BEGRIPPEN
Oculomotorische controle Controle van de oogspieren
Visuele veld Het veld waarin wordt waargenomen: Op 12 weken volgt de baby het
speelgoedje over 180 °
Blikfixatie Het kind kan zijn beide oogjes richten naar een voorwerp (convergentie) + de
aandacht hier even op vast houden. (3 maanden)
Visuele scherpte Gezichtsscherpte : Scherp zien : op 13 weken tot op 1,5 m; Op 1 jarige leeftijd
is visuele scherpte vergelijkbaar met volwassene.
Visuele aandacht aandacht bij het visueel waarnemen, dit bepaalt de grondigheid van de
waarneming
Visueel scannen De ogen volgen de omtrek van een voorwerp .
Objectconstantie Een object wordt steeds als een zelfde object waargenomen vanuit de
informatie vanuit de verschillende zintuigen. Of ze mama nu in aangezicht zien,
klein (verder weg) of groter , zijkant ,…..
Objectpermanentie Het kind weet dat dingen bestaan, ook al zijn ze uit het gezichtsveld
verdwenen. (9 maanden)
VISUEEL EN VISUEEL - RUIMTELIJKE VAARDIGHEDEN EN VOR MGEVING
Visuele en visueel ruimtelijke problemen kunnen de oorzaak zijn van functionele problemen met :
• Bewegen
• Organisatie tijd en ruimte
• Zich aankleden
• Eten
• Spelen
• Lezen
• Schrijven
• Rekenen én heeft zo invloed op de participatie van het kind.
ONTWIKKELING VAN VISUEEL EN VISUEEL RUIMTELIJKE VAARDIGHEDEN
Visuele perceptie: het totale proces dat verantwoordelijk is voor het
opnemen van informatie uit de omgeving(sensorische receptieve functie)
en voor het organiseren, structureren en interpreteren van visuele stimuli
(cognitie).
➔ Dit is een dynamische integratie van sensorische informatie
waarbij nieuwe visuele en motorische input gecombineerd
worden met eerder opgeslagen gegevens.
Het is belangrijk om je af te vragen war de belemmerende factoren zijn
op vlak van visuospatieel functiestoornis zijn om te participeren in het
dagelijkse leven (tijd, op school of vrijetijd).
Verschillende visuospatiële vaardigheden in de klas: rekenen, lezen en schrijven
➔ Goede visuospatiële vaardigheden zijn noodzakelijk om tot technisch en begrijpend lezen, foutloos
leren, schrijven, getal kennis, leren cijferen, kennis is en vaardigheden te verwerven die nodig zijn bij
meten, metend rekenen en meetkunde, wereldoriëntatie
,Basisvoorwaarden tot optimale visuele informatieverwerking: anatomie en fysiologie ogen, goed ontw visueel-
receptieve functies, goed uitgangshouding, stabiele posturale basis (zodat ogen samen werken)
Doel ET-interventie: beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten te verminderen en deelname aan alledaagse
activiteiten te vergroten.
➔ Belangrijk om verschillende materialen en activiteiten te voorzien waarmee je kan inwerken
➔ Belangrijk om leerproces te ondersteunen met auditieve, tactiele en kinesthetische info
➔ Belangrijk om in een therapie te vertrekken vanuit het stadia waar het kind moeilijkheden ervaart.
PRIMAIR VISUEEL PERCEPTUELE VAARDIGHEDEN: OCULOMOTORISCHE CONTROLE, VISUELE
VELD, VISUELE SCHERPTE
Het ongeboren kind deed reeds in de baarmoeder ervaring op met het verschil tussen licht en donker. Tijdens
de laatste fase van de zwangerschap wanneer de buikwand al uitgerekt is, kan de baby licht waarnemen als de
mama zich uitkleedt in de zon of bij een lamp.
Pasgeborene: De ogen dwalen aanvankelijk doelloos rond, met momenten van vluchtig oogcontact. Hij
draait zich naar het licht als het niet te fel is. Hij volgt met de oogjes de omtrek van een
eenvoudige vorm, belangrijk hierbij is de interesse in het contrast tussen omtrek en
achtergrond.
4 weken: Er is een betere controle van de oogspieren. De baby houdt niet van fel licht. Bewegende
objecten worden gevolgd tot aan de middenlijn, aanvankelijk nog met schokkende
oogbewegingen. (op rood reageren ze het intensiefste op)
(staafjes: licht en donker waarnemen/ kegeltjes: fleur en detailverschillen (ontwikkelen zich
door rijping),
8 weken Hij ziet nu scherp tot ongeveer 75 cm. Hij ziet kleuren. De baby heeft een voorkeur voor
groen/blauw.
12 weken: Hij volgt een speelgoedje met de ogen van ooghoek tot ooghoek. Hij heeft een gezichtsveld
van 180° (volwassen gezichtsveld). De baby heeft een goed gerichte convergentie. Dit wil
zeggen dat een kind een voorwerp kan fixeren (blikfixatie). Beide ogen richten zich naar 1
punt. We zien hier dus willekeurige motoriek onder invloed van de cortex.
