• Data, gegevens en cijfers en wat we wel kunnen doen
• Vervolg op statistiek 1
• Vb. Onderzoek van Tom Brooks:
o Beste verklaring voor deze opmerkelijke patronen: natuurlijke eigenschappen
spelen hier een rol in (de stenen, die in een stervormige figuur gebouwd zijn
in Engeland; Tom Brooks)
o Carrefourwinkels in kaart brengen (hier in België)
o Nog eens dezelfde vraag: meerderheid denkt dat het iets anders is (specifiek
kiezen voor bepaalde winkels bijvoorbeeld, zo kan je zeker een figuur
uitkomen)
o Eigenlijk zocht hij gewoon naar bepaalde patronen aangezien hij een grote
dataset had
o Matt Parker: onderzoek van Tom Brooks anders gedaan met winkels
• Vb. Platenverkoop zit terug in de lift
o Zo zie je dat er in 2007 een dipje had en daarna terug omhoog gekomen
o Vinyl is terug!
o Maar beeld toont dit enorm aan, als je de hele grafiek dan ziet dan is dit niet
echt het geval
o 2de grafiek is veel uitgebreider qua tijd en zo zie je dat dit niet zo spectaculair
is dezer dagen
• Vb. Data rond predictie COVID-19 (voorspellingen maken hoe de data gaat
evolueren)
o Kijken hoelang dit gaat duren
o Piek kunnen voorspellen
• Waarom statistiek in psychologie?
o Verwerking onderzoeksdata (die je zelf gaat genereren. Verzamelen)
o Betere interpretatie van psychologische literatuur
o Kritische interpretatie onderzoeksrapportering in media
• Praktisch:
o 11 modules doorlopen (theorie en oefeningen)
o Bij die oefeningen: deadlines
o Voor de paasvakantie: hfst 1, 2 en 3
o SPSS terug downloaden (via Academic Software)
o Basis van statistiek 1 voor SPSS terug opfrissen
o Examen (open boek examen; enkel beide boeken meebrengen):
▪ MPC: 10 punten (deel 1 op papier)
▪ Toepassing SPSS: 10 punten (deel 2 op computer)
• 3 of 4 oefeningen (9/10)
• Deadlines insturen = 1 punt gratis
Hoofdstuk 1: Wat is inductieve statistiek en wat is het nut ervan?
1
,• Vb. Kan muziek een invloed hebben op depressieve gevoelens van mensen? (verschil
tssn genres)
• Hoe hoger de score, hoe positievere gevoelens
• Er is een verschil (maar kijken of het verschil ook groot genoeg is)
• Kernprobleem van inductieve statistiek: kijken hoe we iets beslissen of het een
betekenisvol verschil is of niet
• Statistiek biedt regels som te beslissen: door hypothesetoetsing en significatie
• Situeert zich in de empirische cyclus bij inductieve analyse
• Hypothesetoetsing:
o Statistische significantie nagaan door kansberekening (typische vraag die we stellen:
Is het geobserveerde verschil groot genoeg om significant te zijn?)
• Kansberekening:
o Hoe moeten we die kans berekenen?
▪ Op basis van kansverdelingen (Vb. Standaardnormale verdeling)
▪ Met behulp van verschillende toetsen
o Wat is dan een “grote” en een “kleine” kans?
▪ 5% of 0, 05 = meest courant
• Bij inductieve statistiek nooit 100% zeker van de conclusie (omdat we met een steekproef
werken en niet de hele populatie)
• Hoe meer studies over iets gedaan wordt, hoe meer wetenschappelijke evidentie natuurlijk
• Onzekerheid is geen probleem, als we maar de mate van onzekerheid kennen
o Vb. “we concluderen met 95% zekerheid dat popfunk zorgt voor een betere
gemoedstoestand dan melancholische rock”
• Toetsen = uiteenlopend
2
, o Toetsingssituaties zijn heel uiteenlopend:
▪ Verschil in depressie bij verschillende muziek?
▪ Verschil in depressie voor en na beluisteren van muziek?
▪ Verschil in depressie bij verschillende muziek en 2 methoden
gedragstherapie?
▪ 500 deelnemers of slechts 20?
• Misbruik van statistiek:
o Onduidelijke steekproef (Vb. 95% van Belgen is tevreden over Activia)
o Gebrek aan context (Vb. Duracell batterijen gaan tot 5 maal langer mee)
o Interne validiteit (Vb. Laat de onderzoeksopzet toe om causale conclusies te
trekken?)
