100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Organisatiekunde & verpleegkundige kennis periode 2.2 (Jaar 1, Periode 4) Verpleegkunde Windesheim $5.43   Add to cart

Summary

Samenvatting Organisatiekunde & verpleegkundige kennis periode 2.2 (Jaar 1, Periode 4) Verpleegkunde Windesheim

2 reviews
 125 views  18 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit is een samenvatting van organisatiekunde & verpleegkundige kennis 2.2 (jaar 1, periode 4). Ik heb de leerdoelen per week uitgewerkt aan de hand van de te bestuderen literatuur, hoorcolleges en werkcolleges.

Preview 6 out of 57  pages

  • No
  • H2, h3, h5, h6, h8
  • June 8, 2021
  • 57
  • 2020/2021
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: semdevries • 1 year ago

review-writer-avatar

By: tiarahagemeijer • 2 year ago

reply-writer-avatar

By: verpleegkunde_student • 2 year ago

Translated by Google

nice that you got a little bit of the summary!

avatar-seller
,WEEK 1

Organisati ekunde: kwaliteitswetgeving gezondheidszorg en rol van de verpleegkundige

De student kan de kernbegrippen ‘kwaliteit van zorg leveren’ en ‘participeren in kwaliteit van zorg’ uitleggen en
toepassen binnen de rol van professional en kwaliteitsbevorderaar
Kwaliteit van zorg leveren: het op een methodische en kritische wijze bewaken, uitvoeren en borgen van kwaliteit
van de verpleegkundige zorg
Kennis
 kent de voor kwaliteit van zorg relevante wet- en regelgeving die van toepassing is op de verpleegkundige
beroepsuitoefening en de context waarin zij werkzaam is
 kent het verschil tussen kwaliteit van zorg en kwaliteitszorg
 kent actuele kwaliteitskaders en weet hoe het beleid van een organisatie te beïnvloeden is
Vaardigheden
 kan haar visie op kwaliteit van zorg in begrijpelijk bewoordingen naar voren brengen
 kan op systematische en kritische wijze relevante meetinstrumenten voor kwaliteit van zorg hanteren
Attitude
 streeft continu naar het leveren van goede zorg en spoort collega’s daartoe aan

Participeren in kwaliteit van zorg: het leveren van een proactieve bijdrage aan de kwaliteitszorg aan de
zorgorganisatie
Kennis
 kent de voor kwaliteitszorg relevante wet- en regelgeving die van toepassing is op de verpleegkundige
beroepsuitoefening en de context waarin zij werkzaam is
 kent diverse methoden en modellen voor kwaliteit van zorg en van kwaliteitszorg
 kent methoden voor het verbeteren, borgen en monitoring van resultaten van zorg
Vaardigheden
 kan resultaatgericht, effectief en efficiënt werken
 kan op transparante wijze werken volgens de in de organisatie gehanteerde kwaliteitscyclus zoals de pdca-
cyclus
 kan samen met andere disciplines en instellingen projecten vormgeven voor verbetering van kwaliteit zoals
projecten ter gezondheidsbevordering in wijk of op specifieke thema’s zoals valpreventie of voorkomen van
agressie
 kan meedenken met beleidsmakers en voorstellen doen voor noodzakelijke programma’s
Attitude
 toont een positieve benadering van en houding ten opzichte van verander- en verbetertrajecten

De student heeft kennis van de WTZi en weet waarvoor deze wet bedoeld is en door wie deze wet wordt getoetst
WTZi (Wet Toelating Zorginstellingen): regelt de toelating van zorginstellingen. Zorginstellingen hebben een
toelating nodig wanneer zij zorg willen aanbieden die op grond van de Zorgverzekeringswet of Wet langdurige zorg
(WLZ) voor vergoeding in aanmerking komt.
 Toetsingseisen: transparantie van bestuursstructuur, bedrijfsvoering en bereikbaarheid van acute zorg. Er
wordt jaarlijks verantwoording afgelegd.
 Toetsing: de aanvraag wordt gedaan door het CIBG (Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg).
De IGZ (Inspectie voor de Gezondheidszorg) controleert of zorgaanbieders aan deze verplichtingen blijven
voldoen.

