MODERNE GESCHIEDENIS
Hoorcolleges 1 t/m 7
De komende zeven onderwerpen komen in deze collegereeks aan bod:
- Revoluties
- De periode van ideologie
- Wetenschap en de vorming van moderniteit
- Europa in de wereld
- Politiek: de kracht van liefde
- Modernisme: politiek en cultuur
- Van oorlog van de mensen naar totale oorlog
Hoorcollege 1
Inhoud:
- De kenmerken van Moderne Geschiedenis
- De periode van de Franse Revolutie
Wat is de natuur van moderne geschiedenis?
- Van de ‘Age of Revolutions’ naar de ‘Age of Extremes’
- Wetenschap en vooruitgang (en de negatieve gevolgen daarvan in WOI en WOII)
- Tussen Verlichting en Totalitarisme
- Het individu en de massa
- De kunst: van romantiek naar expressionisme
De 19e eeuw was een positieve eeuw gezien wetenschap, dat de weg vrijmaakte voor vooruitgang en
industrialisatie, wat zorgde voor meer welvaart, maar ook de sociale verschillen vergrootten. Het
individu ging steeds meer zoeken naar een volwaardige plek in de maatschappij (langzamerhand ook
voor vrouwen). De Verlichting belichaamde dit, het bracht de geboorte van liberale economie, sociale
wetenschappen en uiteindelijk hielp het ook de ontwikkeling van de moderne welvaartstaat. Maar
Verlichting voedde uiteindelijk ook het nationaalsocialisme, fascisme en Marxisme. Het individu
vocht zich los van absolutisme en creëerde liberale ideeën, de mens moest bevrijd worden van de
machten van absolutisme en kapitalisme. Maar ook de massa kwam op en werd een belangrijk aspect
van politiek en cultuur. Aan het einde van de 19 e eeuw werd ook de massa geëmancipeerd. Dit voedde
ook fascisme en totalitarisme. Er zijn dus twee kanten aan elke ontwikkelingen in deze tijd (positieve
en negatieve consequenties). Dit is ook te zien in kunst, in muziek (van romantiek naar
expressionisme, van Mozart naar Jazz, van Beethoven naar Stravinsky), maar ook in schilderkunst
(nationalisme impressionisme expressionisme met Dada etc.). Het is een soort breuk met het
verleden en een poging iets nieuws te creëren. 1 gebeurtenis die die breuk belichaamd is de Franse
Revolutie.
Franse Revolutie
De Amerikaanse Revolutie had de weg vrijgemaakt voor liberale ideeën in Frankrijk. Er was ook een
fysieke relatie: Fransen hadden de Amerikanen kolonisten gesteund. Het resultaat van beide revoluties
is de ontwikkeling van de moderne staat. Een populaire soevereiniteit is dan de basis voor politieke
systeem, i.p.v. absolutisme of gedeelde absolutisme (Engeland). Daarnaast werden er tijdens beide
revoluties een constitutie opgesteld. Daarnaast werd de ‘natie’ gecreëerd tijdens deze revoluties:
,gedeelde perspectief op de toekomst, gedeelde geschiedenis. Een natie was meer dan een rijk of land.
Een natie is iets dat mensen verenigd, een soort gezamenlijke eenheid dat men verbindt aan het rijk.
Men voelde zich verantwoordelijk voor hoe het ging in hun land (natie, dus). Kortom:
- Populaire soevereiniteit
- Geschreven constituties
- Het idee van een natie
Onder historici is er weinig consensus wat het belangen/oorzaken van beide revoluties zijn geweest.
De belangen van deze revoluties worden steeds bekritiseerd. Bijvoorbeeld: was de Franse Revolutie
een reactie op de Amerikaanse Revolutie? Of op het Frans Absolutisme? Of was het een interne
beweging dat regionale politiek moest hervormen? En hoe begon de Revolutie? Was het gedrag van de
koning belangrijk? En waar resulteerde de Franse Revolutie in? Was het een enkele gebeurtenis dat
eindigde met verslagen van Napoleon en hoeveel impact had het politiek gezien in Europa?
Resulteerde het in blijvende innovatie van politiek denken? Wat waren ultieme effecten? Is er een lijn
te zien tussen de radicale Franse Revolutie en totalitarisme in de 20 e eeuw? Het is een debat dat nog
steeds gaande is.
Tijdens de Tenniscourt Oath waren alle controversiële elementen van de Franse Revolutie al
aanwezig:
- Was het een bourgeois gebeurtenis? Of meer dan bourgeois? Omdat er ook geestelijkheid was.
- Was dit het begin van parlementarisme? Of meer een schreeuw van de mensen?
Waar stond de Franse Revolutie voor? Vrijheid, gelijkheid, broederschap. Zusterschap? Vrouwen
waren in het begin ook belangrijk (het hof naar Parijs brengen, de koning onder controle brengen in
Parijs).
Franse Revolutie was het begin van nieuwe waarden in politiek en in de cultuur. Maar het had ook
sterk leiderschap nodig (Napoleon) om de ideeën te exporteren. Maar wat werd er dan geëxporteerd?
- Langzamerhand het einde van feudalisme (Oost-Europa) looncontracten, individuele
economische veranderingen wat hen uit traditionele werkrelaties trokken.
