,Hoofdstuk 1 - Gedrag
Gedrag is alles wat dieren of mensen doen of laten/ aanpassen aan de omgeving. (communiceren)
5% verbale communicatie
95% non-verbale communicatie
Inwendige prikkel: prikkels van binnenuit, naast hormonen, honger- en dorstgevoel.
- Honger/dorst
- Overlevingsdrang
- Gevaar
- voortplantingshormonen
Uitwendige prikkels: prikkels van buitenuit, bewegingen, geur en geluiden
- Zien
- Horen
- Ruiken
- Voelen
- proeven
Motiverende factoren = combinatie van inwendige en uitwendige prikkels
Drempelwaarde = waarde van motivatie waarbij wordt overgegaan tot actie
Functie van gedrag = het overleven van een individu en overleven van de soort (voortplanting).
Sleutelprikkel = een uitwendige prikkel die steeds eenzelfde gedrag oproept
Supernormale prikkel = een uitwendige prikkel die een overdreven reactie opwerkt (de versterkte
sleutelprikkel)
2
,Inprenting = leren die beperkt is tot een korte gevoelige periode (moederbeeld), erfelijke vastgesteld.
Rituelen = bestaan uit een serie gedragseenheden die van tevoren vaststaat. Ritueel gedrag dat leidt
tot paringsgedrag heet de balts.
Balts = is de manier om aan te tonen dat je van het andere geslacht bent een geschikte partner. Een
vrouwtje moet aantonen dat ze geen kwaad in de zin heeft.
Ambivalent gedrag = gedrag dat elementen van twee tegengestelde gedragssystemen afwisselt. 2 of
meer gedragssystemen die even sterk zijn.
Omgericht gedrag = je bent boos op je vader maar je trapt tegen de tafelpoot. Gedrag gericht tegen
individu A wordt gericht tegen individu/object B
Oversprong gedrag = gedrag A gaat over in gedrag B.
Ethologie = studie naar gedrag
Antropomorfisme = dierlijk gedrag mag niet beschreven worden met de termen voor menselijk
gedrag.
Ethogram = tabel met afkortingen en beschrijvingen van gedragselementen
Protocol = tabel met afkortingen van gedragselementen in de tijd gezet.
Conflictgedrag = overspronggedrag, ambivalent gedrag en omgericht gedrag.
1. Ambivalent gedrag : gedrag dat is samengesteld uit handelingen van meerdere
gedragssystemen die allebei even sterk zijn
Bijv. : dreiggedrag bestaat uit aanvalsgedrag en vluchtgedrag
2. Overspronggedrag: gedrag dat is samengesteld uit handelingen van meerdere
gedragssystemen, waarbij na verloop van tijd wordt overgesprongen op een derde soort gedrag
Aangeboren gedrag = gedrag wat je vertoont zonder dat je het hebt kunnen leren (door isolatie)
• Reflexen
• Erfelijk gedrag (instinctief gedrag) → het kunnen zingen is erfelijk, welke melodie er
gezongen wordt is aangeleerd → je kan het zonder dat het je geleerd wordt.
Aangeleerd gedrag = (leerstrategieën)
• Inprenting → in een korte periode aan het begin van het leven
• Gewenning → langzaamaan niet meer reageren op bepaalde prikkels
• Trial and Error → leren met vallen en opstaan (ook oefenen), bijvoorbeeld leren
fietsen
• Imiteren → nadoen en oefenen → kinderen doen hun ouders na
• Conditioneren
o Klassiek (associatief leren)→ twee verschillende prikkels die niks met elkaar
te maken hebben worden met elkaar gecombineerd → hond leert dat bij belletje
eten verschijnt en gaat speeksel aanmaken. Na een tijdje maakt hond speeksel aan
als het belletje klinkt (maar er geen eten is) film Gedrag en Wetenschap klassiek
conditioneren
voorbeeld bij pup zeggen “plassen” als hij plast, dan gaat de hond iedere keer
plassen als je dit woord zegt, ook in huis!
o Operant → Combineren van twee opeenvolgende gebeurtenissen → Leren
door het gewenste gedrag te belonen (zie ook film trial and error)
3
, • Inzicht → dier bedenkt de oplossing voor een “probleem” → aap in dierentuin krijgt
noten met zand, gaat naar water toe en gooit de noten in het water → noten blijven drijven,
aap kan schone noten uit het water halen. (kraaien, dolfijnen, chimpansees)
Associatief leren = toevallige prikkel te koppelen aan een andere prikkel. (conditioneren)
Klassieke conditionering = geconditioneerde reflex. Uitwendige prikkel combineren met een reflex.
Trial and error = gedrag dat per ongeluk het gewenste resultaat op.
Operante conditionering (beloning of straf)
Inprenting = in een korte periode aan het begin van het leven iets leren.
Gewenning
Cultuur = het verschijnsel dat individuen binnen een groep vergelijkbaar gedrag vertonen.
Inzichtelijk leren werd eerst gezien als typisch gedrag van primaten, maar het wordt steeds meer
duidelijk dat ook andere zoogdieren en vogels dit kunnen.
Inlevingsvermogen werd ook eerst gezien als typisch menselijk, maar ook hier blijkt dat meer dieren
in staat zijn tot inleving.
Toepassen Stress
Stereotiepe gedragingen → geen reactie op uitwendige prikkels, maar als reactie op langdurige
stress
Onderzoek naar stress en naar natuurlijk gedrag → om het leven voor dieren in de veehouderij,
circussen, dierentuinen en reservaten beter te maken (minder stress)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merelbotman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.80. You're not tied to anything after your purchase.