Wanneer word je toegelaten als zorginstelling?  kwaliteitskeurmerk zorginstelling hebben
 Een zorginstelling kan een keurmerk voor kwaliteit hebben. Zo’n keurmerk geeft aan wat kwaliteit inhoudt
en hoe de kwaliteit wordt gemeten. Er zijn verschillende kwaliteitskeurmerken voor zorginstellingen:
o HKZ-certificaat, EN 15224-certificaat, ISO o NIAZ-accreditatie/JCI-keurmerk
9001-certificaat o NPTN-certificaat
o Gouden, zilveren, bronzen keurmerk in de o BIG-register
zorg o Kwaliteitsregisters

,De student heeft kennis van de wet BIG en begrijpt wat de betekenis van de wet is ten aanzien van het handelen
van een verpleegkundige in de zorg
Wet BIG: Wet Beroepen in de Gezondheidszorg
De wet BIG werd vanaf 1997 gefaseerd ingevoerd ter vervanging van de oude WUG uit 1865. Geneeskunst was
destijds een zaak van universitair opgeleide artsen en andere zorgberoepen waren uitgesloten. De wet BIG laat
daarentegen iedereen handelingen op het gebied van de individuele zorg te verrichten m.u.v. voorbehouden
handelingen.

Doelstellingen van de wet BIG zijn:
 Garanderen van de kwaliteit van de beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg
 Keuzevrijheid van de patiënt

Bevoegdheid
 Artsen zijn zelfstandig bevoegd
 BIG-geregistreerde verpleegkundigen komen in aanmerking voor de regeling van functionele zelfstandigheid.
Deze regeling houdt in dat zij in opdracht van een arts, tandarts of verloskundige zelfstandig voorbehouden
handelingen mogen uitvoeren zonder dat de opdrachtgever toezicht houdt en de mogelijkheid heeft om
tussenbeide te komen. Voorwaarde is dat de verpleegkundige bekwaam is.
o Bekwaam = beschikken over kennis, kunde en attitude
 Verpleegkundig specialisten mogen binnen het eigen vakgebied ook indiceren en medicijnen voorschrijven
(deels zelfstandig bevoegd)

Wanneer is iemand bekwaam?
Bekwaamheid bestaat uit een aantal afzonderlijke componenten: kennis, kunde en attitude:
 Kennis: de noodzakelijke, contextgebonden, kennis die betrekking heeft op één voorbehouden handeling
 Kunde: de vaardigheid tot het uitvoeren van de voorbehouden handeling
 Attitude: een professionele houding

Instrumenten in de wet BIG
 Periodieke registratie en titelbescherming
 Voorbehouden handelingen
 Kwaliteitsbewaking en tuchtrecht
 Maatregelen wegens ongeschiktheid
 Strafbepalingen

In het BIG-register en vallend onder wettelijk tuchtrechtelijke beroepen zijn: arts, tandarts, apotheker,
gezondheidszorgpsycholoog, psychotherapeut, fysiotherapeut, verloskundige, verpleegkundige. Kwaliteitsregeling in
wet BIG overgeheveld naar Wkkgz.

Artikel 36 wet BIG:
 Bevat 13 categorieën voorbehouden handelingen die alleen mogen worden geïndiceerd en uitgevoerd door
de in de Wet BIG aangewezen beroepsbeoefenaren. Ze moeten wel beschikken over de nodige
bekwaamheid om deze handelingen verantwoord uit te mogen voeren. Onder bepaalde voorwaarden
mogen zij aan anderen opdracht geven om ook voorbehouden handelingen te verrichten.
 De voorbehouden handelingen mogen alleen worden uitgevoerd door bekwame beroepsbeoefenaren.
Echter, nood breekt wet. In geval van nood, waarbij deze beroepsbeoefenaren niet op tijd aanwezig kunnen
zijn, zijn ook anderen gerechtigd deze voorbehouden handelingen te verrichten.