▪ Ongeoorloofde causale conclusie trekken
▪ Interne validiteit= mate waarin we met een onderzoeksontwerp causale
conclusies kunnen trekken over effect van OV op AV
▪ 3 voorwaarden om te spreken over een causaal verband:
• Geen andere verklaringen voor gevonden verband
o Vb. Kunnen kids beter lezen als ze door hun ouders vaak
worden voorgelezen?
▪ Test bij 20 kids die vaak worden voorgelezen en 20
kids die nooit worden voorgelezen
▪ Eerste groep scoort 7, tweede groep 6
▪ Er is een significant verschil, maar is er ook interne
validiteit? (er moeten systematische verschillen zijn)
• Oorzaak moet in tijd voorafgaan aan het gevolg
• Effect van OV op AV in voorspelde richting
▪ Om alternatieve verklaringen uit te sluiten: experimenteel onderzoek
uitvoeren = methodologie: noodzakelijk om de juiste conclusies te trekken,
statistiek alleen is onvoldoende
• Randomiseren
• Voormeting
• Nameting
• Controleren van storende variabelen
o We mogen de getallen niet misbruiken, want mensen willen altijd getallen hebben
om die extra bevestiging te hebben (altijd kijken hoe dat getal tot stand gekomen is;
wie ondervraagd? Wat bevraagd? Wat is de steekproef?)
o We mogen ook niet te causaal nadenken, niet alles heeft een verwantschap met
elkaar
o Ongeoorloofde generalisatie – externe validiteit (= mate waarin resultaten van het
onderzoek kunnen gegeneraliseerd worden over:
▪ Situaties (lijkt de onderzoekssituatie genoeg op de “dagelijkse” situatie?)
▪ Methoden (wordt hetzelfde resultaat gevonden met een andere methode?)
▪ Tijd (zelfde resultaten in een andere periode?)
▪ Populaties (zelfde resultaten in andere populatie?)
• Samenvatting:
o Toetsende statistiek volgt op beschrijvende statistiek in de empirische cyclus
o Bedoeling is om op basis van verzamelde data een onderbouwde beslissing te
nemen over verband/ verschillen
3
, o Dat we over deze beslissing nooit 100% zeker zijn is niet erg, zolang we maar de
mate van onzekerheid kennen (hiervoor kansberekening nodig)
o Statistiek is geen wetenschap op zich, statistische conclusies zijn pas waardevol als
ook aan de randvoorwaarden voldaan is en statistiek niet misbruikt wordt. (=
hulpmiddel)
• Opdracht van slides:
o OV: geslacht (nominaal) en opvoedingsstijl (nominaal)
o AV: welbevinden (ordinaal; niet interval= pas als we ze samentellen)
o Steekproeftrekking: aselecte steekproef: clustersteekproef (eerst selectie uitpikken
en dan weer eens), werkt sneller en is wel representatief
o Samenhang tussen variabelen opvoedingsstijl en welbevinden berekenen door chi-
kwadraat (dmv. Een kruistabelanalyse)
• Oefeningen maken (deadline 31 maart) = GEDAAN
• Herhaling van statistiek 1 in die slides
• Oefening 1.04:
o Hercoderen
▪ Transform – recode into different variabeles
▪ Dan best klikken op de variabelen en deze naam omzetten naar ‘variabeles
names’ = makkelijker
▪ Gehercodeerde variabele een nieuwe naam geven (vb. rmotiv3) + op
‘change’ drukken
▪ Dan ‘old en new values’ drukken
▪ Bij value ingeven: vb. 5 ingeven en dan bij New: 1 (tegenovergestelde)
▪ Oke en afsluiten
o Schaalscore berekenen = per respondent het gemiddelde van alle items binnen
elke schaal. (voor zowel schaal motivatie als schaal tijdsbeheer)
▪ Transform – computer variable
▪ Mean en dan alle variabelen invullen (de negatieve eruit halen en
vervangen door de gehercodeerde)
o Grafische voorstelling maken (zijn beide schalen, dus voor beide best een
histogram gebruiken)
o Berekenen (Analyse – descriptive statistics – frequencies
▪ Motivatie
• Gem: 3,81
• Std: 0,5576
• Min: 1,75
• Max: 5
▪ Tijdsbeheer
• Gem: 3,31
• Std: 0,6237
• Min: 1,13
• Max: 5
▪ Berekenen van percentage deelnemers dat lager scoort dan 3.25 op de schaal
motivatie = zwak = 22,8 %
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller margovanlaere. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.30. You're not tied to anything after your purchase.