Inleiding strafrecht hc1
Het strafrechtelijk legaliteitsbeginsel
Art. 1 Sr:
Geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling.
Hieruit komt voort:
- Lex scripta
- Verbod van terugwerkende kracht
- Lex certa/bepaaldheidsgebod
- Verbod analogie
Lex scripta
Geschreven strafbepaling
Gedrag is pas strafbaar indien het voorafgegaan is door een wettelijke strafbepaling.
- Wettelijk (niet alleen in formele wetten maar ook in materiële wetten)
- Strafbaarstellingen in APV zijn toegestaan. Denk bijvoorbeeld aan wildplassen
De rechter is verplicht in het vonnis concreet aan te geven, waar in de wet het door de verdachte
gepleegde gedrag strafbaar is gesteld.
Verbod van terugwerkende kracht
Strafbaar vanaf dít moment
Een feit is strafbaar uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling.
- De strafbepaling moet bestaan op het moment dat de betreffende gedraging is begaan.
- Denk bijvoorbeeld aan problemen die dit kan opleveren met nieuwe soorten drugs.
Lex certa/ bepaaldheidsgebod
De wet moet duidelijk zijn
Rechtszekerheid creëren door middel van bepalingen die duidelijk genoeg zijn.
Probleem:
Te specifiek: ofwel de rechter kan zeer weinig mensen veroordelen (gedrag valt niet onder bepaling)
ofwel er moeten zeer veel wetten komen (zodat al het strafbare gedrag beschreven is in de wet).
Heel specifiek omschrijven is dus niet mogelijk.
Te vaag: ‘Hij die iets fout doet wordt bestraft”; op deze manier weten mensen niet goed waaraan zij
zich moeten houden: welk gedrag is binnen de regels? Te vaag is dus ook niet goed.
Binnen de regels: “Schennis van de eerbaarheid wordt bestraft met…”
Enige vaagheid is dus onvermijdelijk! Regels moeten duidelijk genoeg zijn. Moeizame zoektocht naar
balans tussen te vaag en te specifiek.
,HR: Onbehoorlijk gedrag
Verbod van analogie
Het uitleggen van de bepaling mág, maar…
Nu enige vaagheid in de wet toegestaan is, moet er met regelmaat een rechter aan te pas komen om
uit te leggen wat een bepaling inhoudt
De rechter mag dan wettelijke bepalingen uitleggen naar de specifieke situatie van het strafbare feit
dat aan hem ter beoordeling wordt voorgelegd. De rechter mag echter de wet niet te ruim uitleggen.
De rechter gebruik hiervoor interpretatiemethoden.
Interpretatiemethoden
Voor het uitleggen van niet geheel duidelijke bepalingen in de wet
Om de bepaling uit te leggen maakt de rechter gebruik van interpretatiemethoden.
Er zijn er 5:
1. Wetshistorische interpretatie: er wordt gekeken naar de ontstaansgeschiedenis van de wet
2. Grammaticale interpretatie: er wordt gekeken naar de letter van de wet (rechter gaat kijken
naar het woord wat er in de wet staat (NS – hond voorbeeld)
3. Systematische interpretatie: er wordt gekeken naar de plaats van de regel in het systeem van
regelgeving (welke artikelen komen er voor en welke er na, in welk hoofdstuk is die
opgenomen)
4. Teleologische interpretatie: er wordt gekeken naar het maatschappelijk doel dat de wetgever
heeft willen dienen
5. Anticiperende interpretatie (weinig voorkomend): hierbij wordt vooruitgelopen op
regelgeving die nog niet is ingevoerd
Strafbepalingen
Voldoen aan art. 1 Sr
Om bepaald gedrag strafbaar te stellen zal de wetgever dus strafbepalingen maken.
Deze strafbepalingen zijn gemaakt op de basis die het legaliteitsbeginsel voor ons heeft gelegd en
voor strafbaarstelling moeten ze aan de regels van het legaliteitsbeginsel voldoen.
Deze strafbepalingen zien er in ons wetboek van strafrecht steeds ongeveer hetzelfde uit.
De delictsomschrijving
Bestaande uit bestanddelen
De omschrijving van het strafbaar gestelde gedrag
De kwalificatie
De naam van het strafbare feit (doodslag)
Deze is niet in iedere strafbepaling opgenomen, maar wel in veel ervan
De strafmaat
, De maximaal op te leggen straf
Dit is niet de straf die de verdachte krijgt, maar het maximum tot waar de rechter mag gaan in zijn
vrije beoordeling van wat voor straf de verdachte verdient.
Art. 348 Sv & art. 350 Sv de 8 vragen die de rechter stelt
Art. 348 Sv:
1. Is de dagvaarding geldig? in de tenlastelegging heeft de officier van justitie de
bestanddelen van het strafbare feit opgenomen. De verdachte weet zo waarvan hij verdacht
wordt.
2. Is de rechter bevoegd?
3. Is de officier van justitie ontvankelijk?
4. Zijn er redenen voor schorsing?
Art. 350 Sv:
1. Kan de TLL worden bewezen? bij deze vraag moeten alle bestanddelen één voor één
bewezen worden.
2. Kan er worden gekwalificeerd?
3. Is de verdachte strafbaar?
4. Straf
Elementen
Ongeschreven voorwaarden voor strafbaarheid;
- Niet opgenomen in de delictsomschrijving;
- Als alle bestanddelen zijn bewezen worden de elementen verondersteld aanwezig te zijn
(hoofdregel);
We kennen er maar 2:
- Wederrechtelijkheid
- Verwijtbaarheid
Wederrechtelijkheid
Het gedrag moet in strijd zijn met het recht. (Recht = de wet)
HR Dreigbrief
Let op!
Rechtvaardigingsgronden (week 4) nemen wederrechtelijkheid weg: wederrechtelijkheid kan niet
worden bewezen
Verwijtbaarheid
Kunnen we de verdachte zijn gedrag verwijten? Geen straf zonder schuld
Let op!
Schulduitsluitingsgronden (week 4) nemen verwijtbaarheid weg ‘verwijtbaarheid’ kan niet worden
bewezen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller estebanaalbers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.68. You're not tied to anything after your purchase.