Test Bank for Life Span Human Development 9th Edition Sigelman All Chapters 1 - 17
Sigelman's "Life-Span Human Development": chapter 5, "Body, Brain, and Health"
Sigelman's "Life-Span Human Development": chapter 2, "Genetic Environment and Development"
All for this textbook (14)
Written for
Tilburg University (UVT)
Psychologie
Ontwikkelingsleer
All documents for this subject (67)
1
review
By: isisfree • 3 year ago
Seller
Follow
isabella-2002
Reviews received
Content preview
HC1 Introductie en methoden
1.1 Wat is ontwikkelingsleer?
Het idee en het focusgebied van ontwikkelingspsychologie is door de afgelopen
decennia heen veranderd.
Een beperkt concept van ontwikkeling (50-70 jaar geleden)
Ontwikkeling werd gezien als...
- Sequentieel → gebaseerd op verschillende fasen of levels.
- Unidirectioneel → vroege ontwikkelingen zijn een voorwaarde voor latere.
- Ontwikkeling werkte toe naar een zogenoemde end state (eind staat) → hogere
waarde dan de originele staat.
- Onomkeerbaar in progressie → zodra je een hoger ‘level’ hebt behaald kun je niet
terug naar een lager level.
- Kwalitatief → structurele transformaties.
- Biologische groei werd als gezien als de basis van alle veranderingen in
ontwikkeling → groei werd onafhankelijk van cultuur geacht.
- Universeel → ontwikkeling werd gezien als hetzelfde voor alle mensen.
Elk onderdeel van dit concept is bekritiseerd bijvoorbeeld ontwikkeling van taal. Dit werd
gezien als een sequentiële ontwikkeling; dat wil zeggen dat wanneer je eenmaal een
onderdeel van een taal hebt geleerd zoals de grammatica dat je dit niet meer zal
vergeten.
Een uitgebreider concept van ontwikkeling (dit idee bestaat al heel lang)
Ontwikkeling...
- Is niet per definitie gebaseerd op fasen die op elkaar volgen.
- Heeft niet per definitie een eind staat, welke van een hogere waarde is.
- Is zowel kwalitatief als kwantitatief (bijvoorbeeld bij taal).
- Kan universeel zijn maar ook interindividueel (=tussen personen) verschillend.
- Wordt beïnvloed door cultuur en biologie.
- Kan intra-individueel (=binnen een individu) worden gemodificeerd en beperkt
(plastisch maar met bepaalde grenzen).
Wanneer dit uitgebreidere concept wordt aangehouden zal je zien dat ontwikkelingsleer
zich niet hoeft te beperken tot de jongere jaren. Zo kan het achteruitgaan van een
bepaalde skill op latere leeftijd ook onder ontwikkelingsleer vallen.
Ontwikkelingspsychologie houdt zich bezig met gedragsveranderingen binnen
personen (intra-individueel) gedurende de levensduur en met verschillen tussen en
overeenkomsten tussen personen (interindividueel) in de aard van deze veranderingen.
- Doel: Intrapersoonlijke veranderingen en interpersoonlijke verschillen beschrijven,
verklaren en veranderen.
1
,1.2 Wat ontwikkelt wanneer, hoe en waarom?
Ontwikkelingsleer bekijkt de ontwikkeling van mensen vanuit verschillende perspectieven
welke met elkaar interacteren:
1. Biologisch perspectief: het brein, neurofysiologie en genetica.
2. Psychologisch perspectief: sociaal gedrag, emotie en cognitie.
3. Sociaal perspectief: vrienden, familie, cultuur en school.
Typische vragen voor ontwikkelingspsychologen
- Wat kan je verwachten van een baby, een schoolgaand kind, een tiener, een
volwassene en een oudere volwassene?
- Welke competenties, attitudes en interesses kan je verwachten?
- Wat is de minimale leeftijd waarop rechtsbevoegdheid, stemrecht, strafrechtelijke
aansprakelijkheid, huwbaarheid en pensioenleeftijd moeten worden vastgesteld?
- In welke perioden van de ontwikkeling kunnen we welke typische crisissen, risico’s
en problemen verwachten?
- Is het mogelijk om ontwikkeling te beïnvloeden?
- Wat zou er vermeden moeten worden en waarbij zou er ingegrepen moeten
worden in welke leeftijdsperiodes zodat er geen blijvende schade ontstaat.
Normatieve ontwikkeling → de ontwikkeling van het gedrag of de fysieke skills die
gelijktijdig voorkomen en ook een vergelijkbare tijdlijn bij verschillende personen laat
zien. Oftewel: wanneer ontwikkelt gemiddeld wat?
