Uitwerkingen van alle Werkcolleges van het vak Intramurale Zorg Zorginstellingen. Handige informatie om erbij te hebben voor het leren van voor de praktijktoets en kennistoets.
Werkcollege 1
Voorbereiding
Röntgen = Bij röntgenonderzoek worden met behulp van röntgenstraling botten en kraakbeen
zichtbaar gemaakt. Röntgenstralen hebben een korte golflengte en een groot doordringend
vermogen. Ze maken vooral weefsels zichtbaar die kalk bevatten. Met behulp van contrastvloeistof
kunnen ook organen en bloedvaten zichtbaar gemaakt. Vaak bevat de vloeistof jodium, want jodium
kan röntgenstralen opnemen. Meestal worden meerdere foto’s gemaakt, in verschillende richtingen.
Röntgenfoto’s worden beoordeeld door een radioloog.
MRI = Een MRI-scan geeft een nauwkeurig beeld van botten, gewrichten en omliggend weefsel zoals
spieren, pezen en kraakbeen. MRI staat voor Magnetic Resonance Imaging. Het is een scantechniek
waarbij gebruik wordt gemaakt van magnetische golven en radiogolven.
CT-scan = Een CT-scan (Computer Tomografie) is beeldvormend onderzoek waarbij met
röntgenstraling dwarsdoorsneden van het lichaam worden gemaakt. De computer voegt de plaatjes
weer samen tot een geheel. Elke opname is een dwarsdoorsnede van het lichaam. De beweegbare
tafel waarop je ligt schuift elke keer enkele millimeters verder onder de boog waar de scanner zich
bevindt. Dit gebeurt net zo lang tot dat het hele te onderzoeken lichaamsdeel in beeld is gebracht.
PET-scan = een CT-scan met contrast vloeistof Om bepaalde afwijkingen beter in beeld te kunnen
brengen wordt er soms een contrastmiddel gebruikt. Dit gaat via de bloedbaan het lichaam in. De
meeste mensen merken daar nauwelijks iets van, hooguit een warm gevoel, maar soms is iemand
overgevoelig voor deze stoffen. Er wordt licht radioactieve glucose (suiker) ingespoten.
ECG = Een ECG is een hartfilmpje dat de elektrische signalen van het hart in een grafiek weergeeft.
Endoscopie = Bij een endoscopie brengt de arts een bestuurbare slang (de endoscoop) via mond of
anus in het lichaam. Hierdoor kan hij de binnenkant van slokdarm, maag of darmen inspecteren. Bij
een echo-endoscopie is er op het uiteinde van de endoscoop een echoapparaatje geplaatst. Dit
apparaatje zendt onhoorbare geluidsgolven uit. De echo’s van deze geluidsgolven weerkaatsen in het
lichaam. Na weerkaatsing worden de echo’s van de geluidsgolven opgevangen en omgezet in
zichtbaar beeld op een monitor. Doordat de geluidsgolven diep in het weefsel doordringen, is het
mogelijk informatie te krijgen over diepere lagen van de darmwand en de organen om de darm heen.
Echografie = Echografie maakt gebruik van geluidsgolven om weefsels en organen in beeld te
brengen. Zo kunnen we zicht krijgen op grootte, structuur en eventueel pathologische afwijkingen.
De echo wordt bijvoorbeeld ook gebruikt bij prenataal onderzoek. Tijdens het onderzoek wordt een
gelei op de blote huid aangebracht. De onderzoeker beweegt een klein apparaatje over de huid dat
geluidsgolven uitzendt die voor ons niet hoorbaar zijn. Deze golven worden teruggekaatst door
weefsels en omgezet in beelden die direct op een scherm te zien zijn.
Werkcollege 2
Voorbereidingen:
Het 'Better in, Better out' neemt een steeds grotere rol in de Nederlandse zorg. Het gaat erom dat
patiënten die een operatie moeten ondergaan in een zo goed mogelijke conditie zijn. Dat bespoedigt
hun herstel na de ingreep, voorkomt medische complicaties en bespaart enorm aan kosten. In de
loop der jaren zijn er uiteenlopende onderzoeken gepubliceerd die aantonen dat de combinatie van
vroegtijdige risico-inschatting en voorbereidende conditie-verbetering werkt. Vooral kwetsbare
patiënten zoals ouderen hebben er baat bij. Een aantal weken voor de operatie beoordeelt een
,zorgprofessional, meestal de fysiotherapeut, of de lichamelijke conditie van de patiënt aanleiding
geeft voor een verhoogd herstelrisico. In samenspraak met huisarts, diëtist en andere eerstelijns
hulpverleners wordt bepaald hoe de conditie is te verbeteren door bijvoorbeeld persoonsgerichte
training en aangepaste voeding. (Uit TNO 'Better in, Better out / De kracht van (p)revalidatie').
Aantekeningen tijdens de les:
Elings, J., Hoogeboom, T. J., Dronkers, J. J., Hulzebos, E. H., & Van Meeteren, N. L. (2015). Fysieke
training vóór en na een grote operatie. Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 159(6).
Belangrijke punten uit het artikel:
- Functieverlies vóór, tijdens en na een grote operatie is een frequent probleem onder
ouderen. Een van de belangrijkste oorzaken is inactiviteit van de patiënt. Pre- en
postoperatieve therapeutische training zou de nadelige gevolgen van een ziekenhuisopname
wegens een grote operatie kunnen terugdringen of zelfs voorkomen.
- Er zijn aanwijzingen dat het preoperatief trainen van patiënten – vooral fragiele patiënten =
vóór een hart-, buik- of thoraxoperatie of gewricht vervangende operatie veilig, effectief en
doelmatig is. De effectiviteit van de preoperatieve training is alleen voor hartoperaties
wetenschappelijk vastgesteld.
