Samenvatting Europese Unie
Hoofdstuk 1: Het waarom van de EU
1950: De Europese Unie werd in gang gezet door de oprichting van de Europese
Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS). Schuman: ‘een oorlog tussen
Frankrijk en Duitsland moet niet alleen ondenkbaar, maar materieel onmogelijk
worden’.
Frankrijk mag de EU haar geesteskind noemen -> streefde naar leidende rol.
Frankrijk en Duitsland wilden een manier van samenleven vinden die een
duurzame vrede garandeerde. Duitsland kort houden was niet mogelijk.
Duitsland inkapselen in gemeenschappelijke instellingen was beter. Dit zou ook
Frankrijk en andere Europese landen binden. Na 1945 kreeg Duitsland via de
Gemeenschap een kans op eerherstel.
Ook Belgie, italie, luxemburg en Nederland zagen de nieuwe Gemeenschap als
middel om vrede te verzekeren en Duitsland te binden in sterke Europese
instellingen. Zij zien, net als de Duitsers, de Gemeenschap als tussenstadium in
de ontwikkeling naar een federale bestuursvorm (=gemeenschappelijke regering
van een aantal deelstaten die samen een staat vormen; bijv. de Verenigde
Staten).
Motief oprichting Gemeenschap zowel politiek als economisch: Politiek -> Vrede
en veiligheid binnen een democratische bestuursvorm. Toekomstige stabiliteit.
Duurzame vrede.
Economisch -> zonder economische prestaties zou het project mislukken. De
grenzen tussen Frankrijk, Duitsland, België en Luxemburg vormden een barriere
tussen de staalfabrieken en mijnen die steenkool leverden. Dit stond een
rationele productie in de weg. Na de verwijdering van de barriere ontstond er
een economisch succesvolle gemeenschappelijke markt. Dit versterkte het
beeld van de EGKS in een proces van economische en politieke eenwording.
De Britten wilden hun soevereiniteit niet delen met andere Europese landen. Zij
vertrouwen liever op de VN en de NAVO.
1958: De zes originele lidstaten concentreerden zich verder op economische
integratie nadat een defensiegemeenschap mislukte. Hierdoor werd de Europese
Economische Gemeenschap (EEG) opgericht. Dit gemeenschappelijke instrument
was een eerste stap in de realisatie van een ander doel van de Gemeenschap: het
herstel van Europa’s invloed in de wereld als geheel.
De gemeenschappelijke markt maakte de weg vrij voor een geïntegreerde
economie. Door Frankrijk werd een gemeenschappelijk invoertarief voor de
internet markt ingevoerd. Hierdoor was de EEG in staat om op gelijke voet
handelsbesprekingen te voeren met de VS. De Gemeenschap had nu potentie een
grotere speler te worden op het wereldtoneel.
Winston Churchill was de enige Brit die de kracht van een radicale hervorming
inzag. Ook vond hij dat Groot-Brittanie er zelf geen lid van moest worden, maar
in 1973 traden ze wel toe. Ze waren bang grote politieke beslissingen te missen.
,Er zijn twee manieren waarop je de werking van de Gemeenschap en de Unie
kunt bekijken:
- Realistisch of neorelastisch: Ziet vooral een rol weggelegd voor de
lidstaten en hun intergouvernementele aanpak. Zij menen dat de
Gemeenschap en de Unie geen fundamentele verandering in de relatie
tussen lidstaten hebben teweeggebracht. De regeringen blijven hun
belang nastreven en proberen hun macht zowel in de EU als ergens
anders te optimaliseren.
- Liberaal intergouvernementalistisch: Legt meer de nadruk op de
inbreng van de Europese instellingen. Zij kijken naar het krachtenspel in
de binnenlandse politiek van landen om hun gedrag in de Unie te
verklaren.
Andere opvattingen van hóé de Unie werkt of zou moeten werken en de rol van
de Europese instellingen hierin:
- Neofunctionalisme: Menen dat de Gemeenschap zich ontwikkelde via
een proces van geleidelijke uitdijing. De aanvankelijke EGKS-focus op
slechts twee industrietakken verschoof en werd breder. Belangengroepen
en politieke partijen zagen het succes van de Gemeenschap in het
aanpakken van problemen, maar tegelijkertijd ook onvermogen om
verwante problemen aan te pakken op andere terreinen. Hierdoor
hebben zij gezorgd dat de competenties van de Gemeenschap zo ver
werden uitgebreid dat er uiteindelijk een Europees beleid ontstond.
