Hersenen en gedrag
HC 1:
Soms functioneren bepaalde hersendelen minder goed dit kan dan leiden tot (ander) gedrag
Neuropsychologie: De relaties tussen hersenen en gedrag onderzoeken bij zowel intacte al
beschadigde individuen
Klinische neuropsychologie: De relatie tussen hersenstoornissen en gedrag
Een neuropsycholoog richt zicht op vele mogelijke hersendisfuncties die tot uiting kunnen komen in
een enorme variëteit aan cognitieve, emotionele en gedragsverschijnselen. (Kijkt naar relatie tussen
hersenen en gedrag). Een neuropsycholoog doet:
- De gestoorde en intact gebleven gedragsmogelijkheden analyseren
- In kaart brengen van de gevolgen voor het dagelijks leven
- Bekijken van de relatie tussen het gedrag en de aard, plaats en omvang van de
hersenstoornis
- Prognose, veranderingen vaststellen
- Begeleiding en behandeling
HST 1, Van nul tot nu: Een beknopte geschiedenis van de cognitieve neurowetenschap; globaal
leren a.d.h.v. sheets
Empiristen vs. Frenologen (Nurture vs. Nature)
Empiristen: Pas door ervaring zal de geest zich vullen met kennis. Ieder mens is bij de geboorte gelijk
en pas door ervaring en opvoeding gaat verschillen van anderen.
Frenologen: Mensen worden niet gelijk geboren. Iedereen komt et een unieke set van eigenschappen
op de wereld die beter of slechten ontwikkeld kunnen zijn. Dit is af te lezen aan de schedelvorm.
Stimulatie zenuwen Lokalisatie functies Neuro-transmitters,
Descartes en spieren (EEG, en wetenschap psychofarmaca,
EST) (Gall, Broca) kraken DNA,
cognitieve
(neuro)weten-schap
e e e e
17 eeuw 18 eeuw 19 eeuw 20 eeuw
17e eeuw: Men beschouwde de wereld als een ingewikkeld mechaniek. Door observatie en
experimentatie kon de mens zelf inzicht krijgen in deze complexe materie. Descartes: de mens
bestaat uit twee zaken. De res extensa, letterlijk een ding dat zichtbaar is en ruimte inneemt: ons
lichaam. En de res cognitans, letterlijk een denkend ding.
18e eeuw: Aandacht voor elektriciteit en het brein.
,19e eeuw: Lokalisatie functies. Principe van Gall: verschillende psychische functies in de cortex zijn
gelokaliseerd. Broca onderzocht het brein van een patiënt die nog maar 1 ding kon zeggen. Het bleek
dat zijn linkerhersenhelft beschadigd was. De linkerhersenhelft is dus verantwoordelijk voor de
productie van taal. Vanaf dit moment van het idee van lokalisatie van cognitieve functies in de
hersensschors acceptabel.
In de 19e eeuw begon ook de wetenschappelijke psychologie.
20e eeuw: Neurotransmitters werden ontdekt en werden deze verder onderzocht. DNA werd
gekraakt, structuur en functie ontdekt. + cognitieve (neuro) wetenschap werd ontwikkeld.
HST 2, Het brein als een zakmes: Evolutie, hersenen en gedrag; globaal leren a.d.h.v. sheets
Theorie van Darwin: Selectie en adaptie. Selectie: Volgens Darwin zijn soorten geleidelijk ontstaan en
is er geen doel of zin aan dit proces, er is geen ontwerper geweest. Wat gezorgd heeft voor de
enorme diversiteit die we zien in de natuur is het proces van natuurlijke selectie. Dit zorgt ervoor dat
individuen door de tijd heen beter aangepast raken aan hun omgeving. Binnen een populatie is
variatie nodig om een selectie te kunnen maken. Want er valt niks te selecteren uit identieke
individuen. Processen die voor variatie zorgen, zijn genetische recombinatie: het mengen van
ouderlijk genen tot een nieuwe combinatie, en genetische mutatie: toevallige, plotselinge
veranderingen in het DNA. Dit komt zelden voor en zorgt vaak voor veranderingen in het organisme
die niet bevorderlijk zijn voor overleving. In de zeldzame gevallen dat ze zorgen voor een betere
aanpassing, kunnen ze worden doorgegeven aan de volgende generaties.
Een adaptie is een eigenschap die andere varianten vervangt door middel van selectie. Dit zorgt voor
betere aanpassing aan de omgeving.
Nature: alle eigenschappen van het individu zijn bepaald door aanleg, bijvoorbeeld het genetisch
materiaal.
Nurture: alle eigenschappen van het individu zijn bepaald door opvoeding, met name door de
leefomgeving.
Genotype: genetische compositie van een organisme
Fenotype: gedrag en uiterlijke kenmerken van een organisme (invloed omgeving)
Ontogenetische ontwikkeling: binnen individueel organisme (structuur en gedrag)
Fylogenetische ontwikkeling: evolutionaire geschiedenis bekijken om structuur en gedrag te
verklaren
, HST 3, Het hiërarchische brein: Functionele neuroanatomie en hersenontwikkeling; Globaal leren
a.d.h.v. sheets
Volwassen brein bestaat uit ongeveer honderd miljard zenuwcellen. Omdat elke cel meerdere
contacten heeft met andere cellen loopt het aantal verbindingen in het brein op tot zo’n honderd
biljoen.
Tot ongeveer ons twintigste jaar ontwikkelen bepaalde delen van het brein zich nog.
Overzicht hersenkwabben
Frontal lobe:
- Intelligentie
- Executieve functies: hogere controle functies van de hersenen (plannen etc.)
- Doelgerichte bewegingen
- Sociaal gedrag
Parientaal kwab:
- Somatosensorische cortex: registreert alle senaties die ons lichaam waarneemt.
- Associatie cortex: herkennen van voorwerpen op basis van info uit de tastzintuigen.
- Ruimtelijke functies
Temporaal kwab:
- Auditieve informatie
- Gepsproken taal
- Gezichtsherkenning
Occipitaal kwab:
- Visueel
Cerebellum (klein brein):
- Controle van bewegingen
- Mensen met schade aan cerebellum hebben moeite hun evenwicht te houden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Miriamgrootnibbelink. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.