100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Volledige samenvatting van het vak hedendaagse stromingen, inclusief slides en lessen $6.28   Add to cart

Summary

Volledige samenvatting van het vak hedendaagse stromingen, inclusief slides en lessen

 37 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Het vak wordt gegeven door Pieter Maeseele.

Preview 4 out of 40  pages

  • June 4, 2021
  • 40
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
NOTITIES/ SAMENVATTING HEDENDAAGSE STROMINGEN

LES 1

Over een realiteit kan je op verschillende manieren schrijven/berichten  keuze van stromingen/
invalshoeken

Je ideologische positie in de maatschappij/ visie zal bepalen hoe je naar bepaalde thema’s kijkt/ hoe
aanvaardbaar je iets vindt

Vis in bokaal  water = dominante ideeën in de samenleving die wij reproduceren



7 stromingen = uiteenlopende visies op maatschappelijke rol van media

 Te verdelen in 2 paradigma’s
1. pluralistisch
2. kritisch: waar gaan media zoals ze vandaag geformuleerd zijn in de fout?

Overzichtsslide: (deze kunnen uitleggen op het examen)




Examen: stromingen vergelijken!!




1

,LES 2: algemene situering

Wat is de maatschappelijke rol van media en comm in de democratische sml  de verschillende
visies hierop vormen de verschillende stromingen (zie alle komende lessen)

Concepten situeren op 2 assen (spanningsvelden) om zo te komen tot de 2 paradigma’s



Spanningsvelden:

Onderzoekers starten al van een mensbeeld vooraleer ze een onderzoeksvraag opstellen  het
mensbeeld wordt niet meer in vraag gesteld  je mensbeeld zal dus de studie beïnvloeden
 Spanningsvelden zijn het starpunt van bepaalde vragen NIET het resultaat



Objectief  subject: hebben media een sterke of een beperkte invloed op gebruikers?

- Object: gebruiker is passief, ontvanger, beïnvloedbaar
- subject: gebruiker is een zender van betekenis, actief, onafhankelijk  eigen verhaal maken

In de geschiedenis was er steeds een afwisseling tussen object en subject visie:

Als nieuwe media  elites hebben een bezorgdheid dat ze hun hogere functie/ stand niet kunnen
behouden

Bv: deepfake: als men bezorgd is dat fake-news mensen gaat beïnvloeden in hun acties, dan gaat men
uit van een object visie  wanneer men vindt dat wanneer mensen fake-news zien, dit niet
betekent dat ze er ook naar zullen handelen/ zwaar beïnvloed zullen worden, dan gaat met van een
subject visie uit


Maatschappij  mediacentrisch: Veranderen media de samenleving OF verandert de samenleving
de media? (vraag over de richting)

- Maatschappijcentrisch: kijkt eerst naar de organisatie van de samenleving  media als
gevolg
- mediacentrisch: media als oorzaak/ startpunt

Als nieuwe media/ technologieën 

Bv: protesten: wordt vaak gezien als gevolg van media (=mediacentrisch), maar je kan ook zeggen dat
een structureel gebrek aan sociale kansen geleid heeft tot het mobiliseren via media
(maatschappijcentrisch)




2

,Centrifugaal  centripetaal: hebben media een verbindend of isolerend effect op individuen en
groepen?

- Centrifugaal: sociale verandering, vrijheid, individualisme, fragmentatie = minder van
hetzelfde
- centripetaal: Sociale verbondenheid, orde, cohesie, integratie, eenheidsdenken,
zwijgspiraal,Naar centraal punt (meer van hetzelfde)



Bv: gebruik van gsm: het constant in contact staan met vrienden wordt mogelijk (= centrifugaal) 
men zit steeds meer thuis alleen en is bezig op zijn gsm (=centripetaal)



Optimistische visie  pessimistische visie

Is er een verschil tussen de feitelijke en wenselijke functies van media?




- Optimistische visie = ideaalbeeld dat media leidt tot vrijheid en diversiteit
- pessismistische visie= je vertrekt vanuit ideaalvisie, maar je ziet die niet gerealiseerd vandaag
 er is een verschil tussen feitelijke en wenselijke functies, deze komen niet overeen?

Je vertrekt vanuit een ideale visie van media, maar je ziet die niet gerealiseerd worden vandaag. Is er
een verschil tussen feitelijke en wenselijke functies? Zeg je van nee, dan vertrek je uit een
optimistische visie. Zeg je er is wel verschil, dan vertrek je uit een pessimistische visie.

Vb: er moet meer nederlandstalige muziek op de radio komen  vertrekt van pessimistisch
centrifugaal: zien media als iets dat onze identiteit moet weergeven, vertrekken van media als iets
dat onze identiteit versterkt, samenbrengt. Belangrijk is ook over welke media het gaat, traditionele
of alternatieve, vertrek vanuit een pessimistisch visie op traditionele media, kan je wel je ding zien in
alternatieve soms.




3

, Objectivisme  subjectivisme : leiden mediastructuren de mediagebruikers of leiden de
gebruikers de strucutren?

- Objectivisme: structuur boven individu
- Subjectivisme: individu staat centraal, individu begrijpt en beïnvloed de structuren - actie

Bv: nieuwe trends: worden gecreëerd door de advertenties (=objectivistisch)  worden gecreëerd
door de mensen zelf (=subjectivistisch)

! Belangrijk om onderscheid tussen de 2 paradigma’s  maken onderscheid tussen kritisch denken
en niet kritisch denken

Bv: liberaal = subjectivisme: mensen staan boven de structuren, iedereen weet wel voor zichzelf wat
best is  sociaal democratisch = structureel/objectivisme: standaarden waaraan een programma
moeten voldoen



Materialisme  culturalisme: veranderen mediastrcturen enkel via wijzigende economische
praktijken of ook via culturele?

- Materialisme: om structuren te veranderen moet je ze overnemen
onderbouw: eigendomsverhoudingen overnemen
- Culturalisme: je moet de structuren niet overnemen, je kan kritiek geven en zo andere
ideeën laten circuleren in de sml en zo zal op de duur er verandering komen
bovenbouw: veranderen door een culturele strijd



Pluralistische  dominante media: bieden media diverse visies op vraag van de consument? Of
herhalen zij eenzijdige visies op basis van heersende waarden en belangen?

- Pluralistisch: media zijn divers op vraag van de gebruiker  onvoorspelbare effecten waar de
gebruiker actief mee omgaat
- Dominant: media spelen een negatieve rol: gebrek aan pluriformiteit, gelijke producten 
grootschalig passief publiek
 verschillende spanningsvelden komen hier samen



Consensus-  conflictmodel: resulteren media in maatschappelijke consensus of in
maatschappelijke ongelijkheid?

- Consensus: doordat media vrij en pluralistisch zijn  maatschappelijke consensus
 vraag & aanbod: consumenten hebben een sterke invloed op wat media brengen 
duidelijk wat de meerderheid wilt  kan gevolgd worden in de media

- Conflict: de sml is een stijdtoneel tussen bepaalde groepen en identiteiten  er gaan altijd
groepen zijn die als “normaler” gezien zullen worden  men houdt de dominante groepen in
stand  men moet in verzet komen tegen deze ongelijkheden
 media gaan een illusie van consensus uitdragen




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ellavandenbosch. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.28. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

60904 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.28  1x  sold
  • (0)
  Add to cart