Summary
Samenvatting Bedrijfseconomie
- Course
- Institution
Samenvatting van 35 pagina's voor het vak Bedrijfseconomie aan de HW
[Show more]
2 reviews
By: windesheimstudent16 • 7 year ago
By: BBrigitte448 • 9 year ago
There are some minor spelling errors. In addition, there were maybe some examples to have, but also a good summary.
Seller
Follow
maritlut
Reviews received
Content preview
Samenvatting BedrijfseconomieHoofdstuk 1 Algemene Inleiding
1.2 Definitie en oorsprong bedrijfseconomie
Economie is een sociale wetenschap en heeft als onderwerp het menselijk streven naar maximale
welvaart die verworven wordt met behulp van schaarse middelen.
Waar definitie feitelijk op neer komt, is dat het in de economie gaat om de verdeling van
schaarse goederen en diensten, en dan vooral om de wetmatigheden die een rol spelen bij die
verdeling.
Economische organisatievormen:
Centraal geleide/Planeconomie
In praktijk gebracht door het communisme. De staat kan alleen goederen en diensten aanbieden >
geen markmechanisme;
Vrijmarkteconomie/Kapitalisme
Kwam in pure vorm voor in de beginfase van industriële revolutie. Private ondernemingen
bepalen het mechanisme van vraag en aanbod;
Gemengde economie
Wordt nu in de praktijk gebracht door alle ontwikkelde landen op de wereld. Elementen van het
kapitalisme en het socialisme worden samengevoegd, maar de wetten van de vrije markt
overheersen.
Deelterreinen
Algemene economie;
Bedrijfseconomie.
1.3 Algemene economie
Houdt zich bezig met de economie in samenhang met de maatschappij. Het voorzien van schaarse
goederen en diensten die de mens op verschillende manieren kan gebruiken.
Schaarse middelen > er moeten productiemiddelen voor worden opgeofferd om in een
behoefte te voorzien.
Binnen de algemene economie verschillende deelterreinen:
Macro-economie
Wil de verschillende opgestelde grootheden (bv nationaal inkomen, de werkgelegenheid, de
overheidsbestedingen) in de volkshuishouding vaststellen en hun ontwikkeling verklaren. Er
wordt gekeken naar hoe deze grootheden zich in het verleden hebben ontwikkeld en hoe ze dat
in de toekomst zullen gaan doen.
Op basis van de relaties tussen economische sectoren als de productiehuishoudingen, overheid en
buitenland wil de macro-economie inzicht verschaffen in de toekomstige ontwikkelingen.
Meso-economie en micro-economie
De meso-economie kijkt naar hoe de economische processen zich voltrekken binnen bepaalde
markten/bedrijfstakken. Het concurrentieveld en de economische activiteiten van elke speler
(overheid, bedrijf of consument) op een bepaalde markt samen, vormen het gebied van de meso-
economie.
De micro-economie houdt zich bezig individuele economische agenten. Denk aan gezinnen,
bedrijven, politici, belangengroepen. Vraag en aanbod staat hierin centraal. Probeert te verklaren
in welke mate de prijs invloed heeft op het aan- en verkoopgedrag. Hiervoor zijn elasticiteiten erg
belangrijk.
, Internationale economische betrekkingen
Reële sfeer: internationale goederen- en dienstenstromen. (verschillende import- en
exportbepalingen)
Monetaire sfeer: geldstromen tussen landen. (wisselkoersen, kapitaalstromen)
Monetaire economie
Geld en rol van banken in de economie. (omvang kredietverlening en hoogte van de rente)
Openbare financiën
Inkomsten en uitgaven van de overheid. De effecten van belastingen en overheidsuitgaven op de
economie. (privatisering en profijtbeginsel)
Media en economie
Media publiceren vaak artikelen over economie, denk aan het ANP, het Financiële Dagblad en het
CBS.
1.4 Bedrijfseconomie
Bestudeert de bedrijfshuishouding en de relaties tussen bedrijven (onderdeel van de micro-
economie). Het centrale punt van onderzoek is de onderneming, waarbij een onderneming een
organisatie is die als doel heeft bepaalde producten te leveren.