Non-normatieve ontwikkeling → onvoorspelbare of atypische levensveranderingen die
zich voordoen tijdens de levensloop.
- Welke deviaties van de norm zijn waarschijnlijk?
- Hoe kunnen ze verklaard worden?
- Wat betekenen ze voor de toekomst? Zijn ze stabiel? Zijn ze veranderbaar?
- Hoe kunnen toekomstige ontwikkelingen op een gunstige manier beïnvloed
worden?
- Hoe kunnen mensen immuun worden voor schadelijke invloeden?
- Hoe kunnen we de kans vergroten dat mensen om kunnen gaan met nadelige
gebeurtenissen?
Wanneer ontwikkelen bepaalde gedragingen zich?
- Belangrijk: biologische leeftijd is nooit verantwoordelijk voor, en verklaart dus ook
geen veranderingen.
- Leeftijd kan enkel correleren met deze veranderingen. ‘Leeftijd is slechts het
voertuig dat de veranderingen meebrengt.’
- Het doel is om veranderingen te linken naar het waarom → welke
mechanismen zijn verantwoordelijk voor ontwikkeling?
- Tijdschaal van ontwikkeling
2
, - Variabiliteit → korte termijn veranderingen die min of meer omkeerbaar
zijn.
- Verandering → min of meer blijvend.
→Variabiliteit kan verandering voorspellen.
Plaatje: de fluctuerende lijn laat zien dat negatief affect per dag/week kan verschillen dat
noemen we geen ontwikkeling. De stippellijn laat echter het gemiddelde zien die een
trend omhoog laat zien, daarin kunnen we wel ontwikkeling terugvinden.
- Belangrijk om te weten als we het over ontwikkeling hebben dan gaat het over
blijvende verandering en niet over deze variabele fluctuaties.
Leeftijd
- Twee manieren waarop we leeftijd kunnen gebruiken:
- Op een continue manier → leeftijd X vaardigheid correlatie.
- Het vergelijken van specifieke leeftijdsgroepen → gemiddelde
leeftijdsverschil in vaardigheid X.
3
, Onderzoeksdesigns
- Als we kijken naar hoe individuen van verschillende leeftijden van elkaar verschillen
hebben we het over cross-sectioneel design.
- Hier meten we verschillen tussen mensen.
- Meet interindividuele verschillen.
- Wanneer hetzelfde individu of een groep mensen volgen tijdens verschillende
momenten van zijn/haar leven hebben we het over een longitudinaal design.
- Hier meten we verandering binnen een groep/individu.
- Meet intra-individuele verschillen.
Problemen met cross-sectioneel en longitudinaal design
- Cohort effecten → verschillen in ontwikkelingsrelevante variabelen die zich
voordoen van (niet-leeftijdsgebonden) factoren waaraan elk geboortecohort wordt
blootgesteld.
- Geobserveerde resultaten veroorzaakt door cohortkarakteristieken.
- Cohort → een groep mensen die dezelfde ervaringen en dezelfde
omgeving hebben meegemaakt: een leeftijdsgroep waarmee we door het
leven gaan (mensen van dezelfde generatie zoals millenials).
- Kunnen cohorteffecten een probleem zijn voor cross-sectioneel en
longitudinaal design?
Voor- en nadelen van cross-sectioneel design
Voordelen
- Economisch gebruik van tijd (korte tijd tussen dataverzameling en resultaten.
- Goedkoop.
- Laat verschillen en overeenkomsten tussen leeftijdsgroepen zien.
Nadelen
- Leeftijdseffecten zijn een confound met cohort effecten.
- Er is geen informatie over de individuele trajecten (interindividuele verschillen in
plaats van intra-individuele veranderingen).
- Beperkte generaliseerbaarheid naar andere meetmomenten.
Voor- en nadelen van longitudinaal design
Voordelen
- Waarheidsgetrouwe beoordeling van intra-individuele verandering.
- Beoordeling van stabiliteit en verandering van ontwikkelingskarakteristieken.
Nadelen
- Leeftijdseffecten zijn een confound met tijd-van-meting-effecten, hertest effecten
en slijtage effecten.
- Beperkte generaliseerbaarheid naar andere cohorten.
- Duurt lang voor je resultaten hebt.
- Brengt vaak hoge kosten met zich mee.
Tijd-van-meting-effecten (time-of-measurement effects) → historische gebeurtenissen
kunnen de metingen beïnvloeden zoals het coronavirus.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller isabella-2002. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.56. You're not tied to anything after your purchase.