Behaald cijfer: 9! Dit document bevat zeer uitgebreide en woordelijk meegeschreven uitwerkingen van de Casus van de Week van Burgerlijk Recht 3. Geschreven in het jaar 20/21. Het biedt een overzicht van alle soorten vragen die je op het tentamen kunt verwachten.
UITWERKINGEN OEFENCASUSSEN BURGERLIJK RECHT 3 (2020 -
2021)
WEEK 1: ONRECHTMATIGE DAAD
Week 1A: Onrechtmatige daad 1
1. Samantha laat een zwembad installeren in haar achtertuin. Een half jaar later is het
zwembad gereed en organiseren Samantha en haar man een pool party om dit vieren.
Ook uitgenodigd is buurman Piet, architect van beroep. Op een gegeven moment moet
Didier, de echtgenoot van Samantha, naar het toilet. Hij zet een sprintje in richting het
huis en snijdt een stukje af langs het zwembad. Piet loopt op dat moment rustig naar
de duikplank om in het water te springen. De vloer rondom het zwembad is nat en
Didier glijdt uit. Op datzelfde moment doet Piet een paar stappen naar achteren om een
aanloop te nemen. Beide mannen komen met elkaar in botsing. Piet valt achterover op
de harde stenen vloer en loopt ernstig hersenletsel op.
Kan Piet schadevergoeding vorderen van Didier op grond van onrechtmatige daad?
Als we het hebben over een onrechtmatige daad, dan denk je meteen aan artikel 6:162 BW.
Laat je niet verleiden tot de toepassing van art. 6:174 BW; een vloer wordt niet gebrekkig als
daar wat water op ligt. Een vloer wordt gebrekkig als het bestaat uit een bepaald soort
materiaal dat de vloer ongeschikt maakt.
Welke onrechtmatige gedraging is hier aan de orde?
● Strijd met wettelijke plicht?
● Inbreuk op een recht?
● Maatschappelijke betamelijkheid
In deze casus gaat het om een onrechtmatige gedraging die ziet op de maatschappelijke
betamelijkheid. De deelnorm hier is gevaarzetting.
Om te concluderen dat er sprake is van een OSVO, moet je langs de Kelderluik-criteria gaan.
Als er dan geen gevaarzetting uitkomt, dan is er sprake van OSVO.
We passen de Kelderluik-criteria toe:
● De waarschijnlijkheid waarmee de niet-inachtneming van de vereiste
oplettendheid en voorzichtigheid kan worden verwacht: In dit geval zou je
kunnen zeggen dat als je bij zo’n zwembad aan het springen bent dat je altijd
rekening houdt met het feit dat er van alles om je heen gebeurt (mensen rennen,
uitglijden, onoplettende kinderen). Je mag er vanuit gaan dat er niet-inachtneming
van de vereiste oplettendheid en voorzichtheid is.
● De hoegrootheid van de kans dat daaruit ongevallen ontstaan: Er is een kans dat
daardoor ongevallen ontstaan, maar ook weer niet zo’n hele grote kans.
● De ernst die de gevolgen daarvan kunnen hebben: De gevolgen kunnen ernstig
zijn, maar het kan ook wel een beetje meevallen.
● De mate van bezwaarlijkheid van te nemen veiligheidsmaatregelen:
Veiligheidsmaatregelen zijn wel bezwaarlijk in casu. Bordjes bij een zwembad in een
privésfeer slaan nergens op. Het gaan in deze casus ook om een privésituatie, dus
welke veiligheidsmaatregelen zou je hier dan willen nemen?
In deze casus is de rechtsregel van het Zwiepende tak-arrest van belang: Niet reeds de
enkele mogelijkheid van een ongeval als verwezenlijking van aan een bepaald gedrag
inherent gevaar doet dat gedrag onrechtmatig zijn. Er moet sprake zijn van zodanig
gevaarscheppende gedrag. Dat zodanig gevaarscheppende gedrag is slechts onrechtmatig
indien de mate van waarschijnlijkheid van een ongeval als gevolg van dat gedrag zo groot is
, dat de dader zich naar maatstaven van zorgvuldigheid van dat gedrag had moeten onthouden
(RO 3.4).