In de bedrijfseconomische benadering van de onderneming staan twee onderwerpen centraal:
1. De interne bedrijfshuishouding;
2. De relaties van het bedrijf met zijn omgeving.
1. Interne bedrijfshuishouding
Legt alle afspraken en verplichtingen vast die er zijn om het bedrijf lopend te houden. Financiële
administratie/huishouding.
2. Relaties met de omgeving
Komt naar voren in de geldstromen tussen bedrijven onderling. Die stromen worden bepaald door
inkoop en verkoop. Onderlinge relaties vertalen zich dan in transacties en de financiële afhandeling
daarvan via bv de bank.
Kasstroombeheer; cash management = inkoop, verkoop, geld op de bank, nieuwe voorraad.
Kostenbeheersing; om invloed uit te oefenen op rendement of winst.
Corporate finance; middelen/geld om het bedrijfsproces te financieren.
Relatie met de klant; je wil klanten werven, behouden en afname zien. Relatiebeheer en marketing.
Management Control = het beïnvloeden van ondernemers om de strategie van de onderneming uit
te voeren. Interne factoren; sterke en zwakke punten. Externe factoren: kansen en bedreigingen.
Vier deelterreinen in bedrijfseconomie:
Financiering;
Management accounting of interne verslaggeving;
Cost accounting;
Financial accounting of externe verslaggeving.
1.5 De rol van bedrijfseconomie
Economische kringloop
Dit is een macro-economisch onderwerp en gaat over het economisch gedrag van mensen en
organisaties op nationaal niveau.
Drie partijen:
1. Bedrijven > zorgen voor het produceren en/of aanbieden van producten en diensten
2. Overheid > zorgt voor regulering van de product/het aanbieden van producten en diensten in
de vorm van wetten en regels. + zorgt voor infrastructuur.
, 3. Consumenten > zorgen voor de productie en het verwerven van producten/diensten.
Drie belangrijke vraagstukken:
1. De totale hoeveelheid inkomen dat er gevormd wordt;
2. De manier waarop dat inkomen verdeeld wordt;
3. De verdeling van dat inkomen over de verschillende producten en diensten.
Dit is de economische kringloop. De arbeidsmarkt
zorgt voor personeel voor bedrijven en overheid
en betalen belasting aan de overheid over het
loon dat ze krijgen van bedrijven. De overheid
zorgt in ruil voor die belastingen voor
infrastructuur, regelgeving en naleving van de
wetten. De bedrijven betalen loon aan de
werknemers, waarmee die bv boodschappen
kunnen doen en belasting kunnen betalen. De
bedrijven produceren en verkopen goederen aan
de consument en moeten over de winst die ze
maken belasting betalen aan de overheid.
Bedrijfskolom
Beschrijft de fasen die een product doorloopt van grondstofproducent tot en met de detailhandel.
Tussen de schakels wordt elke keer waarde (opofferen van productiemiddelen) toegevoegd =
toegevoegde waarde.
Integratie = als de bakker besluit de verkoop van
het brood in eigen beheer uit te voeren en de
bedrijfskolom verkort wordt. Dit kan bv vanwege
kostenbesparing of kwaliteitsbeheersing.
Bedrijfskolom wordt korter.
Differentiatie =het afstoten van taken naar een
voorafgaande of volgende schakel in de
bedrijfskolom. De bakker verkoopt dan niet
rechtstreeks aan winkels maar alleen centraal aan
een paar partijen.
Bedrijfskolom wordt langer
Parallellisatie = het productassortiment wordt groter. Een reden hiervoor kan zijn het versterken van
de positie van het bedrijf, omdat het klanten meer keuze biedt. Verbreding van de bedrijfskolom.
Specialisatie = het assortiment beperken. Kracht zoeken in diepte van het assortiment: veel keuze
binnen enkele productsoorten. Voordeel klant: veel keuze en grotere productkennis personeel.
Versmalling van de bedrijfskolom.
1.6 De verschillende sectoren in de Nederlandse economie
Twee algemene sectoren:
De marktsector
Ondernemingen die vanuit een winstoogmerk producten/diensten op de markt brengen.
Apple, Shell, bakker.
De collectieve sector
Organisaties die geen winst nastreven. De overheid.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maritlut. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.29. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
78998 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now