Geschiedeniswerkplaats / tweede fase havo historisch overzicht / deel Handboek
In dit document wordt duidelijk de historische context van De Republiek beschreven. Veel vrienden van mij gebruiken deze samenvatting omdat er echt alles instaat wat belangrijk is om te weten!!
De Republiek (1515-1648)
Paragraaf 1.1: Het begin van de Opstand (1515-1572)
LV = Waardoor brak er een opstand uit in de Nederlanden?
Staatsvorming en centralisatie:
Karel V was in 1515 heer der Nederlanden en ging verder met het instellen van een centraal bestuur,
de centralisatie. Hij vormde in 1531 de drie centrale adviesraden, de Collaterale Raden:
De Raad van State; hierin zaten de belangrijkste Nederlandse edelen. Het gaf advies over alle
grote en voornaamste zaken in de Nederlanden. De landvoogd (Karels plaatsvervanger) was
verplicht om advies te vragen.
De Geheime Raad; bestond uit rechtsgeleerden, stelde wetten op en hield toezicht op de
gewestelijke en plaatselijke besturen.
Raad van Financiën; overlegde met de gewesten over belastingen en zag erop toe dat ze
betaald werden.
De stedelijke burgerij:
Door handel en nijverheid werd de stedelijke burgerij in de Nederlanden sterk, vooral in Holland,
Brabant en Vlaanderen. Karel was afhankelijk van het geld van de rijke burgers. Voor oorlog voeren
en hij beloofde daarom de privileges te respecteren, de speciale rechten en vrijheden in het ruil voor
deze belastingen. Toch werd het centralisatiebeleid gezien als een bedreiging voor de privileges en
zelfstandigheid.
Luther:
In 1519 werd Karel V ook koning van Spanje en keizer van het Duitse rijk. Luther begint met de
Reformatie, hij had kritiek op de rooms-katholieke kerk:
Hij ergerde zich aan de rijkdom en macht van de kerk.
Volgens Luther was het ware geloof van God en uit de Bijbel, daarom moest deze vertaald
worden naar de volkstaal.
Luthers opvattingen werden snel verspreid via boeken, pamfletten en kreeg hij steun van Duitse
vorsten.
In 1521 riep Karel de belangrijkste Duitse vorsten bijeen in Worms om de geloofseenheid in zijn rijk
te redden. Op deze Rijksdag hoopte hij Luther om zijn opvattingen te veranderen Luther zijn
toespraak leidde tot scheuring van de kerk. Luther werd veroordeeld als ketter maar werd
beschermd door de vorst van Saksen.
Karel was vanaf 1543 landsheer van alle zeventien Nederlandse gewesten, die daarmee voor het
éérst onder een heer verenigd waren.
Vanaf 1555 gaf Karel de strijd op tegen het protestantisme en werd er in de Vrede van Augsburg
afgesproken dat in Duitsland voortaan ‘wiens gebied, diens godsdienst’ zou gelden Duitsland was
verdeeld in katholieke en protestantse gebieden.
De inquisitie:
Karel trad hard op tegen het protestantisme en stelde daarom in 1521 al de inquisitie op die ketterij
moest opsporen en berechten. Karel kwam met steeds strengere wetten omdat het protestantisme
maar niet werd uitgeroeid.
In 1550 stelt hij daarom het bloedplakkaat op: alle ketters moesten gedood worden. Ook op het
bezit van ketterse boeken en het onderdak bieden aan ketters kon resulteren in de doodstraf.
Mensen die geloof niet wilde veranderen werden verbrand of levend begraven en de
mensen die terug naar katholiek wilde gaan werden onthoofd.
1
, De protestanten vormden een kleine minderheid, maar een deel van het gewone volk had sympathie
voor hen. Bestuurders hadden wel moeite met de harde aanpak van de inquisitie omdat dit ook de
privileges aantastte. De inquisitie nam berechting geloofszaken over en voerde burgers zelfs uit hun
stad weg, echter vond Karel dat hij absolute macht had en trok zich er niks van aan.
Calvinisten:
Onder leiding van Filips II was er onenigheid over hoe het protestantisme aangepakt moest worden
tot de Nederlandse Opstand. Vanaf 1560 verspreidde de leer van de Franse kerkhervormer Calvijn.
Calvijn vond alleen in tegenstelling tot Luther dat gelovigen altijd de overheid moesten gehoorzamen
en zich niet zonder overheidstoestemming mochten organiseren.
Als het nodig was moesten ze kerken vormen en tegen de goddeloze vrijheid in opstand komen. Dat
paste bij de situatie van NL waarbij er geen protestantse vorsten waren die de protestanten konden
beschermen.
In 1565 vroegen hoge edelen om ketter minder hard aan te pakken. Willem van Oranje (stadhouder)
vroeg zelfs om meerdere geloven toe te staan Filips II stuurt Margaretha van Parma in opdracht
het bloedplakkaat streng uit te voeren.
In 1566 trokken veel edelen naar het paleis van Margaretha om het smeekschrift aan te vragen. De
inquisitie werd daardoor minder streng uitgevoerd Calvinisten denken dat ze vrij zijn en houden
daarom bijeenkomsten en beginnen de Beeldenstorm:
Godsdienstig: de beelden in de kerken waren niet gelijk aan het geloof.
Plunderen: ze namen het goud van de beelden mee.
Spaanse hertog van Alva:
Filips was woedend en stuurde Alva met een groot leger naar Nederland om orde te stellen.
Veel mensen waaronder Willem van Oranje vluchtten naar het buitenland.
Hij stelde een speciale rechtbank in: de Raad van Beroerten. Deze Bloedraad trad hard op en
executeerde veel mensen; waaronder de edelen Egmont en Hoorne. Zij werden onthoofd in Brussel.
Oranje kwam tot verzet vanuit zijn ballingschap in Duitsland: hij had een huurleger en viel Nederland
binnen in 1568 mislukt: hij kreeg alleen steun van calvinistische vluchtelingen op schepen, de
watergeuzen. Guerilla-acties = het waren ongeregelde bendes die het platteland plunderden en
koopvaardijschepen aanvielen.
Op 1 april 1572 nemen de watergeuzen Den Briel in -> steeds meer steden kwamen in Opstand. In
juli hielden de opstandige Hollandse steden een Statenvergadering waarin Willem van Oranje
uitgroepen werd tot hun leider en stadhouder.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dereus52. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.39. You're not tied to anything after your purchase.