Volledige samenvatting Inleiding Statistiek (per hoofdstuk, formule- en begrippenlijst)
102 views 9 purchases
Course
Inleiding Statistiek (424504B5)
Institution
Tilburg University (UVT)
Book
Statistics for the Behavioral Sciences
Dit is een uitgebreide samenvatting over de cursus Statistiek. De samenvatting is geschreven in 2021 voor de statistiekcursus van Tilburg University. Het boek gebruikt voor deze samenvatting is Statistics for the Behavioral Sciences van Gravetter en Wallnau, 10e druk. In deze samenvatting vind je e...
Test Item File- Practice Test - Statistics for the Behavioral Sciences, Gravetter,10e
Introduction to Statistics book summary notes
Test Bank for Statistics for the Behavioral Sciences 10th Edition by Frederick Gravetter, Larry B. Wallnau | All Chapters Included | Complete Latest Guide A+.
All for this textbook (9)
Written for
Tilburg University (UVT)
Psychologie
Inleiding Statistiek (424504B5)
All documents for this subject (25)
Seller
Follow
jamiea
Reviews received
Content preview
Samenvatting Inleiding Statistiek
Statistics for the Behavioral Sciences – Gravetter, F.J., Wallnau L.B.
Docent: Bennett Kleinberg - Tentamendatum: 15 juni 2021
Alle behandelde begrippen……………………………………………………………………………………………………………17
1
, Hoofdstuk 1: Introduction to Statistics
Hoofdbegrippen
Onafhankelijke variabele: de gemanipuleerde variabele
Afhankelijke variabele: de gemeten variabele
Nominale schaal: label voor een set categorieën met verschillende namen, zonder kwantitatieve verschillen in
groepen, zoals geslacht
Ordinale schaal: label voor een set categorieën die georganiseerd zijn op bepaalde volgorde, zoals SES (laag,
middel, hoog)
Ratio schaal: label voor een groep waarvan elke waarde hetzelfde formaat heeft, inclusief 0
De letter X staat voor de score per proefpersoon van een variabele. N is symbool voor het totaal aantal scores
in de bijbehorende populatie, waarbij n staat voor het aantal scores van proefpersonen uit de steekproef. Het
symbool Σ (Sigma) gebruikt men om totaalscores te tonen, zoals ΣX = totale grootte van alle scores bij elkaar
opgeteld.
Er zijn twee soorten onderzoeksmethoden. Als eerste hebben we de correlationele methode, die relaties
tussen twee variabelen per individu onderzoekt. Met deze methode meet men relaties en omschrijft deze,
maar er worden geen oorzaak-gevolgrelatie getrokken. De tweede onderzoeksmethode, de experimentele
methode, meet relaties tussen variabelen door middel van het manipuleren van een onafhankelijke variabele ,
die gebruikt wordt om verschillende behandelingen toe te passen. Vervolgens meet de onderzoeker de
afhankelijke variabele om te concluderen of de twee behandelmethoden verschillende resultaten opleveren.
Met deze onderzoeksmethode kunnen oorzaak-gevolgrelaties getrokken worden.
Hoe reken je een formule uit?
1. Beginnen met het uitrekenen wat tussen haakjes staat.
2. De tweede stap is kwadrateren.
3. Als derde, van links naar rechts voer je delingen en keersommen uit.
4. Vervolgens mag je sommen bij elkaar optellen.
5. Als laatste haal je sommen van elkaar af.
De nominale schaal bestaat uit een set categorieën met verschillende namen, zoals geslacht. Metingen op een
nominale schaal plaatsen data in een
bepaalde categorie, zonder kwantitatief
onderscheid te maken hiertussen.
De ordinale schaal bestaat uit een aantal
categorieën die geordend zijn op een
specifieke volgorde. Metingen van een
ordinale schaal staan op volgorde van
een rangorde op basis van plaatsen, zoals
eerste, tweede en derde plaats.
Een interval schaal bestaat uit een set
gerangschikte categorieën waarbij elk
interval dezelfde grootte heeft. Er is geen
duidelijke rangschikking zoals bij de
ordinale schaal, de nummers
geobserveerd op een ratioschaal hebben
allemaal dezelfde waarde. Het getal 0
wordt niet meegenomen in de meting bij een interval schaal.
De ratio schaal is een interval schaal waar een ‘absolute 0’ wordt meegenomen in de meting. Een absolute 0
kan gezien worden als temperatuur: 0 graden Celsius is weldegelijk een mogelijke temperatuur, daarvoor moet
dus ratio gekozen worden in plaats van interval.
2
, Hoofdstuk 2: Frequency Distributions
Hoofdbegrippen
Frequentiedistributie: georganiseerde tabel van het aantal proefpersonen per categorie van de meting
Percentielrank (rank): het percentage proefpersonen in de distributie met scores gelijk aan of lager dan een
bepaalde waarde
Een frequentiedistributietabel drukt de categorieën waar X waarden in geordend zijn in een kolom uit. Naast
deze kolom wordt de frequentie van proefpersonen met die specifieke score weergegeven. Soms heeft zo een
tabel een proportiekolom die de relatieve frequentie van elke categorie meet:
Proportie: p = f / n waarin f staat voor de frequentie en n voor het aantal proefpersonen in de steekproef.
Het cumulatieve percentage is het
percentage van proefpersonen met scores
gelijk aan of lager dan een bepaald punt in
de distributie. Waarden van dit percentage
worden geassocieerd met de upper real
limits van de corresponderende scores of
intervallen.
Formule:
C% = cf / N x 100%
De upper real limit is de bovenste waarde voor een continue variabele gemeten op een ratioschaal. Een
testscore van 95 heeft bijvoorbeeld een lower real limit van 94,5 en een upper real limit van 95,4, aangezien
elke waarde binnen dat bereik gelijk zal zijn aan 95 wanneer afgerond op een geheel getal.
Percentielranks of percentielen worden gebruikt om de positie van individuele scores binnen een distributie te
omschrijven. Percentielranks geven het cumulatieve percentage geassocieerd met een bepaalde score. Een
score die geïdentificeerd wordt door zijn rank heet een percentiel.
Het is mogelijk om percentielranks rechtstreeks
uit een frequentietabel te halen. Hierbij gaan
we ervan uit dat de percentielranks de upper
real limits en de ranks percentages zijn uit de
frequentietabel. Door middel van interpolatie
kunnen we dit uitrekenen. Twee intervallen
worden weergegeven in een tabel. Alleen de
eindwaarden van de schalen zijn bekend. In dit
geval wordt interpolatie gebruikt om in te
schatten wat de waarden tussen de begin- en
eindintervallen zijn, door ervan uit te gaan dat
fracties van één schaal corresponderen met
dezelfde fracties van de andere schaal. Als je
bijvoorbeeld een shift van 8 uur werkt, en
daarvoor $60,- betaald krijgt, kun je met de
fractie van ¼, uitrekenen dat een kwart van
$60,- de verdiensten zijn na 2 uur werken.
Lower & Upper real limits
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jamiea. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.29. You're not tied to anything after your purchase.