Doelstellingen tandheelkundige zorg voor kinderen
- Het helpen bij de opvoeding van kinderen tot (gebits)-gezond gedrag
- Het vroegtijdig herkennen van risico’s voor het ontstaan van tandheelkundige
aandoeningen in een zo’n vroeg mogelijk stadium
- Het helpen voorkomen en het eventueel behandelen van die aandoeningen
Niet alleen kinderen van een laag sociaaleconomische klasse hebben aandoeningen, maar bij
deze groep komt dit wel het vaakst voor.
Ontwikkeling van kinderen
Lichamelijke ontwikkeling
Enorme groei in het 1e levensjaar en in de pubertijd.
De ontwikkeling is per persoon verschillend, niet iedereen loopt/kruipt op dezelfde leeftijd.
Intellectuele of cognitieve ontwikkeling (Piaget)
- Sensomotorische fase (0-2 jaar)
- Pre-operationele fase (2-7 jaar)
- Concreet-operationele fase (7-12 jaar)
- Formeel-operationele fase (>12 jaar)
Psychodynamische (karakter) ontwikkeling (Freud)
- id - orale fase
- superego - anale fase
- ego - fallisch-oedipale fase
- latentie fase
- genitale fase
Sociale ontwikkeling (Eriksson)
-1e jaar: hulpeloos en afhankelijk
-2e jaar: lopen en praten
-Peuter: koppigheidsfase, magisch denken, animisme
-Kleuter: verfijning motoriek
-Latentiefase: deel van de groep
-Adolescentie: zelf beslissen
Behandelopties
-0 t/m 3: afhankelijk van kind, maar heb geen verwachtingen. Kleine behandelingen willen
soms wel.
-4 t/m 6: afhankelijk van kind, afleiden helpt goed. Uitgebreide behandelingen lastig.
,-7 t/m 12: behandelen lukt vaak wel, aangepaste uitleg. Zelf laten meewerken en beloningen
zijn belangrijk.
->12: behandel als volwassene, maar wees niet verbaasd als puber als kind van 4 reageert.
Negeer dit.
Angst
- Fight or fly reactie
- Angst moet reëel zijn
- Angst voor een ding (state anxiety) of voor alles (trait anxiety)
Ontwikkeling angst
- Directe conditionering:
1 of meer tandheelkundige ingrepen die uiterst pijnlijk waren of waarbij de patiënt zich
extreem hulpeloos en ontredderd voelde.
Klassieke conditionering: schema van Pavlov
- Plaatsvervangend leren (model-leren):
- Het zien van een situatie die bij iemand anders angst oproept kan angst opwekken
- Als het gedrag wordt waargenomen van personen met wie het kind een sterke band
heeft, zoals ouders.
- Overdracht van negatieve en bedreigende informatie
- Het kennisnemen van angstige gebeurtenissen en/of ervaringen van anderen kan
angst opwekken
Gevolgen
- Gedragsproblemen
- Vermijding van tandheelkundige zorg
Voorkomen van negatieve conditionering
- Het aantal prikkels zo laag mogelijk: zonder primaire prikkel geen geconditioneerde reflex
- Kind in staat stellen onaangename behandeling te verwerken
Methoden van gedragsbeïnvloeding:
- Operante conditionering met positieve reinforcement
o Het gewenste gedrag moet kort en duidelijk worden omschreven
o Het goede gedrag moet direct worden beloond
o Ongewenst gedrag negeren
- Operante conditionering met negatieve reinforcement
o Bevestigt het voorafgaande gedrag omdat als resultaat van het gedrag iets
vervelends ophoudt
- Methoden om gedrag af te zwakken
o Time-out: soms helpt afleiding om het kind weer aanspreekbaar te maken
o Straf: nooit een goede optie in de praktijk
- Methoden om nieuw gedrag op te bouwen
o Model-leren: onbewuste imitatie is een goede benadering van jonge kinderen
o Shaping: Het te bereiken doel wordt verdeeld in kleinere onderdelen die voor de
patiënt gemakkelijk aan te leren
o TSD: Tell-Show-Do
- Algemene tips:
, o Neem de tijd!
