Volledige, duidelijke aantekeningen aan de hand van de hoorcolleges () met telkens de verwijzingen naar de wetsartikelen en voorbeelden uit de praktijk die gegeven werden.
Inhoud cursus:
- Deel 1: Privaat bankrecht (SYLLABUS)
o Rekeningen en betalingen
o Kredieten
▪ Commerciële kredieten
▪ Consumentenkrediet
▪ Hypothecair krediet
- Deel 2: Statuut financiële instellingen
- Deel 3: Kapitaalmarktenrecht
o Regulering en werking van de primaire en secundaire kapitaalmarkten
o Beleggersbescherming (privaat bankrecht + kapitaalmarktenrecht)
Geldrekeningen en betalingsverrichtingen
Dit zijn twee aspecten die te maken hebben met de private relatie tussen de financiële
instellingen en de klanten.
We verwijzen naar het wettelijk kader: goed begrijpen hoe je dit moet studeren! Daarbij gaan
we terugvallen op het Wetboek Economisch recht, zie Boek I voor de definities. De basis van
de materie inzake betalingsverrichtingen vind je in Boek 7. Er zijn definities die specifiek
hiervoor van toepassing zijn, Boek I.9.
Eerste deel: rekeningverhouding tussen financiële instelling en klant. Het is belang te kijken
hoe de rechtsverhouding zich situeert: zij loopt over de rekeningovereenkomst.
Geldverrichtingen vinden plaats via de rekening, minder en minder cash (omwille van
witwasdoeleinden). Je moet een onderscheid maken tussen geld- en effectenrekeningen:
geldrekeningen worden gebruikt om deposito’s op te storten en te handelen,
effectenrekeningen worden gebruikt om boekingen te doen van effecten, je koopt
bijvoorbeeld een aantal aandelen op de beurs, je wenst deze op je rekening te plaatsen, dan
doe je dat op een effectenrekening.
Er zijn verschillende soorten geldrekeningen:
- Zicht- of betaalrekening: op naam van een natuurlijke- of rechtspersoon die dan
titularis is. Bewerkingen hierop: Boek 7 is van toepassing.
- Spaarrekening: andere vorm van geldrekening die al of niet gereglementeerd wordt,
en die vindt haar oorsprong in fiscale wetgeving.
- Termijnrekening: dat is een rekening waarbij de partijen afspreken gedurende een
bepaalde termijn een rechtsverhouding te hebben tussen de klant en de financiële
1
, instelling. Op die termijnrekening kan bijvoorbeeld gedurende een bepaalde termijn
een bepaald bedrag ter beschikking gesteld worden aan de bank.
Het belang van het onderscheid is eerder een fiscaal verschillende behandeling. De
voorwaarden komen zo aan bod.
Zicht- of betaalrekening:
Dit is een contract van onbepaalde duur, de tegoeden zijn opvraagbaar op zicht. Dit houdt in
dat beide partijen de overeenkomst op elk ogenblik kunnen beëindigen. De tegoeden zijn
opvraagbaar op zicht: dus op eerste verzoek kun je ze opvragen, en dat zie je aan de hand van
je dagafschriften, dit geeft het saldo weer. Dit kan en kredietsaldo zijn, maar dat kan ook een
debetsaldo zijn wanneer je door een bepaalde verrichting (bijvoorbeeld met een kredietkaart)
te veel hebt aangekocht en je rekening in een debetstand komt te staan. Op dat ogenblik zal
je dat zien aan de hand van de dagafschriften en stelt zich de vraag of de bankieren krediet
toekent of het een ongewilde overschrijding is. Vanuit die rekening kan er door de gebruiker
een betalingstransactie worden uitgevoerd. Verrichtingen vallen onder de beschermende
maatregelen van Boek 7, en dat begint bij de precontractuele fase. Bijvoorbeeld VII.4/7:
informatiedocument. Het is belangrijk de verschillende verbintenissen te analyseren en dat
begint al in de precontractuele fase. We kunnen ook krediet opnemen indien daarover een
overeenkomst is. Je kan ook krediet opnemen als consument, dan zijn de bepalingen inzake
consumentenkrediet uit Boek 7 van toepassing. Je kan dit ook doen als onderneming. De bank
gebruikt deze tegoeden in haar dagdagelijkse operaties, ze mogen gebruikt worden om aan
derden krediet toe te kennen.
Spaarrekening en gereglementeerde spaarrekening:
Ook deze overeenkomst is van onbepaalde duur, ook hier zijn de tegoeden opvraagbaar op
zicht, maar er is nooit een debetpositie en is er nooit kredietverlening mogelijk, en dus ook
geen toepassing van de regelen inzake consumentenkrediet. Er is ook geen toepassing van de
wetgeving van de betalingsdiensten uit Boek 7, behalve dat er op kosteloze wijze een einde
aan kan worden gesteld.
