Alle verplichte arresten Vermogensrecht - HBO Rechten
17 views 0 purchase
Course
Verbintenissenrecht
Institution
Hogeschool InHolland (InHolland)
In dit document is alle verplichte jurisprudentie voor het vak Vermogensrecht uitgewerkt. In dit document zijn o.a. de volgende arresten uitgewerkt: Stichting Postwanorder-Otto, Baris-Riezenkamp, Van Geest-Nederlof, Hofland-Hennis, Haviltex, CBB/JPO, Fokker-Zentveld, Kelderluik en Tennisbal.
Stichting Postwanorder/Otto (22-01-2008)
Otto is een postorderbedrijf in consumentenartikelen en heeft een website waarop
consumenten bestellingen kunnen plaatsen.
Vanaf 20 oktober 2006 heeft Otto op haar website een televisie te koop aangeboden
voor een prijs van €99,90. Op maandag 23 oktober 2006 heeft Otto deze prijs gewijzigd
in €99,00. Tot en met 23 oktober 2006 zijn 17 bestellingen voor de televisie gedaan;
deze klanten heeft Otto op 24 oktober 2006 gebeld met de mededeling dat er sprake is
van vergissing ten aanzien van de prijs. Vanaf 24 oktober 2006 is op diverse internetfora
de aandacht gevestigd op dit aanbod van Otto en is ook in de andere media daaraan
besteed. Op 26 oktober 2006 heeft Otto in een radio-uitzending verklaard dat sprake is
van een fout. Ongeveer 11.490 consumenten hebben via de website van Otto in totaal
ongeveer 14.00 televisies besteld voor de prijs van €99,90 dan wel €99. Op 26 oktober
2006 omstreeks 23:20 heeft Otto het aanbod van haar site verwijderd.
Bij notariële akte van 16 november 2006 is de Stichting Postwanorder opgericht. Volgens
art. 2 van deze akte heeft de Stichting ten doel behartiging van consumentenbelangen,
meer concreet de belangen van consumenten die onder meer via internet
overeenkomsten sluiten. De Stichting vordert dat Otto wordt veroordeeld tot nakoming
van alle overeenkomsten. De Stichting stelt dat er in de periode waarin Otto de televisie
heeft aangeboden en de consumenten dit aanbod hebben aanvaard, er tussen
consumenten en Otto een overeenkomst tot stand is gekomen. Er is namelijk rechtens
sprake geweest van een aanbod en aanvaarding.
Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de aanvaarding daarvan
(art. 6:217 lid 1 BW). Voor een geldig aanbod als een geldige aanvaarding is op grond
van art. 3:33 BW vereist dat de wil en de verklaring van degene die aanbiedt c.q.
aanvaardt met overeenstemmen. Anders dan de Stichting beoogt, heeft Otto naar het
voorlopig oordeel van het hof voldoende aannemelijk gemaakt dat er sprake is van een
vergissing. Ontbreekt een verklaring een wil, dan is op grond van art. 3:33 BW geen
sprake van een geldige rechtshandeling omdat er geen geldig aanbod is. Echter, ondanks
het ontbreken van een met de overeenstemmende wil, is Otto toch aan deze verklaring
gebonden in geval van gerechtvaardigd vertrouwen aan de kant van de consumenten
(art. 3:35 BW). De vraag is of de consumenten op het moment dat zij dit aanbod hebben
aanvaard onder de gegeven omstandigheden er redelijkerwijze vanuit mochten gaan dat
dit aanbod juist was. Van een consument mag verwacht worden dat deze zich tevoren
globaal heeft georiënteerd op de prijzen van televisies. Zo het de consument al niet
meteen duidelijk behoort te zijn dat hier een vergissing in het spel is, dan is het verschil
in prijs zo aanzienlijk dat er in ieder geval reden is voor twijfel. Ingeval van twijfel
omtrent de juistheid van de prijs dient de consument nader onderzoek te verrichten (art.
3:11 BW). Op grond van het bovenstaande is de voorlopige conclusie van het hof dat de
aanvaarding van het aanbod bij gebreke van een met de verklaring overeenstemmende
wil en bij gebreke van gerechtvaardigd vertrouwen aan de kant van de consumenten niet
leidt tot gebondenheid van Otto.
