§1.2 Kiezen voor meer vrijheid of meer gelijkheid
Volgens Seidell is er nu al een groter verschil tussen arm en rijk; laagopgeleiden
leven gemiddeld zes jaar korter dan hoogopgeleiden. Door de
voedselprijsstijgingen worden de verschillen nog groter. Je kiest er toch zelf
voor wat je eet en hoeveel je beweegt, echter klopt dit niet bij iedereen, geld
en kennis zijn machtsbronnen die iemand toegang geven tot gezondere
voeding.
Er zijn drie grote politieke stromingen:
Het liberalisme -> de vrijheid en eigen verantwoordelijkheden voor het
individu stellen hun centraal, ze zijn tegen grote bemoeienis van de
overheid met name op sociaaleconomisch gebied.
VVD, D66 inspireren zich door liberalisme.
Vrijheid betekend ook de verantwoordelijkheid voor eigen keuzes
moeten dragen. Kies je om ongezond te leven moet je ook de zorg
daarvoor betalen die je later nodig bent.
Kleine overheid, dei zorgt voor orde, veiligheid, lage belasting en
basisvoorzieningen. Uitkeringen zijn soms noodzakelijk maar niet te
hoog.
De sociaaldemocraten -> ze leggen de nadruk op gelijkwaardigheid,
gelijke kansen en solidariteit. Opkomen voor zwakkeren.
PvdA, SP en GroenLinks behoren tot het ecologisme, ze vinden dat
welvaartsgroei niet ten koste mag gaan van het milieu en klimaat.
Geloven niet dat mensen volledig zelf verantwoordelijk zijn voor hun
succes of falen. Iedereen heeft recht op fatsoenlijk inkomen en gelijke
kansen.
Betaalbare zorg, onderwijs, fatsoenlijke uitkeringen en andere
voorzieningen.
Hoe hoger het inkomen hoe meer belasting je erover moet betalen.
De christendemocraten -> ze vinden de christelijke waarden zoals
naastenliefde en gemeenschapszin belangrijke uitgangspunten.
CDA, CU en SGP zijn christendemocraten.
Ze vinden dat mensen en organisaties als lid van zo’n gemeenschap
verantwoordelijkheid naar elkaar hebben.
Streven naar zorgzame samenleving, uit naastenliefde heb je een
morele plicht om voor elkaar te zorgen.
Overheid moet verbondenheid stimuleren en gedeelde waarden,
normen en tradities plaat geven in het onderwijs.
, De woorden links en rechts worden gebruikt om de standpunten van partijen in te delen. Dit
wordt tegenwoordig in drie grote thema’s gedaan: 1e dimensie gaat over de economie, 2e
over morele vraagstukken en de 3e over identiteit. De ene partij is bij de ene dimensie meer
links en bij de ander meer rechts.
- Linkse partijen zijn voor sociaaldemocratisch economisch beleid.
De overheid moet zorgen voor een sterker sociale zekerheid. Via belastingen zorgt
de overheid dat de verschillen tussen arm en rijk niet te groot worden. Ook moet
een overheid zorgen voor strengere wetgeving die werknemers en consumenten
moet beschermen.
Linkse partijen zijn progressief: zij vinden dat mensen het recht hebben om hun
leven te leiden zoals zij dat willen, overheid mag dit dus niet beperken.
Linkse partijen zijn kosmopolitisch, ze voelen zich verbonden met de hele wereld
en zijn voor de multiculturele samenleving. EU moet meer macht krijgen.
- Rechtse partijen
Rechtse partijen zijn conservatief. Conservatieven willen traditionele waarden en
normen behouden, deze zorgen voor stabiliteit en zekerheid. Maar sommige
veranderingen in de maatschappij vinden ze niet altijd goed, de overheid zou zich
hiermee moeten bemoeien.
Rechtse partijen zijn nationalistisch: voelen zich verbonden met Nederland, ze zien
multiculturele samenleving dan ook als gevaar. Nieuwkomers moeten zich
aanpassen. Overheid moet ons beschermen tegen invloed van buitenaf.
Vinden dat de overheid meer moet zorgen voor eigen volk en minder moet
uitgeven aan het buitenland. EU moet dan ook minder macht krijgen.
§1.3 Beslissen we met z’n allen, of
namens ons allen?
In Zwitserland stemmen ze via handopsteken vóór of tegen een voorstel. Op
kantonnaal en landelijk niveau worden veel beslissingen genomen via een
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur iris_. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour $3.23. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.