In deze casus wordt de drempel van Zwiepende tak niet gehaald. Het gedrag - rennen bij het
zwembad - is niet op zichzelf onrechtmatig. Het wordt pas onrechtmatig als het zeer
waarschijnlijk is dat er een ongeval als gevolg van dat gedrag plaatsvindt. Dan had de dader
zich van dat gedrag moeten onthouden.
Er is geen sprake van gevaarzetting. Er is sprake van een ongelukkige samenloop van
omstandigheden (OSVO). Piet kan dus geen schadevergoeding vorderen van Didier op
grond van onrechtmatige daad, want er is geen sprake van onrechtmatigheid.
2. Op zijn erf is Pietersen druk in de weer om met een bijl een beuk te kappen. Als de
boom zo ver gekapt is, dat hij bijna omvalt op het naast het erf gelegen wandelpad,
loopt Pietersen snel naar de schuur om een touw te halen. Door het touw tussen de om
te hakken boom en een andere boom te spannen, wil hij er zeker van zijn, dat de boom
niet op het pad valt. Voordat Pietersen uit de schuur is teruggekeerd, wandelt Westra,
een 30-jarige muziekdocent op het pad langs de erfafscheiding. Juist op dat moment
valt door een windvlaag de beuk om. Westra wordt door de stam getroffen en raakt
ernstig gewond aan zijn schouder en kan zijn beroep niet meer uitoefenen.
Is Pietersen is aansprakelijk voor de door Westra geleden schade?
In deze casus draait het om art. 6:162 BW. Het gaat dan om de onrechtmatige gedraging die
ziet op de maatschappelijke betamelijkheid. De deelnorm is hier gevaarzetting. We passen
daarom de Kelderluik-criteria toe:
● De waarschijnlijkheid waarmee de niet-inachtneming van de vereiste
oplettendheid en voorzichtigheid kan worden verwacht: Het is zeer
onwaarschijnlijk dat je verwacht dat je tijdens een wandeling een boom op je krijgt. Je
kunt geen rekening houden met elke boom.
● De hoegrootheid van de kans dat daaruit ongevallen ontstaan: Er is een grote
kans dat er een ongeval ontstaat bij de boom in casu.
● De ernst die de gevolgen daarvan kunnen hebben: De gevolgen daarvan kunnen
ontzettend groot zijn.
● De mate van bezwaarlijkheid van te nemen veiligheidsmaatregelen: Het was niet
bezwaarlijk geweest om veiligheidsmaatregelen te nemen. Voordat je gaat kappen
moet je ervoor zorgen dat je de situatie veilig maakt. Dat touw had van te voren al
moeten worden geplaatst.
Er is dus sprake van gevaarzetting. Dat betekent dat Pietersen aansprakelijk is voor de door
Westra geleden schade.
Casus tussendoor: Reclamebord Albert Heijn
De Albert Heijn plaatst vlak voor een paaltje bij de parkeerplaats op de stoep een
reclamebord. Een bezoeker rijdt tegen dit paaltje aan met schade aan de auto tot gevolg. Het
staat vast dat de bezoeker het paaltje bijna onmogelijk kon zien. Is hier sprake van
gevaarzetting?
Volgens de rechter gaat het hier om inparkerende auto’s. Automobilisten letten dan meestal
goed op. De waarschijnlijkheid dat automobilisten dus niet goed opletten is klein. De Albert
Heijn mocht verwachten dat de bezoekers de vereiste oplettendheid en voorzichtigheid in
acht zouden nemen. Er is dus geen sprake van gevaarzetting.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rechtenstudentje050. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.47. You're not tied to anything after your purchase.