Bijzondere regelen voor gereglementeerde spaarrekeningen: een voorbeeld. Typisch Belgisch
fenomeen. Een fiscale incentive om dit aan te moedigen. De intrestvoeten zijn historisch laag
en de bepalingen inzake rente zijn van relatief belang in de huidige economische situatie. Het
is een rekening door het Wetboek Inkomstenbelasting die wordt vrijgesteld ten belope van
999 euro op de heffing van roerende voorheffing. Er wordt ook een minimale rente
toegekend: je hebt een basisrente op die gereglementeerde spaarrekening, en een
getrouwheidspremie waar de wetgever bij KB van 19 juni 2013 bepaalde minima en maxima
heeft voorzien. Die premie wordt viermaal per jaar uitbetaald. Men gaat dus de spaarder
fiscaal aanmoedigen om gedurende 12 maanden het geld op de rekening te laten staan
zodanig dat men een getrouwheidspremie kan ontvangen die is vrijgesteld ten belope van 999
euro. De onderschrijver krijgt de essentiële spaardersinformatie toegestopt in een document
dat qua vorm en inhoud door de wetgever is opgelegd.
Termijnrekening:
Deze rekening is een overeenkomst van bepaalde duur! De gelden worden geplaatst op
termijn en zijn dus ook niet op zicht opvraagbaar. Gelijklopend met de gereglementeerde
2
,spaarrekening: er kan geen krediet aan worden verbonden en er is geen toepassing van de
regelen met betrekking tot betalingsdiensten.
Rekeningen met elektronisch geld, zoals PayPal, of rekeningen met cryptomunten, zoals
Bitcoin, zijn nieuwere manieren. Enkel bij wijze van volledigheid worden deze weergegeven.
De rekeningen kunnen worden afgesloten op afstand. Wanneer dit gebeurt dan heb je te
maken met een financiële dienst die op afstand wordt verleend en in die hypothese zijn de
bepalingen van Boek 6 inzake de marktpraktijken van toepassing, meer bepaald art. 55: het
verschaffen van precontractuele informatie aan degene die een rekening op afstand sluit.
Dan stelt zich de vraag: heeft iedereen recht op een rekening? Is dit een overeenkomst intuïtu
personae? Kan de bank weigeren met iemand een overeenkomst aan te gaan? Belangrijk
aspect en zeer actueel! De slides zijn niet meer actueel! Zie nota op Ufora om de actualiteit te
volgen. Er is een wet van november tussengekomen. In de syllabus klopt het ook niet. In
beginsel is er geen verplichting, zowel ten aanzien van ondernemingen als consument, dus
banken kunnen weigeren, met uitzondering voor de basis bankdienst. Zowel voor consument
als ondernemingen zijn de verplichtingen in hoofde van de financiële instellingen
toegenomen, de controle is toegenomen naar de handelingen en het gebruik van de
rekeningen toe waardoor de banken op een bepaald ogenblik de rekeningverhouding op te
zeggen. De betaalrekening is van onbepaalde duur dus dat kan! Op het ogenblik dat iemand
door alle instellingen wordt uitgesloten uit het financiële verkeer, op dat ogenblik heb je een
handicap om deel te nemen aan het gewone leven: soms word je bijvoorbeeld verplicht met
de kaart te betalen. Daarom is er een basisbankdienst. Deze is uitgewerkt in 7.57 WER. Deze
is ratione personae ten gunste van een consument die legaal in een lidstaat van de EU verblijft.
Er mag geen discriminatie zijn op basis van nationaliteit of woonplaats. Wie is consument? Zie
definities WER! Wat zijn de voorwaarden en wat is de reikwijdte?
- Recht op een zichtrekening
- Recht op bepaalde verrichtingen met die zichtrekeningen, waaronder met een
betaalkaart: overschrijvingen, stortingen en afhalingen van fondsen, domiciliëring,
rekening uittreksels.
- Geen recht op krediet
De wetgever heeft voorzien dat wanneer een rekening heeft geopend, de consument op de
hoogte moet zijn van de kostprijs: deze geplafonneerd tot 12 euro.
De consument kan in bepaalde gevallen een weigering krijgen wanneer hij een weigering doet
voor een basis bankdienst: Wanneer hij bij een andere financiële instelling een zichtrekening
bezit of over een andere rekening beschikt bij een andere financiële instelling met een jaarlijks
gemiddeld gecumuleerd kredietsaldo van hoger dan 6 000 euro. Dan kan de aanvraag
geweigerd worden.
