100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Nieuw Nederlands Havo 4 (basis, lezen en schrijven) $5.76   Add to cart

Summary

Samenvatting Nieuw Nederlands Havo 4 (basis, lezen en schrijven)

1 review
 356 views  8 purchases
  • Course
  • Level
  • Book

dit is de theorie in 1 document van Nieuw Nederlands Havo 4/5 basis, lezen en schrijven

Preview 3 out of 19  pages

  • No
  • Basis, lezen en schrijven
  • May 31, 2021
  • 19
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 4

1  review

review-writer-avatar

By: RedouanTaibi • 2 year ago

avatar-seller
Nederlands theorie


Basis
1. Onderwerp, hoofdgedachte en tekstdoel

Onderwerp en hoofdgedachte
Elke tekst gaat over een onderwerp en heeft een hoofdgedachte. Het
onderwerp van de tekst is een woord, of een woordgroep die aangeeft
waarover de tekst gaat; het is geen zin. De hoofdgedachte is een
mededelende zin ( dus geen vraag!), die het belangrijkste weergeeft wat in de
tekst over het onderwerp gezegd wordt.

Tekstdoelen
Een schrijver of spreker wil met zijn tekst iets bereiken bij zijn publiek: hij heeft
een bepaald doel. Er zijn verschillende tekstdoelen:
• Amuseren: het publiek vermaken met iets wat leuk, spannend of
ontroerend is;
• Informeren: het publiek uitleggen hoe iets in elkaar zit, hoe iets is;
• Opiniëren: het publiek zelf een mening laten vormen;
• Overtuigen: het publiek een mening laten overnemen;
• Activeren: het publiek aanzetten iets te gaan doen ( of juist niet te doen).
Elke tekst heeft een van deze doelen als hoofddoel. Soms heeft een tekst een
tweede, bijkomend doel.

Vaak geeft de hoofdgedachte aanwijzingen over het tekstdoel:
• De hoofdgedachte is een constatering: het tekstdoel is informeren of
opiniëren.
• De hoofdgedachte is een mening: het tekstdoel is overtuigen en/of
activeren


Titels
Bij een geschreven tekst staat de titel boven de tekst. Bij een gesproken tekst
wordt de titel soms genoemd in de introductie of vooraankondiging (een
affiche of programmagids).
Er zijn twee soorten titels:
• Een informerende titel geeft aan waarover een tekst gaat, bijvoorbeeld
Denen, het gelukkigste volk van de wereld.
• Een motiverende titel maakt de lezer nieuwsgierig naar de tekst,
bijvoorbeeld lol in legoland.

, Geschreven teksten hebben vaak de combinatie van een motiverende titel en
een informerende ondertitel, bijvoorbeeld: paradijs op aarde (6 verassende
bestemmingen).

2. Inleiding en slot

Inleiding: de aandacht trekken
Een goede tekst bestaat uit drie delen: inleiding, middenstuk en slot. De
inleiding van een tekst heeft twee functies:
• De aandacht van het publiek trekken;
• Het onderwerp van de tekst introduceren.

De inleiding van een tekst moet de aandacht van het publiek trekken.
Schrijvers en sprekers willen immers dat het publiek verder leest of aandachtig
blijft luisteren. De inleiding moet dus aantrekkelijk zijn.

Manieren om de inleiding aantrekkelijk te maken:
• Naar een actuele gebeurtenis verwijzen
een tekst kan beginnen met iets wat nu in de belangstelling staat. Die
actualiteit vormt dan de aanleiding voor de tekst.
• Kort de voorgeschiedenis beschrijven
De inleiding kan kort weergeven hoe er in het verleden over het
onderwerp is gedacht of hoe ermee is omgegaan. Dat maakt het
publiek nieuwsgierig naar hoe het tegenwoordig zit en dat is dan het
onderwerp van de tekst.
• Een aantrekkelijk voorbeeld geven
Een voorbeeld is een kort verhaaltje, een specifiek geval van het
onderwerp van de tekst. Een bijzondere vorm is de anekdote: een kort,
grappig (waargebeurd) verhaaltje
• Het belang voor het publiek aangeven
Wanneer de inhoud van de tekst van belang kan zijn voor het publiek,
kan daar in de inleiding op gewezen worden. Zo wordt de aandacht van
het publiek getrokken.

Een inleiding wordt ook aantrekkelijk door een sterke eerste zin. De klassieke
manieren zijn:
• Een intrigerende vraag:
- Dames en heren, ik wil beginnen met een vraag: hoeveel keer per
dag liegt u?
• ‘schokkende’ of opvallende cijfers:
- Een op de zeven jongens in 4 havo blijft zitten.
• Een paradox ( een schijnbare tegenstelling):
- Hoe gespecialiseerder iemand is, hoe minder hij kan.
• Een prikkelend citaat:
- ‘ik denk, dus ik besta’, schreef de Franse filosoof en wiskundige
René Descartes.

, • Een suggestieve of raadselachtige opsomming:
- Drieëntwintig stripboeken, een weduwe en een jonge Engelsman.
Wat, geacht publiek, hebben die met elkaar te maken?


Inleiding: het onderwerp van de tekst introduceren
De tweede functie van de inleiding is duidelijk maken waarover de tekst gaat.
Een onderwerp kan op de volgende manieren geïntroduceerd worden:
• Er worden een of meer vragen gesteld.
• Er wordt een mening (standpunt) geformuleerd.
• Er wordt een probleem geschetst.

In het middenstuk worden dan die vragen beantwoord, de argumenten bij het
standpunt gegeven, of de verklaring en/of oplossingen voor het probleem
gepresenteerd. Bij gesproken teksten kondigt de spreker in de inleiding vaak
de deelonderwerpen aan die hij in het middenstuk van zijn tekst gaat
bespreken.

Slot
Een tekst wordt afgerond met een slot. Het slot bevat meestal de
hoofdgedachte (de conclusie) van de tekst (meestal in één zin geformuleerd).
Vaak begint het slot met een signaal, zoals kortom, al met al, we hebben dus
gezien dat…, ik rond nu af met…

Naast de hoofdgedachte bevat het slot soms (een combinatie van):
• Een samenvatting in enkele zinnen (niet bij korte teksten);
• Een afweging;
• Een aansporing of aanbeveling;
• Een toekomstverwachting.
De manier waarop een tekst wordt afgerond, wordt onder meer bepaald door
het doel van de tekst en door de inleiding. Een activerende tekst kan
bijvoorbeeld eindigen met een aansporing.

Manieren om aantrekkelijk te eindigen:
• Een aansluiting bij het begin ( de cirkel rondmaken): in het slot wordt
teruggekomen op de (aandachtstrekker uit) de inleiding;
• Een uitsmijter (pakkende slotzin), bijvoorbeeld een retorische vraag of
citaat.
Rond niet af met clichés als de tijd zal het leren of de meningen hierover zijn
verdeeld en dat za nog wel lang zo blijven.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnoukZW. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.76. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62491 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.76  8x  sold
  • (1)
  Add to cart