100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Klinisch lijnonderwijs I | 77 oefenvragen met antwoorden $3.21
Add to cart

Other

Klinisch lijnonderwijs I | 77 oefenvragen met antwoorden

 43 views  6 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

77 oefenvragen (meerkeuze en open) met antwoorden over de stof van de 9 casus uit alle werkgroepen van klinisch lijnonderwijs I. Deze vragen zijn gericht op het tentamen, niet de werkgroepen.

Last document update: 1 year ago

Preview 3 out of 20  pages

  • June 4, 2021
  • May 18, 2023
  • 20
  • 2020/2021
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
week 1 → vragen




Algemeen

1. Het lukt niet een diagnose te stellen. Er wordt medicatie voorgeschreven
waarvan de resultaten de waarschijnlijke diagnose zullen bevestigen of
uitsluiten. Hoe heet deze vorm van diagnostiek?
a. Diagnostiek ex iuvantibus
b. Sleepnetonderzoek
c. Tractusanamnese

2. Wanneer spreken we van acuut, subacuut en chronisch?

Buikpijn • Casus 1

3. Casus: pijn in de bovenbuik verplaatst naar rechtsonder, gebrek aan eetlust,
misselijk, overgeven, verhoging en peritoneale prikkeling. Wat is de meest
waarschijnlijke diagnose?

4. Welke organen bevinden zich in het rechterhypochondrium?

5. Welke organen bevinden zich in het linkerhypochondrium?

6. Welke organen bevinden zich in het hypogastrium?

7. Wat is de benaming voor pijnaanvallen met bewegingsdrang, en gaat vaak
gepaard met braken?
a. Drukpijn
b. Koliekpijn
c. Schudpijn
d. Slagpijn

8. Welke organen bevinden zich in de umbilicale regio?

9. Welk aanvullend onderzoek is aangewezen bij een verdenking op
appendicitis?
a. CT-scan
b. Echo
c. MRI-scan
d. X-thorax

KLO I → vragen → 1

,10. Welke groep geneesmiddelen vormt de eerste toediening tegen gastro-
oesofagale reflux?
a. Antacida
b. Protonpompremmers

11. Colitis veroorzaakt krampende buikpijn en diarree.
a. Juist
b. Onjuist

12. Casus: pijn in de bovenbuik, overgeven, buikkrampen, misselijk, koorts,
diarree, geen peritoneale prikkeling. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?

13. Welke organen bevinden zich in de linker lumbale regio?

14. Welke organen bevinden zich in de rechter iliacale regio?

15. Welke organen bevinden zich in de rechter lumbale regio?

16. Welke organen bevinden zich in de linker iliacale regio?

17. Welke organen bevinden zich in het epigastrium?

Keelpijn • Casus 2

18. Welke symptomen duiden op een acute tonsillitis?

19. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose als de voorste én achterste
lymfeklieren opgezet zijn?

20. Wat is het gevaar van een keelontsteking?

21. Casus/LO: toenemende pijn bij het slikken, trismus, toenemende zwelling van
de halslymfeklieren en asymmetrie bij keelinspectie. Wat is de meest
waarschijnlijke diagnose?

22. Casus/LO: koorts, vergrote tonsillen, faryngitis en splenomegalie. Wat is de
meest waarschijnlijke diagnose?

23. Wat is de a-priorikans voor groep A-streptokokken bij een jongvolwassene
met koorts, geen hoest, exsudaat en pijnlijke voorste halslymfeklieren?
a. 15% – 30%
b. 50%


KLO I → vragen → 2

, 24. Wat zijn objectieve tekens van keelpijn?

25. Waarop duiden voorste gezwollen halslymfeklieren?

Duizeligheid • Casus 3

26. Welk lichamelijk onderzoek is aangewezen bij draaiduizeligheid?

27. Jongeren hebben vaker dan ouderen 
a. orthostatische hypotensie
b. een vasovagale collaps
En andersom

28. Bij welke aandoening duren de aanvallen van duizeligheid urenlang?
a. BPPD
b. Ménière
c. Neuritis vestibularis

29. Welk lichamelijk onderzoek is geïndiceerd bij een patiënt die zich licht in het
hoofd voelt?

30.Wat is het beleid en beloop bij BPPD?

Pijn op de borst • Casus 4

31. Wat is typisch voor angina pectoris?

32. Bij het lichamelijke onderzoek naar aanleiding van pijn op de borst wordt
tijdens de inspectie alleen gekeken naar de thorax.
a. Juist
b. Onjuist

33.Wat wordt gepalpeerd bij het onderzoek naar pijn op de borst?

34.Wat wordt gepercuteerd bij het onderzoek naar pijn op de borst?

35. Wat wordt geausculteerd bij het onderzoek naar pijn op de borst?

36.Een toename waarvan in het bloed wijst op een longembolie?
a. D-dimeer
b. Myoglobine
c. Troponine



KLO I → vragen → 3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daanannaveld. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21  6x  sold
  • (0)
Add to cart
Added