Lidstaten kregen eigen zaken.
- Federalisme: Zien de overdracht van bevoegdheden aan de Unie niet als
een uitdijing van bevoegdheden, maar als een gevolg van het groeiende
onvermogen van lidstaten om effectief om te gaan met problemen die
transnationaal zijn geworden. De meeste van die problemen betreffen de
economie, het milieu en de veiligheid.
Landen moeten volgens hen alleen controle houden over zaken waarmee
ze nog steeds adequaat om kunnen gaan.
De federalistische visie is gebaseerd op de principes van een liberale
democratie: vertegenwoordigende regering waarbij de wetten worden
uitgevoerd en de leiding wordt gecontroleerd door een door de burgers
gekozen parlement. De gezamenlijke uitgeoefende macht van de Unie
moet in handen zijn van instellingen met bestuursbevoegdheid, want de
intergouvernementele methode is niet effectief en niet democratisch
genoeg om te voldoen aan de behoeften van democratische burgers. De
Unie zal anders nooit in staat zijn om voldoende steun van de burgers te
krijgen. De unie is niet bedoeld om lidstaten te vervangen, maar eerder
om ze te transformeren tot integrale delen van één
samenwerkingsverband.
, Hoofdstuk 2: Hoe de EU tot stand kwam
Motieven EU:
- veiligheid door aangaan van economische en politieke relaties
- welvaart
- bescherming van het milieu
- invloed in de externe wereld om de gemeenschappelijke belangen in de
wereld als geheel te bevorderen
Landen die bang waren dat ze op sommige terreinen in het nadeel waren, wilden
compensatiemaatregelen. Frankrijk deed dit via het gemeenschappelijk
landbouwbeleid als tegengewicht voor de duitse industriele voorsprong. Voor
landen die bang waren dat ze niet tegen een interne markt waren opgewassen,
werden structuurfondsen opgericht.
President De Gaulle en premier Thatcher hoorden tot de sterk
intergouvernementalistische stroming -> verzetten zich tegen sterkere
instellingen omdat ze willen vasthouden aan de ideologie van de natiestaat en de
overtuiging dat democratie alleen binnen zo’n staat mogelijk is en niet op hoger
niveau.
Jean Monnet en Jacques Delors hoorden juist tot de invloedrijkste federalisten.
Zij wilden een Europese bestuursvorm die effectief kan omgaan met de
gemeenschappelijke belangen van de lidstaten en hun inwoners.
Altiero Spinelli had een radicaler federalisme voor ogen, met als doel een
Europese grondwet.
1950: Monnet was verantwoordelijk voor het opstellen van de Schuman-
verklaring en hij zat de onderhandelingen voor het EGKS-verdrag voor. Hij was
de eerste voorzitter van de Hoge Autoriteit van het EGKS. Hij vond dat de
Gemeenschap moest worden voorzien van een parlement en een gerechtshof
(onderdelen van een federale wetgevende en rechterlijke macht) en een raad van
ministers van de lidstaten. Deze structuur is nog steeds stabiel. De Europese
Raad (1974) is het belangrijkst geworden.
Het voorstel voor een Europese Defensiegemeeschap werd in 1954 afgekeurd
doordat de Fransen tegen waren. Toch hield dit de ontwikkeling van de
Gemeenschap niet tegen. Nederland kwam met het voorstel voor een
gemeenschappelijke markt. Alle landen accepteerden, ook Frankrijk omdat ze
een Frans-Duits partnerschap belangrijk vonden en omdat hun voorwaarden
werden uitgevoerd:
- een Gemeenschap van atoomenergie kwam met Frankrijk als leiding
- een gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB)
- kolionale gebieden moesten onder gunstige voorwaarden kunnen
associeren met de Gemeenschap
- vrouwen in de hele Gemeenschap moesten gelijk worden beloond als
mannen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller TessaKr. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.75. You're not tied to anything after your purchase.