstenbelasting 2001
 Verticaal gelede normstelling: normstelling van een bepaalde activiteit vindt plaats op
verschillende niveaus (bv. Variërend van wet in formele zin tot beschikking)
 Horizontale gelede normstelling: normstelling van een bepaalde activiteit vindt plaats
in meerdere wetten (en daarop gebaseerde lagere regelgeving)
Algemene wet bestuursrecht
 ‘de wet stelt algemene regels van bestuursrecht vast’ (art. 107 lid 2 GW)
 Awb: voorbereidingen vanaf 1983, inwerkingtreding in 1994
 Aanbouwwet: totstandkoming in tranches (aanvankelijk)

,  Doelstellingen:
- Harmonisatie van bestuursrechtelijke wetgeving
- Vereenvoudiging en systematisering van wetgeving
- Codificatie van normen die in de rechtspraak zijn ontwikkeld
- Treffen van voorzieningen die een algemene regeling behoeven
Verhouding van wetgeving:
 De Bijzondere wet gaat voor de algemene wet
 De hogere wet gaat voor lagere wet
Vier categorieën van AWB-bepalingen:
 Dwingend recht: alleen afwijking bij wet in formele zin mogelijk
- Art. 6:7 AWB
“De termijn voor het indienen van een bezwaar- of beroepschrift bedraagt 6
weken.”
 Regelend recht: ook afwijking in lagere wetgeving (‘bij wettelijk voorschrift’) mogelijk
- Art. 4:1 AWB
“Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, wordt de aanvraag tot het geven
van een beschikking schriftelijk ingediend bij het bestuursorgaan dat bevoegd is
op de aanvraag te beslissen.”
- Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald
 Aanvullend recht: hoofdregel in (lagere) wetgeving, vangnet in Awb
- Art. 4:13 AWB
“Een beschikking dient te worden gegeven binnen de wettelijk voorschrift
bepaalde termijn, of bij het ontbreken van zulk een termijn, binnen een redelijke
termijn na ontvangst van de aanvraag.”
 Facultatief recht: alleen van toepassing indien dit expliciet is bepaald
- Art. 4:20a AWB
“Deze paragraaf is van toepassing indien dit bij wettelijk voorschrift is bepaald.”

, Hoorcollege 2
Organisatie van het openbaar bestuur
Herhaling week 1  kenmerken van het bestuursrecht
 Recht van, voor en tegen het openbaar bestuur
 Vijf hoofdzaken van bestuursrecht
 Algemeen deel en bijzondere delen
 Gelaagde structuur van bestuursrechtelijke normstelling en Awb
Organisatie van het openbaar bestuur
 Publiekrechtelijke rechtspersoon (en openbaar lichaam)
 Bestuursorgaan
 Zelfstandig bestuursorgaan
Openbaar bestuur
 Constitutioneel recht: gaat over openbare lichamen
- Rijk (Staat)
- ‘Provincies, gemeenten, Caribische openbare lichamen, waterschappen en
andere openbare lichamen’ (titel H7 GW)
- Andere openbaren lichamen voor beroep en bedrijf (art. 134 GW)
 Bv: Sociaal-Economische Raad, Nederkandse Orde van Advocaten
- Openbaar lichaam = een publieke gemeenschap van organen die onderling in
een wettelijke geregelde relatie staan en van een bestuurde bevolking die tegelijk
invloed kan uitoefenen op deze organen
- Bestuursbevoegdheden komen niet toe aan openbare lichamen, maar organen
van die openbare lichamen
 Bestuursrecht: gaat over bestuursorganen (ambten)
- Verkeer tussen burgers en bestuursorganen (H2 Awb)
- Besluit: schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan (art. 1:3 Awb)
 Art. 1:1 lid 1 Awb
- Onder bestuursorgaan wordt verstaan:
a. Een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld
 A-orgaan (altijd in Awb te vinden)
. Rechtspersoonlijkheid kan op 2 manieren ontstaan:
1. Krachtens publiekrecht (door wet)
 Art. 2:1 BW: publiekrechtelijke rechtspersonen
1. De Staat, de provincies, de gemeenten, de waterschappen, alsmede alle lichamen
waaraan krachtens de Grondwet verordenende bevoegdheid is verleend, bezitten
rechtspersoonlijkheid.
2. Andere lichamen, waaraan een deel van de overheidstaak is opgedragen, bezitten
slechts rechtspersoonlijkheid, indien dit uit het bij of krachtens de wet bepaalde volgt.
2. Krachtens privaatrecht (door oprichting)
 NV, BV, Eenmanszaak
Art. 1:1 lid 4 Awb: “de vermogensrechtelijke gevolgen van een
handeling van een bestuursorgaan treffen de rechtspersoon waartoe
het bestuursorgaan behoort.”
Maar vertegenwoordiging van het lichaam (= rechtspersoon) in het
privaatrechtelijke rechtsverkeer geschiedt door bestuursorganen (=
mensen van vlees en bloed).
 CBR is een publiekrechtelijke rechtspersoon

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ImkeVerstraaten. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $0.00. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76202 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
Free  1x  sold
  • (0)