Hierin zitten alle hoofdstukken/modules behalve 8 samen met de ppt's verwerkt. Van een studente die elke les aanwezig zijn en uitgebreide notities nam.
Benamingen zeggen iets over hoe men over iets denkt en geven bepaalde nuances weer. Vandaar
dat het interessant is deze benamingen eens te bekijken. Het lijkt ook nuttig dit te bespreken daar de
de term niet internationaal aanvaard is
1.1 Heilpedagogiek
Deze term komt uit Duitsland: bakermat van de orthopedagogiek. Het werd geïntroduceerd door
Georgens & Deinhardt (1861). We herkennen duidelijk het woord “heilen”, dat helen betekent.
o Medische kringen: handicap genezen dmv opvoedkundige maatregelen
o Pastorale kringen: verwees het naar de heilboodschap voor de minstbedeelden
Ook in Nederland werd al snel de term heilpedagogiek ingevoerd. Het was de term voor abnormale
kinderen. Het was een beredeneerde opvoedkunde die de dwangopvoeding van misdadige kinderen
pedagogisch inhoud gaf door ze tot een persoonlijke inzet voor de samenleving op te voeden.
Andere benamingen zijn ook: Pedotherapie, geneespedagogiek, pedagogy, remedial teaching, child
guidance clinic. De termen zijn allemaal verwant met “genezen”, “herstellen”. De oorsprong ervan is
zeker te zoeken in de grote rol die critici spelen en hebben gespeeld in de opvoeding van kinderen
met een handicap.
Kritiek op de heilpedagogiek
o Veel beperkingen zijn niet te genezen.
o Opvoeding is niet gericht op een zo goed mogelijk herstel van het individu, maar op een
toekomstig leven als mens. Opvoeding heeft groeien, zich ontwikkelen op het oog en niet
genezen.
o Orthopedagogiek is geen paramedische, maar pedagogische wetenschap.
o Heilpedagogiek is gebaseerd op psychopathologie en wordt daarom beschouwd als een
toegepaste wetenschap in plaats van een autonome wetenschap.
Ondanks alle kritiek wordt de term nog steeds in Duitsland gebruikt. Bach stelt dat er deelgebieden
van de Heilpedagogiek zijn:
o Heil-erziehung: bijzondere opvoeding van kinderen met een te ‘helen’ handicap
o Sonder-erziehung: bijzondere opvoeding van kinderen met blijvende handicap
o Förder-erziehung: voor een bijgestuurde gewone opvoeding ( ontwikkelingscrisissen)
1.2 Speciale pedagogiek
Naaste de term Heilpedagogiek werd in Nederland gebruik gemaakt van de Speciale pedagogiek
(Waterink, 1955). De term suggereert geen enkele connectie met de geneeskunde en duidt aan dat
de kinderen om wie het gaat “anders” zijn dan gewone kinderen. De speciale opvoeding helpt om
kinderen die anders zijn, opvallende kinderen of kinderen met een beperking een zo menswaardig
mogelijk leven in onze maatschappij te kunnen leiden. Kinderen met een handicap, speciale of
opvallende kinderen vormen het object niet meer van de orthopedagogiek.
,Kritieken:
o Kinderen met een beperking zijn “anders”.
o In Engelstalige gebieden vaak de term Special education → speciale opvoeding of
pedagogiek. Het blijft immers beperkt tot school.
o Grootste bezwaar: te veel de nadruk op het speciale ipv op de analogie met de gewone
opvoeding. Opvoeding van kinderen met een handicap mogen we niet beschouwen als een
andere soort van opvoeding.
o Er zijn nog andere speciale situaties waarin voor een speciale aangepaste opvoeding moet
gezorgd worden (woonwagenkinderen, depressieve kinderen)
1.3 Orthopedagogiek
Ortho = recht, omhoog juist. Verwijst dus naar het rechtzetten van wat krom of scheefgegroeid is.
Verwijst ook naar “aangepast aan”. Enerzijds gaat het over het begeleiden en anderzijds naar de
manier waarop we gaan begeleiden. Opvoeding kinderen/jongeren of volwassenen. Hier in
vlaanderen zijn er ortopedagogen werkzaam in begeleiding/ondersteuning volwassen met een
volwassen handicap.