Hij moet de dienst weigeren wanneer er een schending is van de witwaswetgeving of wanneer
de aanvrager veroordeeld is voor bepaalde financiële misdrijven. Dan is er een recidivegevaar,
het gebruik van de rekening kan aanleiding geven tot schending van witwaswetgeving. Vindt
deze plaats na de toekenning, dan moet het verder gebruik van de basis bankdienst geweigerd
worden. De mogelijkheid hierover te beschikken is dus beperkt. In dat geval is er geen keuze
voor de financiële instelling.
3
, De kredietinstelling heeft ook de mogelijkheid om een reeds toegekend basisbankdienst op te
zeggen. Hij kan dus weigeren, hij moet soms weigeren, en hij kan deze beëindigen. Drie
hypotheses! Wanneer kan hij beëindigen:
- Veroordeeld voor bepaalde misdrijven (meestal van financiële aard)
- Wanneer gedurende 24 opeenvolgende maanden de rekening niet is gebruikt en er
geen transacties hebben plaatsgevonden
- Wanneer bij het aanvragen de consument onjuiste info heeft gegeven
- Wanneer de consument niet langer in de lidstaat verblijft
Aspect dat niet in de slides is weergegeven: er is ook een basisbankdienst voor
ondernemingen! De achterliggende filosofie is gelijkluidend, de oorzaken zijn te vinden in het
feit dat de banken heel veel problemen kenden met financiële misdrijven die plaatsvonden in
de sector van de verhandeling van edele metalen (juwelen…). Die crisis heeft zich uitgebreid
naar de voetbalsector waar ook heel wat onheuse financiële transacties plaatsvonden, dus
werd het ook voor hen onmogelijk bankrekeningen te openen omdat de risico’s verbonden
aan de klantrelatie te hoog waren. Wanneer je dergelijke ondernemingen de toegang ontzegt,
heb je hetzelfde probleem als met de consumenten. Er is dus een nieuwe wetgeving die ook
voor hen een recht op basisbankdienst vastlegt. Deze is onder een verschillende vorm! De
toepassingsvoorwaarden:
- Elke onderneming die in België gevestigd is, waarbij men voor onderneming verwijst
naar art. 7.17 WER. Dit bepaalt het personeel toepassingsgebied (is verschillend t.a.v.
consumenten).
- Deze onderneming mag niet reeds over een basisbankdienst of een betaalrekening
beschikken bij een kredietinstelling naar Belgisch recht of in een andere lidstaat
(verschillend t.a.v. consumenten).
- Er moet reeds een aanvraag zijn geweigerd bij ten minste drie andere
kredietinstellingen. Dat moet een uitdrukkelijke en schriftelijke weigering zijn.
Men moet ook uitdrukkelijk stellen waar men als onderneming de weigering kan betwisten.
Bevindt de onderneming zich in die voorwaarden, kan hij een basisbankdienst aanvragen via
de basisbankdienst kamer: een nieuw opgericht orgaan dat gaat nagaan of een bepaalde
onderneming binnen de voorwaarden valt om de dienst te kunnen bekomen. Deze kamer
vraagt een advies aan de cel voor financiële informatie, en dat is een orgaan dat de meldingen
ontvangt die financiële instellingen, notarissen, advocaten doen wanneer zij verdacht
financiële transacties zien (zij moeten dit verplicht doen). Bij een positief van deze cel of
wanneer er geen antwoord is binnen de 60 dagen, dan zal deze kamer een financiële instelling
aanduiden die aan die onderneming de basisbankdienst moet verlenen, en dit is niet altijd
dezelfde. Ook hier heb je gevallen waarin de aanvraag moet worden geweigerd, de dienst kan
worden geweigerd, en omstandigheden waarin de mogelijkheid bestaat de dienst op te
zeggen, vrij gelijklopend als de consumenten dus. Bekijk zeker de nota eens op Ufora, staat in
wetboek!
Welke betaaldiensten vallen onder deze basisbankdienst? Gelijkaardig met de consumenten:
plaatsen of opnemen van contanten, uitvoeren van betalingstransacties met een verbod op
krediet.
Informatieplicht voor de bankdienst aan bieder: de financiële instelling moet het toezicht
houdend bestuur bij de FOD Economie inlichten en de cel voor financiële
informatieverwerking, de informatie meedelen die betrekking heeft op de bankdienst, ten
laatste op de laatste dag van de maand februari van het daaropvolgende jaar.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller smvrechten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $17.16. You're not tied to anything after your purchase.