Meeste interesse naar menselijke gezichten, dan visuele patronen en daarna effe gekleurde
vlakken.
13 weken: De baby ziet nu scherp tot 1,5 m
14 weken: Binoculair gezichtsvermogen: de baby combineert beelden van beide ogen: diepte en
beweging wordt onderscheiden. Vanaf 3 maanden is er een goede samenwerking van
hoofd- en oogbewegingen. Het kindje volgt voorwerpen die dichterbij komen of weer
verder weggaan. Het kijkt van het ene voorwerp naar het andere. Het bekijkt een voorwerp
dat hij in de hand houdt.
VISUELE AANDACHT
Mate van alertheid, waarbij onderscheid gemaakt wordt tss gerichte, selectieve, volgehouden en
verdeelde aandacht
➔ Belangrijk om tot goede visuele informatieverwerking te komen
• Bij problemen wordt de automatische waarnemingen belemmerd. Verwerking van visuele informatie
moet steeds bewust gebeuren wrdr er meer energie en aandacht voor nodig is
• Kinderen met veel aandacht voor visuele prikkels, worden er makkelijker door afgeleid en is het
belangrijk om de sensorische input te verminderen
o Vb werkbladen waar delen afgedekt kunnen worden of afdekbladen (dan neemt het kind
enkel waar wat relevant is)
• Kinderen met verminderd visuele aandacht: kunnen problemen hebben om zich te oriënteren op
visuele stimuli, snel gewend zijn aan bepaalde stimulus (nemen dan niet nauwkeurig waar)
, oMateriaal gebruiken dat de aandacht trekt of intrinsiek motiverend is, aanwijzen met vinger,
lat of ander materiaal, accentueren met fluo is aadachtsbevorderend.
• Aanwijzen visuele stimuli + verbaliseren helpt om aandacht van kind te richten
➔ ET handeling dat gericht is op het verbeteren van de visueel ruimtelijke vaardigheden vh kind
0 – 3 maanden: De baby zou in deze fase visueel het meest geïnteresseerd zijn in het menselijk gezicht,
dan in visuele patronen en daarna in effen gekleurde vlakken. Dit verschil in interesse
zou vooral te wijten zijn aan de weergave van contrast.
VISUEEL SCANNEN
Visuele info wordt onderzocht, het ontwikkeld zich tot een doelgerichte, ordelijke en sequentiële
handeling
➔ Is nodig om tot efficiënt visueel zoekgedrag te komen en is belangrijk voor patroonherkenning
• Gebruik maken van donkere kamer of een lichtbak met concreet materiaal, variatie: tafelblad naar
kleine en grote ruimte, schematisch: vertelplaten, zoekboeken en blaadjes
0 – 3 maanden: De baby volgt met de oogjes de omtrek van een eenvoudige vorm, belangrijk hierbij is
de interesse in het contrast tussen omtrek en achtergrond.
PATROON HERKENNING
= eigenschapen van een object identificeren obv verschillende figuurkenmerken. Dit is belangrijk om tot
adequate visuele discriminatie te komen in functie van lezen, schrijven en rekenen
• Kinderen met beperkt discriminatievermogen: vertonen een beperkt vermogen om te herkennen, te
matchen en te categoriseren waardoor ze onvoldoende onderscheid kunnen maken tss verschillende
letters en cijfers
• Kind met verzwakte matchingsvaardigheden: vertonen moeilijkheden om dezelfde vormen te matchen
wnr ze ruimtelijk anders georiënteerd zijn, of het verward gelijkaardige vormen. Het bemoeilijkt
figuurachtergrondperceptie
➔ Therapie: nieuwe info op eenvoudige, georganiseerde manier aangeboden worden, verduidelijken wat
ter zaken doet
➔ Verbanden leggen tss nieuwe info en wat het kind al kent leert het kind bewust beroep te doen op
visuele geheugen en bevorderd generalisatie
➔ Herhaling is noodzakelijk om het geleerde in het LTG te krijgen
Zoekstrategieën om tot goede visuele waarnemingen te komen (cohen)
1. Waarnemer gaat op zoek naar specifieke visuele info en maakt een ruw onderscheid tss figuur en
achtergrond door de ene figuur af te zonderen van de andere
2. Waarnemer bepaalt welke figuur het meest betekenisvol zijn (onmiddellijke herkenning, proces stopt)
3. Geen onmiddellijke herkenning: waarnemer maakt hypothese over de waargenomen visuele info en
richt hij zijn aandacht op het selecteren van elementen om zijn hypothese te testen
3 aspecten om de visuele discriminatieve vaardigheden te verbeteren
1. Specifieke eigenschappen herkennen en onderscheiden (b, d zijn verschillende letters op grond van 1
eigenschap)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annvangestel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.