o Wees eerlijk en betrouwbaar
o Vertel wat je doet, doe wat je zegt
o Maak achteraf goed wat is tegengevallen
3.2.1 Wat is ontwikkeling (Reinders)
Ontwikkelingspsychologie: processen van conceptie tot dood: life-span-development of
levensloop
Basisprincipes van ontwikkeling:
- vaste volgorde
- onomkeerbaar
- Cumulatief (opstapelend)
- Complexiteit: integratie
- Complexiteit: differentiatie
Ontwikkeling: onomkeerbare veranderingen in de tijd die in een vaste volgorde, cumulatief
en in de richting van grotere complexiteit verlopen.
Ontwikkelingsdimensies:
1. kwantitatief vs. Kwalitatief
2. aanleg vs. Omgeving
- genen
- voorgaande ontwikkeling
- actuele omgevingsinvloeden
3. normatieve vs. Individuele ontwikkeling
4. stabiliteit vs. Verandering
5. biologische vs. Psychologische invloeden
Algemene theorieën
Darwin: start belangstelling ontwikkelingsprocessen (1859)
Survival of the fittest (soort en omgeving)
Binnen soorten: vrouwtjes die selecteren op uiterlijk vs selectie van kenmerken die survival
garanderen
Locke: kind is tabula rasa (onbeschreven blad)
Rousseau: Kind is van nature goed
Psychiatrie: 1928, eerste MOB (Medisch Opvoedkundig Bureau)
- Amerikaanse child guidance clinics
- RIAGG
- GGZ
Ontwikkelingstheorieën
1. Cognitieve ontwikkeling:
= ontwikkeling van denken, taal, aandacht, geheugen.
Piaget:
a. organiseren structuren (schema’s)
b. adapteren(aanpassen): assimileren en accommoderen
c. equilibratie
, Piaget’s cognitieve ontwikkelingsstadia:
1. Sensomotorische fase (0-2 jaar)
- Reflexen 0-1 mnd
- primair circulair 1-4 mnd (lichaam) ontwikkeling van het functioneren op lichaamsniveau,
tasten voelen, proeven
- Ontwikkelen van de motoriek
- secundair circulair 4-8 mnd (omgeving)
- coördinatie sec. schema’s 8-12 mnd (geen toeval) Objectpermanentie: dingen die uit het
gezichtsveld verdwijnen blijven bestaan
- tertiair circulaire reacties 12-18 mnd (schema’s combineren)
- Ontwikkelen van het geheugen (eerste denken 18-24 mnd)
2. Pre-operationele fase (2-7 jaar)
- Ontwikkeling van het spreken, strottenhoofd daalt
- Verfijning van de motoriek
- Geen logische denkoperaties
- Egocentrisme, kind leert dat het een eigen persoon is. Gericht op zichzelf
- Animisme: alles heeft een ziel
- Artificialisme: alles is door mensen gemaakt
- Realisme: gedachten en dromen als fysisch beleven
3. Concreet-operationele fase (7-11 jaar)
- conservatie van aantal, volume en gewicht
- Begrip van rangorde
- Ordenen, tellen en rekenen
- Ontwikkeling tot het figuratieve denken
- Niet: logische, causale verbanden/ complexe abstracte denkoperaties
4. Formeel-operationele fase (>11 jaar)
- Ontwikkeling ruimtelijk denken, abstract denken
- Leren logisch te denken en conclusies te trekken
- Hypothetisch redeneren
- (Piaget: emotionele ontwikkeling buiten beschouwing)
- Vygotsky: cognitieve ontwikkeling in sociale context: invloed omgeving/ouders
Informatieverwerkingstheorie
Waarneming via zintuigen in sensorische registers naar:
a. kortetermijngeheugen (werkgeheugen)
b. langetermijngeheugen (herkennen en reproduceren)
c. autobiografisch geheugen (rond 4/5 jaar) Alles van daarvoor: infantiele amnesie
(childhood amnesia, geen herinneringen van de eerste 4/5 jaar)
Amygdala: emotional memory
Speelt belangrijke rol bij tandheelkundige fobie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lizevdhoek. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $16.83. You're not tied to anything after your purchase.