1 ongeslachtelijke voortplanting
celdeling
- cellen kunnen zich reproduceren (voortplanten) door celdeling
celdeling = er ontstaat uit een moedercel twee identieke dochtercellen, die dezelfde genetische eigenschappen
bevatten
• is van belang bij voortplanting en groei van een organisme
• door celdeling kunnen cellen vervangen worden
- bij ongeslachtelijke voortplanting ontstaan door celdeling nakomelingen die genetisch identiek zijn aan de ouder
- eencellige organisme planten zich ongeslachtelijk voort dmv. celdeling
• de eencellige deelt zich waarna beide cellen uitgroeien tot volledige organismen
• er is geen genetische variatie
- ongeslachtelijke voortplanting komt ook bij planten voor zoals: knollen,
bollen en uitlopers
op kunstmatige wijze
- kunstmatige manieren van ongeslachtelijk voortplanten:
• stekken, enten, klonen en weefselkweek
celcyclus
- de erfelijke eigenschappen van een organisme liggen vast in het DNA
• voordat een cel deelt, wordt het DNA in de chromosoom gekopieerd
↳ ontvangt elke nieuwe cel bij de deling een nieuwe set chromosomen
- aan het begin van een celdeling specialiseren (oprollen)
- de chromosomen zich, ze worden korter en dikker
- na de celdeling ontrollen de chromosomen weer
- bij planten, dieren en schimmels begint de celdeling met de deling van
de celkern
mitose = de kerndeling
na de mitose snoert de cel tussen de kernen in en ontstaan er twee nieuwe kernen
plasmagroei = nieuw cytoplasma dat de cellen vormen na de deling
het aantal celorganellen neemt toe
- de celcyclus bestaat uit de Interfase en de mitose
M-fase = periode waarin de kerndeling en de celdeling plaatsvinden
Inter fase = de periode tussen twee celdelingen, de G 1-, G2- en de S-
fase
chromosomen zijn niet zichtbaar
S-fase = halverwege de Interfase wordt van elk DNA-molecuul een kopie gemaakt,
een DNA-replicatie of DNA synthese
- de kopie blijft tijdelijk vastzitten aan het DNA waarvan de kopie is gemaakt
centromeer = de plaats waar de kopie vastzit aan het DNA
- zolang de DNA-moleculen nog aan elkaar vastzitten worden ze
chromatiek genoemd
na de 5- fase bestaat een cel dus uit twee chromatiden
G1 -fase = de periode tussen de M- en de S-fase
G2-fase = de periode tussen de S-fase en mitose
G0-fase = de periode waarin er geen deling optreedt
- op verschillende momenten in de celcyclus controleert het
controlesysteem of de stappen goed zijn verlopen
, mitose
- tijdens de Interfase vindt verdubbeling van de chromosomen plaats
Centriolen = kleine cilindertjes van eiwit buisjes
Centrosoom = een gebied waarin bij dierlijke cellen twee eenwieler liggen
- tijdens de profase worden de chromosomen zichtbaar
elk chromosoom bestaat uit twee chromatiek
het centrum is verdubbelt en elk beweegt zich naar een kant van de cel
- in de prometafase hebben de centrumen een spoel figuur van microtubuli gevormd
het hem membraan verdwijnt, tussen de centrosomen groeien trekdraden of
microtubuli
de microtubuli vormen een soort koepel om de chromosomen = spoelfiguur of
kernspoel
- de chromosomen bevinden zich in een vlak tussen beide centrum en in de Metafase
een deel van de microtubuli hecht aan de centromeer van elk chromosoom
- in de anafase krimpende microtubuli in de kernspoel
de beide chromatiden van elk chromosoom bewegen van elkaar af naar
tegenovergestelde plaatsen in de cel
beide moleculen worden weer chromosomen genoemd
- tijdens de telofase vormt zich een nieuw kernmembraan en er ontstaan twee cellen
de cel snoert zich tussen beide kernen in
- doordat de chromosomen eerst verdubbelt zijn en daarna weer zijn gesplitst bevat de
nieuwe cel evenveel chromosomen als de moedercel
klonen
- klonen wordt bij planten vaak gebruikt om gunstige erfelijke eigenschappen te behouden
op kleine schaal worden ook dieren gewoon t voor bo. onderzoeken
embryosplitsing = het klompje cellen dat na de bevruchting ontstaat wordt in tweeën of vieren verdeeld
door embryosplitsing kunnen dieren kunstmatig worden gemunt
celkern transplantatie = er worden onbevruchte eicellen uit een dier gehaald, uit de eicellen worden de celkernen
verwijderd, de celkernen van
een ander dier met goede erfelijke eigenschappen wordt in de 'lege' eicel geplaatst
H2 voortplanting
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller myrt2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.71. You're not tied to anything after your purchase.