Op grond van art. 6:1 BW ontstaan verbintenissen slechts als dit uit de wet voortvloeit
en ons verbintenissenrecht kent geen verbintenissen die enkel voortvloeien uit de
redelijkheid.
De Stichting zal in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van dit
hoger beroep.
, Baris/Riezenkamp (HR 15 november 1957)
Riezenkamp koopt van Baris voor 110.000 gulden onderdelen, materialen en
gereedschappen voor het fabriceren van bromfietsmotoren. Riezenkamp is namelijk
voornemens om hier een bedrijf in te beginnen.
Baris deelt hem mee dat de kostprijs voor een bromfietsmotor 135 gulden bedraagt.
Nadat de koopovereenkomst is gesloten komt Riezenkamp er echter achter dat de
kostprijs 230 gulden bedraagt. Riezenkamp weigert hierdoor de betaling aan Baris te
voldoen. Baris vordert derhalve de ontbinding van de koopovereenkomst en eist een
schadevergoeding. Riezenkamp beroept zich op dwaling en vordert vernietiging van de
koopovereenkomst. Baris verweert zich en stelt dat de dwaling aan Riezenkamp te
verwijten is nu deze niet genoeg onderzoek naar de kostprijs heeft verricht (art. 6:228
lid 2 BW). De dwaling is volgens Baris niet verschoonbaar.
De Hoge Raad overwoog dat het voor een geslaagd beroep op dwaling niet explicitiet
door de wet is vereist dat de dwaling verschoonbaar is. De redelijkheid en billijkheid
brengt mee dat de beide partijen met elkaars belangen rekening moeten houden. In
beginsel heeft een koper (Riezenkamp) een onderzoeksplicht. Deze onderzoeksplicht
vervalt echter door de mededelingsplicht van de verkoper (Baris), waar Riezenkamp op
mocht vertrouwen. Riezenkamp heeft verschoonbaar gedwaald.
De Hoge Raad overwoog ook dat een beroep op dwaling als verweer tegen een
vordering van de wederpartij kan gelden. In casu houdt dit in dat het beroep op dwaling
van Riezenkamp als verweer tegen de vordering van Baris om de koopovereenkomst te
ontbinden en de schadevergoeding kan dienen.
Van Geest/Nederlof (HR 21 december 1990)
Nederlof (professioneel handelaar) verkoopt een tweedehands auto aan Van Geest
(particulier), maar vermeld hier niet bij dat de auto bij een ongeval betrokken is
geweest. Na een tijd merkt Van Geest dat de auto gebreken vertoont. Van Geest stelt
dat Nederlof hem had moeten vertellen dat de auto bij een ongeval betrokken was
geweest en dat de auto derhalve gebreken is gaan vertonen. Van Geest beroept zich op
dwaling en vordert vernietiging van de koopovereenkomst. Nederlof stelt dat Van Geest
zijn onderzoeksplicht heeft verzaakt en dat hem derhalve geen beroep op dwaling
toekomt.
De Hoge Raad stelt dat een partij, indien deze zijn mededelingsplicht heeft verzaakt
waardoor er een onjuiste voorstelling van zaken bij de wederpartij is ontstaan, zich bij
een beroep op dwaling van de wederpartij, niet kan verweren door te zeggen dat de
wederpartij zijn onderzoeksplicht heeft verzaakt. De goede trouw verzet zich hiertegen,
omdat de mededelingsplicht er juist is om onvoorzichtige kopers te beschermen.
Nederlof kan in de casu niet zeggen dat Van Geest zijn onderzoeksplicht heeft verzaakt
en dat deze daarom geen beroep op dwaling kan doen. Nederlof heeft zijn
mededelingsplicht verzaakt waardoor er bij Van Geest een onjuiste voorstelling van
zaken is ontstaan. Van Geest kan zich op dwaling beroepen.
De mededelingsplicht gaat boven de onderzoeksplicht.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Leylan. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.43. You're not tied to anything after your purchase.