De student kan de belangrijkste elementen uit de Wkkgz benoemen, heeft begrip van de termen en weet wanneer
deze toe te passen
Wkkgz: Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg
 Vervanging van de Kwaliteitswet Zorginstellingen (1996)
 De Wkkgz geeft regels voor:
o Goede zorg
o Melding van calamiteiten en vormen van geweld in de zorgrelatie melden bij de Inspectie voor de
Gezondheidszorg
o Klachten- en geschillenbehandeling

,Goede zorg
Zorg van goede kwaliteit en van goed niveau:
 Veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht
 Zorgverleners handelen in overeenstemming met de op hen rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende
uit de professionele standaard
 Rechten van de cliënt worden in acht genomen en de cliënt wordt met respect wordt behandeld

Inzet mensen en middelen
De zorgaanbieder:
 Organiseert de zorgverlening op zodanige wijze,
 bedient zich zowel kwalitatief als kwantitatief zodanig van personele en materiële middelen en bouwkundige
voorzieningen
 draagt zorg voor een zodanige toedeling van verantwoordelijkheden, bevoegdheden alsmede afstemmings-
en verantwoordingsplichten,
 dat een en ander redelijkerwijs moet leiden tot het verlenen van goede zorg.

Kwaliteitssysteem
De zorgaanbieder draagt zorg voor systematische bewaking, beheersing en verbetering van de kwaliteit van de zorg
a) het op systematische wijze verzamelen en registreren van gegevens betreffende de kwaliteit van de zorg op
zodanige wijze dat de gegevens voor eenieder vergelijkbaar zijn met gegevens van andere zorgaanbieders
van dezelfde categorie;
b) het aan de hand van de gegevens op systematische wijze toetsen of de wijze van uitvoering leidt tot goede
zorg;
c) het op basis van de uitkomst van de toetsing zo nodig veranderen van de wijze waarop wordt uitgevoerd.

Melding calamiteiten
De zorgaanbieder doet bij het Staatstoezicht op de volksgezondheid onverwijld melding van:
a) iedere calamiteit die bij de zorgverlening heeft plaatsgevonden;
b) geweld in de zorgrelatie;
c) de opzegging, ontbinding of niet-voortzetting van een overeenkomst met een zorgverlener op grond van zijn
oordeel dat de zorgverlener ernstig is tekort geschoten in zijn functioneren.

Artikel 8 Meldcode
1. De zorgaanbieder stelt een meldcode vast waarin stapsgewijs wordt aangegeven hoe met signalen van
huiselijk geweld of kindermishandeling wordt omgegaan en die er redelijkerwijs aan bijdraagt dat zo snel en
adequaat mogelijk hulp kan worden geboden
2. De zorgaanbieder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode
3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur wordt vastgesteld uit welke elementen een meldcode in
ieder geval bestaat

Klachten- en geschillenbehandeling
Klachtenregeling
 De zorgaanbieder treft schriftelijk een regeling voor een effectieve en laagdrempelige opvang en afhandeling
van klachten
 De zorgaanbieder stelt de regeling vast in overeenstemming met een representatief te achten organisatie
van cliënten
 De zorgaanbieder brengt de regeling onder de aandacht van cliënten
 De zorgaanbieder wijst een klachtenfunctionaris aan
 De zorgaanbieder beslist binnen zes weken over een klacht (eenmalige verlenging van max. 4 weken)

Geschillenregeling
Een geschillenregeling gaat vaak over een meningsverschil over de zorg
 De zorgaanbieder is aangesloten bij een geschilleninstantie, die is erkend door de minister
 De geschilleninstantie is ingesteld door een of meer representatief te achten cliëntenorganisaties en door
een of meer representatief te achten organisaties van zorgaanbieders

,  De geschilleninstantie is bevoegd over een geschil een uitspraak te doen bij wege van bindend advies,
alsmede een vergoeding van geleden schade toe te kennen tot in ieder geval €25.000, –