Na de Tweede Wereldoorlog kreeg de term orthopedagogiek meer ingang in het Nederlandse
taalgebied. In 1949 in alle talen gebruikt, maar is internationaal nog niet ingeburgerd geraakt. Het
heeft meer betrekking op een vorm van opvoeding die recht maakt wat van de norm afwijkt of dreigt
af te wijken of het risico loopt om nog verder af te wijken. In die zin suggereert de term ook een
vorm van herstellen, van genezen. Het verwijst ook naar een aangepaste vorm zoeken voor een
opvoeding die moeilijk verloopt.
1.4 Ortho-agogiek
De term ortho-agogiek zou te rechtvaardigen zijn obv het feit dat het werkterrein van de
orthopedagoog zich uitstrekt tot de volwassen met een handicap. Anderzijds is ook de begeleiding
van kinderen kwalitatief verschillend van dei van volwassenen
o Voeding noodzakelijk voor kinderen, niet gewenst voor volwassenen
o Andere disciplines maken ook het onderscheid
Dus orthopedagogiek is voor kinderen en ortho-agogiek is voor volwassen. In Nederland betreft
orthopedagogiek ook het begeleiden van volwassenen. Ook in Vlaanderen werken orthopedagogen
in begeleiding van volwasse personen met een handicap.
1.5 Speciale educatiewetenschappen
Het onderscheid tussen orthopedagogiek (kind) en ortho-agogiek (volwassenen) zou van zelf
wegvallen. Educatie heeft immers betrekking op zowel kinderen als volwassenen.
1.6 Orthopedagogiek in andere landen
o Vlaanderen, Nederland en Zuid-Afrika: Orthopedagogiek
o Engelstalige landen: Special education
o Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland: Heilpedagogiek
o Frankrijk (ook Spanje): éducation spécialisée of éducation spécialisé
o Canada: orthopédagogie
,2. Grondleggers van de Orthopedagogiek
2.1 De wortels van de orthopedagogiek
Van Gelder spreekt over een drievoudige oorsprong die gevolgd wordt door een gescheiden
ontwikkeling in twee gebieden (het onderwijs enerzijds, het inrichtingswezen en de ambulante
hulpverleningscentra anderzijds).
1) Onderwijs aan kinderen met een beperking. Het waren kinderen bij wie het normale opvoedings-
en onderwijsaanbod niet werkte. Er werden dan afgestemde methoden en instituten ontwikkeld.
Onderwijs aan kinderen met een beperking (1545: Pedro Ponce de Leon: onderwijs aan dove
kinderen uit adellijke families) vooral uit sociale bewogenheid en niet op basis van pedagogische
deskundigheid. Geneesheren interesseerden zich voor beperkingen: Itard, Séguin, … vanuit
wetenschappelijke hoek.
Ontwikkeling onderwijs aan kdn met beperking
• 1545: Pedro Ponce de Leon: doven
• 1762: M.T. de Brabandère (Meulebeke): doofstommen
• 1770: Charles Michel de l’Epée (Parijs): doofstommen
• 1784: Valentin Haüy (Parijs): blinden
• 19e E: Itard (1774-1838): de wilde van Aveyron
• 1837: Séguin (Parijs): eerste school verstandelijk beperkten
2) De tweede wortel zorgde voor een passende opvoedingsinrichting voor kinderen van wie de
ontwikkeling door het natuurlijke leefmilieu ernstig wordt bedreigd. Het is een vakgebied
residentiële zorg voor verwaarloosde kinderen en jeugdige delinquenten. Vooral verwaarloosde
kinderen en die delinquenten dragen hun milieu. Dit kwam tot uiting in een verminderde vatbaarheid
voor de gewone inrichtingsopvoeding en in hun afwijkende gedrag dat de gemeenschap
verontrustte. Medici interesseerden zich in kinderen die vaak psychiatrische afwijkingen hadden. Ook
weer georganiseerd door sociale bewogen mensen (De la Salle)
De opvoedingsproblemen werden veroorzaakt door tekorten in het kind. Deze tekorten beperkten
het kind in zijn opvoedbaarheid. Men ging ervan uit dat de aangepaste opvoeding – behandeling,
pedotherapie, psychotherapie – sommigen zou kunnen helen.
