Omgevingsanalyse
Hoofdstuk 1: De onderneming en algemene economie
1.1 Economisch handelen en algemene economie
Het beschikken over goederen en diensten voor de bevrediging van behoeften noemen we welvaart.
Basisveronderstellingen van de economische wetenschap:
Behoeften zijn oneindig
Middelen zijn beperkt en alternatief aanwendbaar (middelen zijn schaars)
Schaarste dwingt mensen tot keuzes over de aanwending van de middelen gericht op een zo
hoog mogelijke welvaart
Dit noemen we economisch handelen en is het onderwerp van de economische wetenschap
De economische wetenschap bestudeert het economisch handelen. Het is zo complex dat
de economische wetenschap in verschillende onderdelen uiteenvalt.
Economisch handelen: Economische wetenschap
Bedrijfseconomie: bestudeert economisch handelen op het niveau van de individuele
producent of consument
Algemene economie: bestudeert economisch handelen op het niveau van groepen
producenten en consumenten
Micro-economie: markten
Meso-economie: bedrijfstakken
Macro-economie: landen
Internationale (monetaire) economie: wereld
Veel van de gegevens die in dit boek te vinden zijn, gaan over de 27 lanen die samen de Europese
unie vormen (EU-27), over de landen die voor 2004 de EU vormden (EU15) of over de 17 landen die
als gezamenlijke munt de euro gebruiken.
1.2 Bedrijfsomgeving en algemene economie
Figuur 1.2 De bedrijfsomgeving
,De directe omgeving bestaat uit de marktpartijen van de onderneming op haar in-en
verkoopmarkten. Het gaat daarbij om verschillende schakels in de bedrijfskolom, zoals de
toeleveranciers, de distributieschakels en de uiteindelijke afnemers. Ondernemers staan in
voortdurend contact met deze partijen.
Voor elk bedrijf hebben ze deze markten verschillende kenmerken wat de aard van de concurrentie
en de soort afnemers betreft.
In de tweede plaats is de indirecte omgeving van de onderneming te onderkennen. Deze bestaat uit
werknemers en werkgeversorganisaties, de overheid en culturele omgevingsfactoren, zoals de
publieke opinie en de media.
De onderneming heeft ook geringe invloed op de indirecte omgeving, maar omgekeerd kan de
invloed van de indirecte omgeving op de onderneming heel groot zijn.
Ondernemingen moeten bijvoorbeeld steeds meer rekening houden met publieke opinie. Dit is een
taak voor de public relationsafdeling of functionaris. Deze moet zeer voorzichtig manoeuvreren met
de emoties van het publiek, die door de media versterkt of verzwakt kunnen worden.
Uiteraard is de sociale omgeving van een bedrijf van belang. Deze wordt voornamelijk door de
sociologie bestudeerd. Een voorbeeld kan dat verduidelijken. Veel bedrijven hebben moeite
arbeidskrachten te vinden.
De invloed van technologie is van belang in de concurrentiestrijd. Nieuwe producten volgen elkaar
steeds sneller op.
Macro-omgeving deze bestaat uit conjuncturele ontwikkeling, de ontwikkeling van wisselkoersen
en prijzen van belangrijke grondstoffen en demografische ontwikkelingen.
Figuur 1.3 De invloed van algemeen-economische variabelen op de resultaten van bedrijven.
Managers mogen bedrijfseconomische problemen niet oplossen alsof er zich vrijwel geen
veranderingen in de omgeving voltrekken. Toch gebeurt dit soms. In dat geval beschouwen zij
, omgevingsvariabelen als onveranderlijke gegevens. De kosten, de afzet en de rente worden dan
bijvoorbeeld bij interne rendementsberekeningen voor heel lange periodes stabiel veronderstelt.
1.3 Absolute en relatieve gegevens
Algemene economie werkt vaak met relatieve gegevens (procentuele veranderingen)
Voorbeeld
Waarde = volume x prijs
Loonsom = werkgelegenheid x loon per werknemer
€ 10 mln = 100 x €100.000
Werkgelegenheid: +1%
Loon per werknemer: +2%
€ 10,302 mln = 101 x €102.000
Loonsom: +3,02% (≈ groei werkgelegenheid + stijging loon per werknemer in
procenten)
De waardestijging van een variabele noemt men de nominale stijging. In het voorbeeld is de
nominale stijging 15%. De volumeverandering noemt men de reële stijging van de variabele, in het
voorbeeld 5%. De nominale verandering is dus gelijk aan het reële verandering plus de prijsstijging.
De productie van een onderneming is gelijk aan het aantal werknemers vermenigvuldigd met de
productie per werknemer (de arbeidsproductiviteits). In een heel land is de productie (het bruto
binnenlands product – bbp) gelijk aan het totaal aantal werknemers vermenigvuldigd met de
arbeidsproductiviteit.
Een 2de verband tussen belangrijke variabelen betreft het loon. De totale loonsom is zowel voor een
individuele onderneming als voor de economie van een heel land belangrijk. De loonsom kan
toenemen door een toename van het loon per werknemer of door een toename van de vraag naar
arbeid.
Tabel 1.2 Volume prijsmutaties van het looninkomen (voorbeeld)
Het looninkomen is het product van het aantal werknemers en de middelde loonsom per
werknemer. De stijging van het looninkomen is dan ongeveer gelijk aan de procentuele volume en
prijsmutatie bij elkaar opgeteld, namelijk 2%+5%=7% van 200 =14
Het verband tussen loonsom, loon per werknemer en het aantal werknemers is in een vergelijking
weergegeven:
L-Lwn xAv
L=de totale loonsom
Lwn= de loonsom per werknemer
Av= de hoeveelheid werknemers
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller StudentHero. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.