De student heeft kennis van de Wet medezeggenschap en kan deze in relatie brengen met kwaliteitszorg binnen
een zorgorganisatie
Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (1996)
 De zorgaanbieder stelt voor elke door hem in stand gehouden instelling een representatieve cliëntenraad in,
die binnen het kader van de doelstellingen van de instelling in het bijzonder de gemeenschappelijke
belangen van de cliënten behartigt
 De cliëntenraad heeft recht op informatie en gevraagd en ongevraagd adviesrecht
 De zorgaanbieder stelt jaarlijks een schriftelijk verslag op over de wijze waarop ten aanzien van de instelling
deze wet is toegepast
 In de cliëntenraad zitten zowel cliënten als vertegenwoordigers. Het bestuur van een zorginstelling moet bij
beslissingen rekening houden met het advies van de cliëntenraad.
 Instellingen met verplichte cliëntenraad  algemene ziekenhuizen, psychiatrische ziekenhuizen, GGZ,
instellingen voor mensen met een lichamelijke en verstandelijke beperking, verzorgingshuizen en
verpleeghuizen, instellingen die zorg leveren op grond van de Wlz

Rechten
 Informatie: de zorginstelling moet de cliëntenraad alle informatie geven die deze voor zijn taak nodig heeft
 Overleg: de cliëntenraad overlegt regelmatig met de directie over het beleid van de instelling
 Adviseren: de cliëntenraad mag gevraagd en ongevraagd de directie adviseren
 Enquête (om in een bepaalde zaak een onderzoek in te stellen): een zorginstelling die een stichting of een
vereniging is, neemt in haar statuten een cliënt-vertegenwoordigend orgaan op die zij het recht van enquête
geeft. De zorginstelling kan daarvoor niet alleen de cliëntenraad aanwijzen, maar ook een ander cliënt-
vertegenwoordigend orgaan. Dit orgaan kan de Ondernemingskamer vragen een onderzoek in te stellen
naar mogelijk wanbeleid in een zorginstelling.
 Bindend voordracht bestuurslid: de cliëntenraad kan invloed uitoefenen op de samenstelling van het bestuur
of de Raad van Toezicht. Hij mag ten minste 1 persoon voordragen ter benoeming als lid van de Raad van
Toezicht

Adviesrecht cliëntenraad:
a) een wijziging van de doelstelling of de grondslag;
b) het overdragen van de zeggenschap of het aangaan van een concentratie of het aangaan of verbreken van
een duurzame samenwerking met een andere instelling;
c) de gehele of een gedeeltelijke opheffing van de instelling, verhuizing of ingrijpende verbouwing;
d) een belangrijke wijziging in de organisatie;
e) een belangrijke inkrimping, uitbreiding of andere wijziging van de werkzaamheden;
f) het benoemen van personen die rechtstreeks de hoogste zeggenschap zullen uitoefenen bij de leiding van
arbeid in de instelling;
g) de begroting en de jaarrekening;
h) het algemeen beleid inzake de toelating van cliënten en de beëindiging van deze zorgverlening aan cliënten;
i) voedingsaangelegenheden van algemene aard en het algemeen beleid op het gebied van de veiligheid, de
gezondheid of de hygiëne en de geestelijke verzorging van, maatschappelijke bijstand aan en
recreatiemogelijkheden en ontspanningsactiviteiten voor cliënten;
j) de systematische bewaking, beheersing of verbetering van de kwaliteit van de aan cliënten te verlenen zorg;
k) de vaststelling of wijziging van een regeling inzake de behandeling van klachten van cliënten en het
aanwijzen van personen die belast worden met de behandeling van klachten van cliënten;
l) wijziging van de regeling m.b.t. de cliëntenraad en de vaststelling of wijziging van andere voor cliënten
geldende regelingen;
m) het belasten van personen met de leiding van een onderdeel van de instelling, waarin gedurende het etmaal
zorg wordt verleend aan cliënten die in de regel langdurig in die instelling verblijven.


