100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Hoorcolleges Neuropsychologische Assessment $6.36
Add to cart

Summary

Samenvatting Hoorcolleges Neuropsychologische Assessment

 72 views  7 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is een uitgebreide samenvatting van alle hoorcolleges en collegeslides van het vak Neuropsychologische Assessment die gegeven zijn door Ruth Mark in het schooljaar . Er zitten enkele afbeeldingen bij om de stof te verduidelijken.

Preview 4 out of 53  pages

  • May 31, 2021
  • 53
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting Hoorcolleges
Neuropsychologische
Assessment 2020-2021
Hoorcollege 1: Introductie

Wat is neuropsychologische assessment?
 Het is een andere methode om de hersenen te onderzoeken door het gedragsproduct ervan
te bestuderen  wat is de uiting van de beschadiging in de hersenen?
 Het gedrag kan door allerlei dingen beïnvloed worden
- De aard, omvang, locatie en duur van de laesie  is de laesie plotseling (zoals bij een
beroerte) of langdurig (zoals bij een langzaam groeiende tumor)?
- Het slecht functioneren van neurale netwerken
- Leeftijd, geslacht, fysieke conditie, psychosociale achtergrond en de status van de patiënt
- Individuele neuro-anatomische en fysiologische verschillen

De belangrijkste doelen van de neuropsychologische diagnostiek
 Differentiële diagnose
- Wat zijn verschillen tussen mensen?
- Bijvoorbeeld bij dementie: niet iedereen heeft dezelfde vorm van dementie
- Wat voor type heeft deze persoon?
 Planning van de behandeling
- Wat is goed en wat niet?
- Wat zijn de sterke en zwakke kanten van de patiënt?
- Als we weten wat de sterke kanten zijn, dan kunnen we zien wat mensen nog kunnen in
het dagelijks leven
 Het volgen van het revalidatieproces
- Door middel van follow-up testen
- Is de functie hetzelfde gebleven of is het slechter geworden?
- Werkt de behandeling of niet?
 Legale processen
- Is er sprake van malingering?
- Dit houdt in dat iemand slechter presteert dan dat ze daadwerkelijk kunnen om op die
manier geld te kunnen krijgen van de verzekering
 Het doel van neuropsychologische beoordeling is niet alleen het verzamelen van
testgegevens (cognitief, emotioneel en functioneel), maar ook het begrijpen van het gedrag
van de patiënt in de context van de omgeving waarin hij/zij functioneert

Structuur-functie
Functie Hersenstructuren
Aandacht Alle gebieden, maar vooral frontaal
Visuele waarneming Visuele cortex (occipitaal kwab)
Geheugen Hippocampus, thalamus, mammiliary bodies,
fornix, prefrontaalkwab
Taal Linker hemisfeer, gebied van Broca en Wernicke
Executieve functies Frontaal kwab en feedback loops
Beweging Basale ganglia, cerebellum en cortex

, Emoties Amygdala, cortex en rechter hemisfeer
 Let op: je zegt niet “executieve functies zitten in de frontaalkwab”  je zegt “de
frontaalkwab is betrokken bij executieve functies”

Globale aspecten
 We kijken naar alle leeftijden, dus niet alleen bij oude mensen
 Je kijkt ook naar de comorbiditeit en polyfarmacie, omdat deze vaker voorkomen bij ouderen
- Comorbiditeit: wanneer iemand meerdere stoornissen/ziektes tegelijk heeft
- Polyfarmacie: wanneer iemand meerdere soorten medicatie tegelijk neemt
 Je probeert de prestaties van de patiënt te maximaliseren: je kijkt naar de sterke en zwakke
punten
 Individuele verschillen lijken vaak meer extreem te zijn in mensen met hersenletsel
 Het is belangrijk om te kijken naar het pre-morbide niveau van het functioneren  hoe deed
iemand dit voor het hersenletsel?

Psychometrie
 Belangrijk om te kijken naar
- Betrouwbaarheid
- Validiteit
- Normen en scheeftrekken
- Standaardiseren van scores
- Correlaties tussen tests
 Een test is goed als het
- Een ecologische validiteit heeft: het meet wat het moet meten
- Alle relevante gedragsdomeinen bestrijkt
- Vloer- en plafondeffecten vermijdt: als alle patiënten een 0 scoren op de test, is de test
niet goed
- Eenvoudig te beheren en te scoren is
- Vergelijkbaar is met het werk van andere onderzoekers

Procedures in een neuropsychologische beoordeling
 De patiënt gaat vaak eerst naar de huisarts, omdat ze klachten hebben (behalve bij zoiets als
een ongeluk)
 Vervolgens vindt er een neurologisch onderzoek door de neuroloog plaats
 De neuroloog verwijst de patiënt door naar de klinische neuropsycholoog
 Die bedenkt dan welke aanpak hij/zij gebruikt: vaste batterij of flexibele benadering?
 Dan komt het klinische interview
 Hierna wordt de casusgeschiedenis verzameld
 Dan komen pas de neuropsychologische testen
 Je bepaald het pre-morbide niveau van de patiënt
 Je scoort en vergelijkt de testresultaten met leeftijdsnormen
 Dan wordt er een diagnose gesteld en worden er aanbevelingen gegeven voor behandeling
 dit gebeurt in samenwerking met een multidisciplinair team
 Er wordt een verslag gemaakt en de patiënt wordt voorzien van feedback en een mogelijke
follow-up

Neurologisch en laboratorium examen
 Een neuroloog test de motorische functies, sensaties, reflexen en doet een korte Mentale
Status-onderzoek
 In het laboratorium worden alle scans gedaan: CT, MRI, fMRI, SPECT, PET, EEG, ERP etc.
 Veel patiënten krijgen nooit een scan

