Samenvatting van de hoorcolleges Neurologie jaar 1, blok 4 Logopedie. Onderwerpen als Afasie, Dysartrie, Dysfagie, AFP en de vijf verschillende ziekte beelden als Ziekte van Parkinson, Huntington, MS, ALS en Cerebellaire-Ataxie komen aanbod.
Zenuwstelsel
Indelingen van het zenuwstelsel:
- Indeling o.b.v. plaats in het lichaam → anatomie
- Indeling o.b.v. functie → fysiologie
Het zenuwstelsel bestaat uit zo’n 100 miljard zenuwcellen en nog meer gliacellen (= voedingscellen).
Het zenuwstelsel bestaat anatomisch uit 2 delen:
Het centrale zenuwstelsel (CZS) omvat de hersenen en het ruggenmerg. Het is het deel van het
zenuwstelsel dat een benig omhulsel heeft. Het andere deel is het perifere zenuwstelsel (PZS)
1. Centrale zenuwstelsel (dit zijn de hersenen (groot, klein, hersenstam) en het ruggenmerg die
beiden beschermd worden door bot zoals schedel en wervels.)
2. Perifere zenuwstelsel (alles wat niet met de hersenen zelf te maken heeft, maar met de
lijntjes naar de spieren en klieren, zenuwen. Denk: bij een PC de draden richting de printer.)
Er zijn 12 paar hersenzenuwen die direct uit de hersenen komen. Er zijn 32 paar
hersenzenuwen die uit het ruggenmerg komen.
Anatomie Centrale zenuwstelsel
• Cerebrum: grote hersenen → de grote hersenen hebben en regelen verschillende functies.
Vaak zijn die functies bewust. Dit bewustzijn is in te delen in activering en inhoud. Activering
is de mate van aandacht hebben voor de omgeving, en de inhoud zijn waarnemingen,
gevoelens, gedachten en intenties waarvan men zich bewust is. (Verschillende functies)! De
linker hemisfeer stuurt het rechterdeel van het lichaam aan en andersom. Rechtse
verlamming = meestal spraakprobleem, linkse verlamming = meestal cognitief probleem.
• Corpus calosum: hersenbalk → zorgt ervoor dat beide hersenhelften met elkaar
communiceren. (Laat de linkerkant met de rechterkant communiceren)
• Cerebellum: kleine hersenen → voornamelijk voor coördinatie van bewegingen, de spraak en
het evenwicht. Wanneer meerdere activiteiten met elkaar gecoördineerd moeten worden,
gebeurt dat in de kleine hersenen.
• Truncus cerebri: hersenstam → zorgt voor vitale levensfuncties, zoals lichaamstemperatuur,
hartslag, ademhaling en bloeddruk. Ook is de hersenstam belangrijk voor het behouden van
een slaapritme, huilen, plassen, kauwen en het veranderen van pupilgrootte.
• Cortex: buitenste laag van de grote hersenen.
3
, Neurologie Jaar 1, blok 4
Hersenzenuwen
- N.1 hersenzenuw I (Nervus olfactorius / reukzenuw) : zenuw van de geur.
- N.2 hersenzenuw II (Nervus opticus/ oogzenuw): Dit is een van de zenuwen van het oog die
een functie hebben bij de visus.
- N.3 hersenzenuw III (Nervus oculomotorius): Dit is een andere zenuw dat een deel van het
oog controleert. Deze zenuw is verantwoordelijk voor de verandering van pupilgrootte en de
beweging van het oog.
- N.4 hersenzenuw IV (Nervus trochlearis zenuw): Deze zenuw helpt ook bij de beweging van
de ogen.
- N.5 hersenzenuw V (nervus trigeminus): Deze zenuw zorgt voor vele functies, inclusief de
mogelijkheid om het gezicht te voelen en het gevoel in de mond. Daarnaast verplaatst deze
de spieren die nodig zijn om te kauwen.
- N.6 hersenzenuw VI (Nervus abducens zenuw): Deze zenuw helpt bij de beweging van de
ogen.
- N.7 hersenzenuw VII (nervus facialis): deze zenuw is verantwoordelijk voor verschillende
functies, waaronder de beweging van de gezichtsspieren en smaak.
- N.8 hersenzenuw VIII (Nervus vestibulocochlearis/ gehoorzenuw): Deze zenuw is betrokken
bij het gehoor.
- N.9 hersenzenuw IX (glossofaryngeus zenuw): Deze zenuw is betrokken bij tong en smaak.
- N.10 hersenzenuw X (nervus vagus): Deze zenuw is voornamelijk verantwoordelijk voor het
vermogen om te slikken, de wurgreflex (kokhalsreflex) en enkele smaaksensaties.
- N.11 hersenzenuw SHBG (nervus accessoire zenuw): Deze zenuw is betrokken bij de
beweging van de schouders en nek.
- N.12 hersenzenuw XII (nervus hypoglossus): De laatste hersenzenuw is voornamelijk
verantwoordelijk voor de beweging van de tong.
De grote hersenen zijn verdeeld over de linker en rechterhemisfeer en verdeeld over
Frontaalkwab: motoriek, articulatie, taal/grammatica, cognitie. Controle van het denken, handelen
en spreken, en plannen.
Pariëtaalkwab: sensorische informatie, gevoel, geheugen voor tijd en ruimte. Ruimtelijke
representatie van lichaam en ruimte. (Hand inzetten om iets te pakken, zien/voelen waar je bent)
Occipitaalkwab: visus. Betrokken bij het zien, Representatie van de visuele kenmerken van de
buitenwereld.
Temporaalkwab: gehoor, auditieve analyse, spraak-motorische bewegingen. Herkennen en
onthouden van objecten, gezichten, gezichtsexpressies.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sytavdp. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.