1. De keuze van de meest gepaste analysetechniek
Bivariate = twee variabelen
Multivariate = meer dan twee variabelen
Ontwerpprobleem of voorspellingsprobleem = onderzoeker is geïnteresseerd in hoe één of ander
fenomeen verandert kan worden
1.1. Identificeren van variabelen en hun meetniveau
Variabelen en hun meetniveau
• Kiezen analysetechniek bij onderzoeksvraag: eerst variabelen afleiden uit onderzoeksvraag
en hun meetniveau bepalen.
Meetniveau stemt overeen met of met
Nominaal:
- Geen totale orde
- Geen meeteenheid
- Geen absoluut nulpunt
Kwalitatief Categorisch/Factor
Ordinaal:
- Wel totale orde
- Geen meeteenheid
- Geen absoluut nulpunt
Interval:
- Wel totale orde
- Wel een meeteenheid
- Geen absoluut nulpunt Parametrisch/Numeriek
Kwantitatief
Ratio: /Continu
- Wel totale orde
- Wel een meeteenheid
- Wel absoluut nulpunt
Variabelen tekenen:
Kwalitatieve variabele met 2 categorieën twee rechthoekjes onder elkaar
Kwalitatieve variabele met meer dan 2 drie rechthoekjes onder elkaar
categorieën
Kwantitatieve variabelen één rechthoekje
• Een variabele kan kwalitatief of kwantitatief zijn al naargelang de manier van bevragen in het
onderzoek
o Bv open bedrijfsklimaat
▪ Open – niet open → kwalitatief met 2 categorieën
1
, ▪ Verschillende vragen op schaalscore en gemiddelde van nemen →
kwantitatief
Schaalscore
• Latente concepten meten adhv verschillende vragen
o Respondenten beantwoorden items op Likert-schaal → item op ordinaal niveau
• Schaalscore = totaalscore op een meetschaal van het Likert-type (verschillende items die
horen bij één concept optellen) → kwantitatieve variabele
1.2. Verbanden tussen variabelen
Niet-causale verbanden
• = de mate waarin de ene variabele samenhangt met de andere.
• Herkennen in OV: samenhang, geassocieerd met,…
• Visuele voorstelling: dubbele pijl
Causale verbanden
• = oorzaak-gevolg relatie
o Onafhankelijke variabele = oorzaak, X of voorspeller
o Afhankelijke variabele = gevolg, Y
o = mate waarin de onafhankelijke variabele de afhankelijke variabele beïnvloedt
• Visuele voorstelling: rechte éénrichtingspijl, onafhankelijke variabele voor afhankelijke
variabele plaatsen
• Herkennen in OV: effect, impact, invloed, voorspellen, verklaren,…
• Eenvoudige causale verbanden = verband met één of meer onafhankelijke en één
afhankelijke
• Meer complexe relaties tussen onafhankelijke variabelen
o Controle variabele
▪ Geïnteresseerd in het effect van één variabele op een afhankelijke variabele,
maar er zijn andere variabelen die ook invloed hebben. → Deze variabele
ook meenemen ter controle.
▪ “Effect van X op Y”… ongeacht Z/controlerend voor Z/na rekening te houden
met Z
▪ Visuele weergave: zelfde manier
o Interactievariabelen
▪ Effect van twee variabelen (X en Z) op afhankelijke variabele Y
▪ Interactie-effect = het effect van twee variabelen tezamen op de afhankelijke
variabelen.
▪ “Is het effect van X op Y”… afhankelijk van Z/ gelijk voor.. als voor…/
verschillend voor…als voor…
▪ Visuele weergave:
• Interactie-effect:
• Gewone pijlen nog steeds tekenen
o Onrechtstreeks of indirect verband
2
, ▪ Variabele X heeft invloed op variabele Z en die heeft invloed op variabele Y
▪ Tussenliggende/intermediaire variabelen → variabele tussen onafhankelijke
variabele en afhankelijke variabele → is zowel oorzaak als gevolg
▪ Visuele weergave:
1.3. Welke analysetechniek bij welke visualisatie?
Analysetechniek bepalen:
- Teken onderzoeksvraag
- Type verband bepalen
- Aantal onafhankelijke variabelen
- Meetniveau van de variabelen (kwalitatief of kwantitatief)
Geen causaal verband → niet-dependente technieken
• Samenhang tussen variabelen nagaan zonder uitspraken te doen over causaliteit
• Tabel niet-dependente technieken (tabellen kennen!)
Causale verbanden → dependente technieken
• 1 onafhankelijke variabele → bivariate analyse
3
, • Meer dan 1 onafhankelijke variabele → multivariate analyse
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller struyfe. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $21.39. You're not tied to anything after your purchase.