- Preventief trainen voor buik- en thoraxoperaties en gewricht vervangende operaties lijkt
eveneens effectief, op voorwaarde dat deze wordt aangeboden aan hoog risicopatiënten.
- Postoperatieve klinische revalidatie moet vroegtijdig beginnen, bij voorkeur binnen 4h a de
operatie.
- Vervolgstudies naar de effectiviteit van perioperatieve training dienen zicht te richten op
adequate selectie van hoog risicopatiënten en de evaluatie van hoog intensieve
trainingsinterventies.
Extra aantekeningen:
- Vóór de ziekenhuisopname inactiever worden en tijdens verblijf in het ziekenhuis 80% van de
tijd in bed liggen. Deze fysieke inactiviteit leidt tot een significant verlies van functie van de
skeletspieren, namelijk kracht, uithoudingsvermogen en
neuromusculaire aansturing.
- De genoemde fenomenen leiden tot een hoger risico op
postoperatieve complicaties, hogere mortaliteit, een langere
opnameduur of heropnames, een langdurig en vaak zelfs
permanent verlies van zelfredzaamheid en lichamelijke activiteiten
uit het dagelijks leven (adl), en hogere zorgkosten.
- Wanneer zijn die fysiologische reserves voldoende op de patiënt de
operatie te laten doorstaan? De fysieke fitheid en de aard en
omvang van de adl van de patiënt objectiveren en van daaruit
kijken of pre- of postoperatieve interventies geïndiceerd zijn.
- Fitte patiënten kunnen de negatieve gevolgen van een operatie
beter weerstaan en de nadelige gevolgen op hun functionele status
beperkt houden. Bovendien kan een snel en adequaat ingezette
postoperatieve mobilisatie bij de juiste risicopatiënten het herstelproces gunstig
beïnvloeden.
- Voor doelmatige en doeltreffende zorg is het essentieel om patiënten met een hoog
pulmonaal risicoprofiel vroegtijdig – bij voorkeur preoperatief – te identificeren en op het
juiste moment en de juiste manier te behandelen.
- Een evidencebaced predictiemodel biedt patiënt en zorgprofessional hierbij uitkomst. Dit
model maakt het mogelijk het risico op PPC’s al vóór de operatie in te schatten en bij een
hoog risico de juiste interventie in te zetten.
, - Preoperatieve fysiotherapie kan het aantal PPC’s en de opname duur in het ziekenhuis
statistisch significant kan verminderen. Preoperatieve inspiratoire ademspiertraining in
combinatie met het aanleren van sputumevacuatietechnieken en snelle postoperatieve
mobilisatie is een veilige en effectieve therapie bij patiënte met een hoog risico op PPC’s.
- Buikoperaties en niet-cardiale thoraxoperaties de ademfunctie is na de operatie fors
verminderd, met als gevolg een verhoogd risico op PPC’s. Conventiële risicofactoren die het
beloop voorspellen zijn onder andere leeftijd, roken en nevenaandoeningen, zoals diabetes
mellitus, COPD en hartziekten. Maar ook fitheid, gemeten met de ‘LASA physical activity
questionnaire.
- Bij longoperaties aeroob uithoudingsvermogen en het postoperatieve beloop al langer
bekend, preoperatieve fysieke fitheid en lichamelijke activiteit en het herstel na een zware
buikoperatie.
- Er komt steeds meer bewijs dat training van de inspiratoire spierkracht in de preoperatieve
fase de incidentie van PPC’s vermindert bij zowel buik- als thoraxoperaties. Ook kunnen
patiënten met een algemene training hun spierkracht en spierkracht en aerobe
uithoudingsvermogen verbeteren, wat gepaard gaat met een beter functioneel herstel na
een buik- of thoraxoperatie.
- Bij oncologische operatie is extra aandacht vereist, omdat er al in een vroeg stadium een
afname van de spierfunctie te zien. Om toch fysieke conditie te verbeteren is een intensieve,
progressie en patiënt specifieke training nodig waarbij zowel de spierkracht als de aerobe
capaciteit worden verbeterd. Deze training moet bij voorkeur worden voorgeschreven aan
kwetsbare ouderen. Fysieke training is vaak onderdeel van interdisciplinaire
revalidatieaanpak, bekend als ‘fast-track’.
- Patiënten met nevenaandoeningen en hoge leeftijden worden vaak uitgesloten bij
onderzoeken, dit is een kanttekening. Hierdoor de effecten niet duidelijk.
Leerpunten uit het artikel:
- Gepersonaliseerde perioperatieve trainingsprogramma’s zijn een waardevolle aanvulling op
bestaande zorg rond patiënten, met name hoog risicopatiënten, die opgaan voor een
electieve hart-, buik- of thoraxoperatie of gewricht vervangende operatie.
- Er is sterk bewijs dat preoperatief trainen van hoog risicopatiënten vóór hartoperatie veilig
en effectief is om het pulmonale risico te verminderen.
- Er zijn aanwijzing en dat preoperatief trainen van hoog risicopatiënten vóór een
thoraxoperatie of abdominale of gewricht vervangende operatie goed wordt verdragen en
effectief is.
- Risicostratificatie is essentieel; met name patiënten met een hoog risico op vertraagd herstel
hebben de meeste baat bij preoperatief trainen.
- Postoperatieve fysieke training dient zo snel mogelijk na de operatie te beginnen.
Monddruk meten doe je pas als iemand een risico heeft op PPC.
Bij een THP kijk je van te voren naar:
- Suboptimale voedingstoestand
- Hoge BMI
- Roke
- Slechte fysieke fitheid, gemeten met bijvoorbeeld de TUG
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bodilvb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.26. You're not tied to anything after your purchase.