De student weet wat wordt bedoeld met een kwaliteitszorgsysteem
Kwaliteitszorgsysteem: een managementsysteem dat op systematische wijze de kwaliteit van de taakuitvoering, de
resultaten en het beheer bewaakt, beheerst en verbetert. De wet Wkkgz stelt dat iedere zorginstelling een

, kwaliteitssysteem moet hebben voor het bewaken, beheersen en verbeteren van de kwaliteit van zorg. In een
kwaliteitssysteem zitten een aantal vaste onderdelen:
 Missie, visie op zorg: aan wie lever je zorg en waarom?
 Organisatiestructuur, bevoegdheden en verantwoordelijkheden
 Communicatiestructuur
 Organisatie van het primaire proces: de zorg
 Ondersteunende processen
 Procedures en registraties
 Verbeterprocessen: metingen, analyses van indicatoren, etc.
Een keurmerk controleert of het kwaliteitssysteem voldoet aan de eisen van dat keurmerk

De student kan de kernbegrippen verpleegkundig leiderschap, veiligheid en ondernemerschap uitleggen en
toepassen binnen de rol van organisator
Verpleegkundig leiderschap: het initiatief nemen in het voeren van regie over het eigen vakgebied vanuit een
ondernemende, coachende en resultaatgerichte houding
Kennis
 kent de kenmerken van professioneel en persoonlijk leiderschap.
 kent theorie over en modellen van effectief coachen.
 kent theorieën over beïnvloeding van het beleid van een organisatie.
Vaardigheden
 kan de verpleegkundige discipline plaatsen in het huidige tijdsbestek en het belang van het beroep
vertegenwoordigen.
 kan in samenwerkingsrelaties de eigenheid van het verpleegkundig beroep bewaken.
 kan op basis van deskundigheid benoemen waar verantwoordelijkheid ligt van de verpleegkundige
zorgverlening.
 kan een actieve rol spelen bij het inrichten van een aantrekkelijke werkomgeving.
 kan beslissingen nemen over beleid (prioritering) en middelen voor individuele zorgvragers waarin het
verpleegkundig belang, en belang van organisatie zorgvrager worden gewogen.
Attitude
 Voelt zich verantwoordelijk om de standaard van het verpleegkundig beroep hoog te houden.
 komt te allen tijde daar waar nodig op voor de zorgvrager en diens informele netwerk.
 is rolmodel voor (aankomend) verpleegkundigen en stuurt collega’s aan.
 is een assertieve en zelfbewuste beroepsbeoefenaar, ambassadeur van het vak.

Veiligheid: het continu en methodisch bijdragen aan het bevorderen en borgen van de veiligheid van zorgvrager en
medewerkers
Kennis
 kent veiligheidsbeleid (landelijk en in de eigen organisatie) en wet- en regelgeving omtrent veiligheid van
medewerkers en zorgvragers.
 kent de (somatische, psychische, sociale en contextuele) factoren die van invloed zijn op de veiligheid van
zorgvragers en medewerkers.
 kent en overziet de consequenties van het eigen handelen in relatie tot het ontstaan van onveilige situaties.
Vaardigheden
 kan de relevante screeningsmethoden hanteren waarmee risicofactoren in kaart worden gebracht
 werkt in de dagelijkse praktijk volgens de normen van veiligheidsbeleid.
 kan omgaan met emoties van zorgvragers en daarin de-escalerend reageren.
 kan (bijna) incidenten herkennen en adequaat reageren om schade voor de zorgvrager te beperken,
 openheid te bieden en herhaling te voorkomen.
 kan werken volgens de richtlijnen van het veiligheidsbeleid en infectiepreventie, privacy, ergonomie,
 economie en ecologie.
Attitude
 toont initiatief en verantwoordelijkheid voor het oplossen van knelpunten in het werk- en therapeutisch
klimaat die tot onveiligheid leiden.
 is zich bewust van het eigen voorbeeldgedrag inzake het hanteren van veiligheidsnormen.

Verpleegkundig ondernemerschap: het overzien van en handelen naar financieel- economische en
organisatiebelangen binnen de verschillende contexten van zorg

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller verpleegkunde_student. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.43. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75323 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.43  18x  sold
  • (2)
  Add to cart