TEST BANK for Essentials of Econ 9th edition by Mankiw All Chapters 1-24 fully covered
Summary 'Economics' Y2Q1
All for this textbook (2)
Written for
Hogeschool Utrecht (HU)
Bedrijfskunde Management Economie & Recht
Economie
All documents for this subject (1)
7
reviews
By: silkeholwerda • 6 year ago
By: ceesjewehmeijer • 6 year ago
By: larsnijenbrinks_4 • 7 year ago
By: annaschreijenberg • 7 year ago
By: matthijspol • 8 year ago
By: Celino • 9 year ago
Translated by Google
I think it's a bad summary. Written in child language and lacks many key components that are treated in the book
By: Patrickoosterbroek • 9 year ago
Seller
Follow
MichaelBruggeman
Reviews received
Content preview
Economie Hoofdstuk 1
How people make desicions
1. People Face Tradeoffs.
Om het een te krijgen moet je iets anders opgeven. Scarcity (schaarste) = het limiet
aan middelen en kan dus niet voldoen aan de wensen van de consument.
Het gaat hier er dus om hoe mensen beslissingen nemen ten behoeve van hun
schaarse middelen.
2. The Cost of Something is What You Give Up to Get It.
(de kosten van iets worden bepaald door datgene wat we willen opgeven om het
te krijgen)
Bij het maken van keuzes moet men altijd kiezen tussen meerdere mogelijkheden
Men zal de kosten en opbrengsten van de meerdere mogelijkheden tegen elkaar af
moeten wegen om tot een goede beslissing te komen.
Er zijn echter twee valkuilen bij deze methode. Ten eerste dat er kosten
meegerekend worden die er altijd zullen zijn en ten tweede de factor tijd.
Opportunity costs (alternatieve kosten) = Alles wat je opgeeft om een product te
verkrijgen
3. Rational People Think at the Margin.
(rationele mensen denken in de marge)
Bij dit principe gaat het over marginale veranderingen, oftewel kleine aanpassingen
van een plan of handeling. Hierbij worden de marginale voordelen vergeleken met
de marginale kosten. Rationeel gedacht zullen mensen en bedrijven alleen marginale
veranderingen toepassen, als het marginaal voordeel groter is dan de marginale
kosten.
Marge = verschil tussen de ene waarde en de andere
Marginaal = klein (marginaal verschil)
Marginal changes (Marginale verandering) = Vaak heeft men een afgebakend plan
in zijn hoofd, maar binnen dit plan kunnen veranderingen ontstaan die invloed
hebben op het maken van je keuzes. In de economie worden dit marginale
veranderingen genoemd.
Marginal Benefits =
4. People Respond to Incentives.
(mensen reageren op prikkels)
Mensen vergelijken de kosten en opbrengsten wanneer zij beslissingen nemen. Als
deze kosten en opbrengsten veranderen, zullen zij hier meteen op reageren.
,Bijvoorbeeld: de kosten van een appel gaan omhoog, er zullen dan meer peren
worden verkocht. Echter zullen er meer appels aangeboden worden. Mensen zullen
dus vergelijking moeten maken tussen de prijs en de voordelen van het product.
5. Trade Can Make Everyone Better Off.
(handel kan in ieders belang zijn)
Door te handelen kunnen personen of landen hetgeen doen waar ze het beste in
zijn. Wanneer er gehandeld wordt, kan er een grotere verscheidenheid aan
producten en diensten aangeboden worden tegen een lagere prijs.
6. Markets Are Usually a Good Way to Organize Economic Activity.
(markten zijn vaak een goede manier om economische activiteit te organiseren)
7. Governments Can Sometimes Improve Market Outcomes.
(Overheid kan de markt verbeteren)
Er zijn twee redenen waarom een overhead zal ingrijpen in de economie:
1. Promoten van effectiviteit
2. Promoten van billikheid
Marktfalen = een situatie waarbij de schaarste aan middelen niet worden gebruikt
op de meest efficiënte manier.
Oorzaken van marktfalen zijn bijvoorbeeld:
1. Externality (uiterlijk) = gecompenseerde impact van de acties van eren person
op het welzjn van een omstander.
2. Marktpower = één economisch middel een invloed heeft op de prijs.
(monopolie)
3. Vervuiling
Economische groei = de stijging in het bedrag aan goederen en diensten in een
economie over een bepaalde tijdsperiode.
8. A Country's Standard of Living Depends on Its Ability to Produce Goods and
Services. (De levensstandaard van een land hangt af van de productie van
goederen en diensten).
Bruto binnenlands product per hoofd = alle geproduceerde goederen en diensten in
een jaar geproduceerd in een land genomen over alle inwoners van het land.
Standard of living (levensstandaard) = wat de mensen kunnen aanschaffen per
persoon vanuitgaande van het bruto binnenlands product per hoofd.
Productiviteit = wat een werknemer per uur produceert. Met de productiviteit
kunnen de verschillen in bbp per hoofd worden vergeleken.
, 9. Prices Rise When the Government Prints Too Much Money.
(prijzen stijgen wanneer de overhead te veel geld in omloop brengt)
Als de overhead een grotere hoeveelheid aan geld in omloop brengt in een land zal
de waarde van dit geld dalen. Als resultaat daarvan zullen de prijzen stijgen. Dit
veroorzaakt dus inflatie.
Inflatie = stijging algemeen prijspeil
Hyperinflatie = hele sterke inflatie
10. Society Faces a Short-Run Tradeoff Between Inflation and Unemployment.
(Inflatie en werkloosheid)
Verlagen van de inflatie lijdt vaak tot een stijging van de werkloosheid.
Phillipscurve = een korte termijn afruil tussen inflatie en werkloosheid
De werkloosheid daalt als het geld aanbod stijgt.
Economie H3:
The market forces of supplie and demand= de marktwerking van aanbod en vraag
Market (markt)= een groep van kopers en verkopers van een bepaald goed of dienst
Vraag en aanbod gaat over de hoeveelheid aangeboden en de prijs waarvoor het
wordt verkocht. Kopers = vraag Verkopers = aanbod
Verschillende markten:
Competitive market/concurrerende markt = een markt met een groot aantal kopers
en verkopers zodoende dat geen enkele koper of verkoper maar enige invloed kan
uitoefenen op de prijs of ander aspect van de markt.
Perfectly competitive (volkomen concurrentie, perfecte markt) is sprake van:
- Een groot aantal vragers en een groot aantal aanbieders (de aantallen zijn zo
groot dat geen enkele individuele vrager of aanbieder ook maar de minste
invloed kan uitoefenen op het prijsvormingsproces);
- Er wordt een homogeen product verhandeld (alle producten die gekocht of
verkocht worden zijn in de ogen van resp. kopers en verkopers volkomen
identiek en uitwisselbaar);
- De markt is doorzichtig ofwel transparant (vragers en aanbieders hebben alle
informatie);
- Er is vrije toetreding en uittreding mogelijk (iedereen kan zonder enige
belemmering als vrager of als aanbieder gaan optreden).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MichaelBruggeman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.