3) Ambulante hulpverlening aan ouders en kinderen om afwijkend, crimineel gedrag te voorkomen.
Hierin waren vooral psychiaters, psychiatrisch geschoolde maatschappelijke werkers en
kinderpsychologen werkzaam. ( USA – child guidance clincs, MOB – Medisch opvoedkundig Bureau)
1. Opvoeding van en onderwijs aan kinderen met een beperking → buitengewoon onderwijs
2. Residentiële zorg voor verwaarloosde kinderen en jeugdige delinquenten → residentiële
hulpverlening
3. Ambulante hulpverlening aan ouders en kinderen om uithuisplaatsing te voorkomen → ambulante
en mobiele orthopedagogische hulpverlening
Dus
o Niet alleen opvoeding buiten het gewone milieu van de kinderen (niet weg van ouders,
broers en zussen)
o Niet alleen opvoeding van kinderen met een beperking
, 2.2 Eerste aanzetten tot theorievorming in de orthopedagogiek
De eerste aanzetten tot orthopedagogische theorievorming dateren uit de 17e en 18e eeuw. In de 19e
ontstond de orthopedagogiek uit een conglomeraat van:
o Traditionele pedagogische en charitatieve bemoeienissen die uitgingen van kerkelijke
kringen
o Therapeutische activiteiten van medici
Vooral anderen dan pedagogen waren cruciaal in het ontstaan van de orthopedagogiek. Pedagogiek
speelde een passieve rol. Andere disciplines hadden een belangrijke rol:
o Pedagogiek nog zeer nauw verbonden aan theologie en filosofie
o Nieuwe inzichten vanuit de psychologie
Orthopedagogiek nog niet dadelijk pedagogiek en werd gedomineerd door het medisch model tot
1960. De orthopedagogen waren sterk gericht op afwijkingen waardoor algauw een medische
oriëntatie opkwam. De artsen vertoonden een wetenschappelijke interesse in afwijkingen. De
pedagogie bood weinig houvast
o Te geesteswetenschappelijk/filosofisch
o Idealistisch
o Harmoniedenken
Verandering vanaf 1951: orthopedagogiek is pedagogiek en niets anders.
De eerste aanzetten gebeurde door Georgens en Deinhart (1861 en 1863). Zij legden met “Die
heilpadagogik mit besonderer berucksichtingung der idiotie und der idiotenanstalten” de basis van de
wetenschappelijke orthopedagogiek. Ze noemen het bovenstaande conglomeraat: Heilpedagogiek.
De heilpedagogiek was volgens hen
o Enerzijds ‘echte pedagogiek’
o Anderzijds een tussengebied tussen geneeskunde en pedagogiek
o Object = helen (genezen maar ook morele betekenis) van beperkingen, gedragsproblemen,
leerproblemen, …
In de ontwikkeling van de orthopedagogie als wetenschap kunnen we 3 fasen onderscheiden:
1. orthopedagogie van het afwijkende kind (accent ligt op tekorten van het kind)
2. Hulp aan het kind in opvoedingsnood ( accent ligt op moeilijkheden bij het opvoeden van het kind
met een tekort)
3. Hulp in problematische opvoedingssituatie (opvoeden is dialogisch dus opvoedingsproblemen
hebben niets met het kind te maken)
2.3 Orthopedagogiek als opvoeding van het afwijkende kind
Accent ligt op het kind met tekorten, afwijkende kind, ontwikkelingsbelemmeringen
2.3.1 Hanselmann (1885-1960)
Grondlegger van de wetenschappelijke orthopedagogiek van de 20e eeuw. Hij benadrukt dat de
orthopedagogiek gegevens betrekt uit uiteenlopende gebieden: geneeskunde, psychologie, filosofie.
Het accent ligt op het kind met tekorten
o Centrale categorie: ontwikkelingsbelemmering
o Geen inbedding in pedagogiek. Ontwikkeling is veeleer biologisch en minder pedagogisch.
Heilpedagogiek is de leer over de opvoeding, het onderwijs en de maatschappelijke zorg mbt alle kinderen van
wie de lichamelijk-psychische ontwikkeling blijvend wordt belemmerd en dit door zowel individuele als sociale
factoren” (Hanselmann, 1930)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller camillexx. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.