,  Dit kan verschillende redenen hebben: er kan geen belang zijn, de diagnose kan nooit
gegeven worden of het kost teveel
 Daarnaast zie je niet altijd alle laesies op een scan
 Er zijn ook andere methoden die je kan gebruiken: angiografie, lumbale puncties voor CSF of
bloedprikken
 Bij een lumbale punctie wordt er CSF afgenomen  dit wordt alleen gedaan als er sprake is
van zwelling in de hersenen of als ze bijvoorbeeld willen kijken naar bio-markers van
Alzheimer

Het klinisch interview
 Je brengt in kaart wie de patiënt is
 Je probeert een klik te krijgen met de patiënt  empathie is belangrijk
 Begin met open vragen
 De vragen worden steeds specifieker  checklists kunnen helpen
 Ook de partner wordt geïnterviewd, omdat deze niet altijd overeenkomen met elkaar

Observatie
 Testresultaten zeggen weinig zonder ze te integreren in een algemeen beeld van de patiënt
 Je moet kijken naar verschillende dingen
- Fysieke toestand, uiterlijk
- Communicatie tussen de patiënt en de tester
- Oriëntatie, begrip van de situatie
- Emotionele reacties
- Hoe gaat de patiënt om met het testen?
- Hoe werken de zintuigen?
- Kan de patiënt goed bewegen?
- Hoe is de spraak/taal?
- Is de patiënt geconcentreerd?
- Is er iets ongewoons/apart?

De casusgeschiedenis
 Dit is belangrijk om te kijken hoe de patiënt was voor het hersenletsel: is er sprake van
verandering?
 Hierbij kijk je bijvoorbeeld naar opleiding: hoe hoger het IQ, hoe beter de testprestatie
 Andere factoren zijn werk, persoonlijkheid, relaties, hobby’s, ziektes, medicijnen
 Hierdoor krijg je een idee van het functioneren voor het hersenletsel  pre-morbide
functioneren

Test
 Je selecteert een test op basis van
- Voorspellingen van problemen die waarschijnlijk gevonden worden
- Beschikbare tijd om de test uit te voeren en de tolerantie van de patiënt
- De geschiktheid van testen
- Of de testen aangepast kunnen worden om de problemen bij motoriek/spraak etc. te
omzeilen

Neuropsychologische testen
 Cognitieve functies kunnen hiermee getest worden, bijvoorbeeld aandacht, taal, geheugen,
executieve functies etc.
 Kies tests die andere professionals gebruiken
 Is er sprake van tijdsdruk?
 In welke omgeving zit je?

,  Let op vloer- en plafondeffecten, de capaciteiten van de patiënten etc.

IQ en andere compositiescores
 Mensen met een hoge opleiding en een hoog IQ scoren vaak beter op testen
 Hiervoor moet je corrigeren
 Samengestelde scores verbergen wat de echte sterke en zwakke punten van een patiënt zijn
 mensen kunnen dezelfde totaalscore hebben, maar ze kunnen fouten maken op andere
items van de test
 Prestatiepatronen zijn belangrijker wanneer men wil weten hoe een patiënt functioneert

Meten van pre-morbide werking
 Dit is belangrijk omdat je een baseline nodig hebt om te kijken of de huidige prestaties van
de patiënt te vergelijken zijn met de prestaties van voor het hersenletsel
 Vanwege deze reden zijn normen ook alleen een richtlijn en geen regel/eis
 Een goede manier om het pre-morbide IQ van een mens te meten is de Nederlandse Leestest
voor Volwassenen (NLV)
 Deze test is namelijk niet gevoelig voor hersenbeschadiging  het is een goede vergelijking
met het echte pre-morbide niveau
 Het is het beste om een test te doen voor de beschadiging, maar dit kunnen we bijna nooit
doen
 Een andere manier is om te luisteren naar naaste familieleden over of de patiënt is
veranderd of niet

Nederlandse Leestest voor Volwassenen (NLV)
 Er worden 50 multi-syllabische, laagfrequente woorden getoond met onregelmatige
spellingsafhankelijke correspondentie
 De patiënt moet deze woorden voorlezen, bijvoorbeeld
- Cadeau
- Circulaire
- Funiculaire
- Oecotype
 De woorden worden steeds moeilijker, waardoor de patiënt fouten gaat maken
 Het aantal uitspraakfouten worden in de score berekend
 Het is belangrijk om zelf te oefenen, zodat je weet hoe de woorden uitgesproken moeten
worden
 Het is niet mogelijk om deze test te gebruiken bij mensen die last hebben van afasie
 De NLV onderschat het pre-morbide vermogen van mensen met dementie

Best Performance Method (BPM)
 Je doet heel veel testen bij de patiënt en kijkt dan wat de hoogst scorende testen zijn
 Dat wordt dan gebruikt als het pre-morbide niveau
 Het idee hierachter is dat men denkt dat je niet beter kan presteren dan je biologische
vermogen en zo dus kan schatten wat het pre-morbide niveau is

Hoe diagnosticeer je een patiënt?
 Vergelijk de verwachte en waargenomen prestaties met verschillende tests voor elke
testscore  bij statistisch significante discrepantie praten we over een tekort
 Er zou dan een tekortpatroon moeten ontstaan
 Dit patroon moet je vergelijken met bekende patronen voor specifieke neurologische
patiëntgroepen
 Je kijkt niet naar één score, maar naar verschillende dingen om een diagnose te stellen:
neurologie, neuropsychologisch functioneren, observatie, casusgeschiedenis etc.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller imkepeters. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.36. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

59804 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$6.36  7x  sold
  • (0)
Add to cart
Added