- Het idee van constitutioneel bestuur. Geen democratie, maar wel een aantrekkingskracht van
populaire soevereiniteit als basis van een politiek systeem. Of in ieder geval dat het politiek
systeem het volk vertegenwoordigde (nieuwe ideeën over soevereiniteit). Het was heel anders
dan absolutisme.
De Franse Revolutie werd gevolgd door een periode van herstel. Herstel van prerevolutionaire
regimes, maar ook nieuwe regimes. Deze prerevolutionaire regimes moesten zich wel aanpassen aan
constitutioneel bestuur. Constituties werden dus dominant in de moderne tijd. Door de complexiteit
van de revolutionaire oorlogen, vindt er ook een verschuiving van internationale relaties plaats.
Grootmachten proberen een grip te krijgen op internationale relaties Concert of Europa. Maar dit
zou niet lang duren, oorlog zou weer oplaaien.
Kortom, wat bracht de Franse Revolutie?
- Het bracht nieuwe revoluties (1830 België, 1848 poging Italië + Duitsland verenigen, 1871
eenheid Duitse staten door Bismarck); experimenten met politieke systemen
- 1861-1870: unificatie van Italië; 1871 unificatie van Duitse staten
- Ook radicale veranderingen zonder revolutie, zonder geweld. Bijvoorbeeld in Engeland,
Scandinavië en Nederland. Parlementaire systemen met constituties, waarbij veel
parlementaire democratieën werden gecreëerd.
- We zien ook revolutionaire tendensen in de gebeurtenissen van de 20 e eeuw: in 1917
(Russische Revolutie), 1925 (Fascisme neemt over in Italië), 1933 (Hitler neemt de macht in
DL) creëren van totalitarisme, uiteindelijk leidde het tot WOI en WOII.
, Hoorcollege 2
De 19e eeuw is een periode waarin politieke hervorming en revoluties domineren. ‘The Restoration
Era’:
- Europese leiders proberen revolutionaire bedreiging te voorkomen
- Ze willen prerevolutionaire regimes herstellen
- Toch moeten de prerevolutionaire regimes ook de grondwetten accepteren
- Er is een sterke conservatieve beweging in Europa, die de macht van de bourgeoisie wil
inperken en de revoluties wil onderdrukken.
- Politiek/cultuur kan worden gedefinieerd met ideologieën en romantiek
Uiteindelijk waren de bestuurders niet in staat om de revoluties te voorkomen, en moesten ze deze
revoluties confronteren in 1830 en 1848, hoewel deze revoluties faalden, maakten ze het pad vrij voor
een nieuw Europa na 1848.
De meeste belangrijke personen/gebeurtenissen zien we hoe zij worstelen met de erfenis van de Franse
revolutie. Dat geldt voor Metternich en Napoleon III (nieuwe keizer van Frankrijk, 1852).
De erfenis van de Franse Revolutie:
- Postrevolutionair trauma: angst voor revolutie, bourgeoisie en democratie
Frankrijk:
- Franse Revolutie beëindigde absolutisme, waardoor Lodewijk XVIII een constitutionele
monarch moest zijn
- Nieuwe van-verlicht-afgeleide concepten van ‘de mensen’ en ‘de natie’ als politieke actoren.
Metternichs strategie.
Metternich was de dirigent van het Concert van Europa, hij wilde herstel van prerevolutionaire relaties
in Europa d.m.v. diplomatiek. Hij vond dat Europese stabiliteit verdere revoluties zou voorkomen
(conservatisme!) Dit zou voorkomen dat de middenklasse in verzet zou komen. Het hield een ‘heilig
bondgenootschap’ in met Rusland en Pruisen: bescherming van een Christelijke orde tegen revolutie
en liberalisme. Dit domineerde Europa de eerste helft van de 19 e eeuw.
Maar er waren ook andere krachten in Europa: economisch werd de samenleving gemoderniseerd
industrialisatie (vroege) in Engeland en verspreid in Europa (België, delen van Duitsland). Ook
agrarisch vond er een transformatie plaats, leidde tot migratie van platteland naar stad urbanisatie
problemen in steden (hygiëne, werkeloosheid, kindersterfte etc.). Dit leidde ook tot een
transformatie van samenleving nieuwe sociale klassen: het proletariaat, arbeiders die afhankelijk
waren van fabriekslonen, niet langer van agrarische lonen) EN de middenklasse (non-aristocraten die
rijkdom hadden gekregen door handel, bankieren en produceren). Dit leidde niet gelijk tot politieke
acties/verandering. Wel 1 grote uitzondering Groot-Brittannië, die hadden wel vrij relatief politieke
hervormingen, die gestimuleerd werden door economische ontwikkelingen:
- Een voorbeschouwing van vredige verandering
- The Great Reform Bill van 1832
- Afschaffing van slavernij in 1833
- Chartisme
- Terugdraaien van de graanwetten in 1848
De revoluties van 1848: revolutie kwam weer helemaal terug in Europa
- Liberale revoluties tegen herstelconservatisme
- Economische problemen zorgden voor sociaal en politieke ontevredenheid
- Nieuwe politieke factoren:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JantinevanderWest. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.94. You're not tied to anything after your purchase.