Dit is een samenvatting van het boek Samenlevingen, hoofdstukken 6, 9, 10 en 11. ISBN: 122. Vak Sociologie (periode 4, leerjaar 1 Fontys).
Deze samenvatting bevat de Powerpoints/ handouts, de inhoud van het hoorcollege en is aan de hand van het theorieboek uitgewerkt.
Voor korting mail (aan e...
Deze module gaat over sociale problemen, spanningen en conflicten op gebied van:
- Sociale ongelijkheid (stratificatie).
- Mensen en hun leefomgeving.
- Criminaliteit en bestraffing.
- Gezondheidszorg (verzorgingsinstellingen I).
- Armoedebestrijding, sociale zekerheid en onderwijs (verzorgingsinstellingen II).
Sociale ongelijkheid is een ruim onderwerp; het gaat om alle sociale verschillen, alle situaties
waarin mensen een verschillende sociale positie innemen.
Het boek zegt; sociale ongelijkheid betekent:
‘Verschillen in macht en daarmee verbonden sociale privileges’.
Sociale ongelijkheid is een fundamenteel kenmerk van menselijk samenleven. Je ziet dit in
zowel grote als kleine groepen.
Privilege: Een bijzonder recht voor
bepaalde personen of groepen.
Hoge en lage groepen.
Hogere groepen willen ongelijkheid handhaven. Sociale privileges (beloningen):
Lagere groepen willen ongelijkheid verminderen. Verschillen in zaken die waardevol
worden gevonden en die in
principe overdraagbaar zijn.
Wisselwerking tussen sociale ongelijkheid en macht.
Macht: Het vermogen om gedrag van anderen met behulp van sancties te beïnvloeden.
1. Economische macht. = Controle over goederen en diensten in de samenleving.
2. Politieke macht. = Mogelijkheid dwang of geweld te gebruiken.
3. Affectieve macht. = Vermogen beïnvloeden en emotioneel aan je te binden.
4. Cognitieve macht. = Beschikking van kennis die voor anderen van belang is.
Op grond van hun machtsoverwicht verwerven sommige mensen privileges t.o.v. anderen
waarmee ze hun levenskansen kunnen verbeteren. Het gaat dus om zaken die belonend,
waardevol, begerenswaardig worden gevonden; deze a.d.h.v. vierdeling ordenen:
Sociale ongelijkheid: De verschillen in macht en daarmee verbonden sociale privileges.
4 soorten sociale privileges:
1. Materiële beloningen. Beschikking over schaarse goederen; verbonden kansen op
comfort en gezondheid, mogelijkheden onaangename arbeid te vermijden.
2. Politieke bevoegdheden en rechten.
3. Status.
4. Toegang tot kennis en informatie.
Er zijn dus verschillende vormen van macht en privileges. De nummers 1 t/m 4 van privileges
zijn gekoppeld aan de nummers 1 t/m 4 van macht. Vb. economische macht & materiële beloningen.
Privileges op het ene gebied kunnen worden gebruikt als middelen (machtsbronnen) om
privileges op andere gebieden te verkrijgen. Iemand met status kan ook politieke macht
krijgen. Met toegang tot kennis kan je ook economische macht krijgen. Mensen kunnen in
verschillende situaties verschillende sociale posities innemen.
Hier kan ook statusincongruentie ontstaan: een beroepsgroep met veel maatschappelijk
aanzien krijgt niet het inkomen wat daarbij past. Of mensen met weinig aanzien krijgen juist
een hoog inkomen.
, Theorieën over sociale ongelijkheid.
Sociale ongelijkheid komt voort uit bv. waar je geboren wordt en opgroeit, hoeveel geld je
ouders hebben, sociaal gebied, niveau en begeleiding; hoog of laag opgeleide ouders.
Dus: uit afhankelijkheidsverhoudingen en machtsverschillen.
Algemene verklaringen voor sociale ongelijkheid:
Nadruk op economische bindingen of op statusverschillen.
Economische bindingen.
Sociale stratificatie;
De verdeling van de maatschappij in omvangrijke, uit gezinnen, families of
huishoudens bestaande groeperingen waartussen ongelijkheidsverhoudingen
bestaan en waarvan het lidmaatschap althans ten dele sociaal erfelijk is.
Het is dus een specifieke, gestructureerde vorm van sociale ongelijkheid. Niet alleen op
micro, ook op macro niveau. Hier worden verschillende lagen onderscheiden in bv. een
piramide.
Ontstaan stratificatie:
Overgang van jachtsamenleving naar agrarische samenleving.
Hier ontstond meer ongelijkheid.
Bij een jachtsamenleving is sprake van sociale ongelijkheid
maar niet van sociale stratificatie.
1. Surplusproductie; een regelmaat in voedselproductie.
2. Surplus toe-eigening; degene die iets (overschot) bezit.
3. Arbeidsdeling; het opsplitsen van taken of arbeid. Surplus = overschot.
Jachtsamenleving. Agrarische samenleving.
1 Surplusproductie, geen overschot, Kleine groep elite kregen steeds grotere voorraden als zij
delen van voorraden. bv. veel grond en middelen hadden.
2 N.v.t. door geen overschot. Elite kan zich op grond van functies productiesurplus toe-
eigenen. Hij is de eigenaar/ bezit van het overschot.
3 Geen arbeidsdeling; iedereen is Taken en functies worden opgesplitst; elite hebben meer
gelijk. Enkel taken verdeeld op kans hierop.
basis van leeftijd.
Verschil tussen standen en klassen:
Standen kenmerken zich door groeperingen met een bepaalde status, statusbewustzijn,
levensstijl en rechten. Klassen onderscheiden zich naar bezit en arbeidspositie.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maravugts. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.69. You're not tied to anything after your purchase.