100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Leerdoelen Blok 8, Taak 4 Van curatie naar palliatie, als genezen niet meer mogelijk is. $6.00   Add to cart

Summary

Samenvatting Leerdoelen Blok 8, Taak 4 Van curatie naar palliatie, als genezen niet meer mogelijk is.

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

In dit document zijn de leerdoelen van taak 4 uitgewerkt.

Preview 4 out of 49  pages

  • June 12, 2021
  • 49
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Taak 4 Van curatie naar palliatie, als genezen niet meer mogelijk is.

Probleem stelling:
Hoe ziet het fysiotherapeutisch proces eruit bij Anne en mevrouw de Groot.


Mevrouw de Groot:

1. Herkent het verloop van het ziekteproces en analyseert de veranderende zorgvraag in de tijd.

Verloop:
Iedere ziekte heeft globaal zijn eigen traject voorafgaande aan het overlijden. Daarbij kunnen drie
hoofdgroepen onderscheiden worden.
 Een traject met een min of meer stabiele fase, gevolgd door een relatief korte periode van
plotselinge en snelle achteruitgang. Dit traject is vrij specifiek voor het verloop van de
ziekteperiode bij kanker.
 Een traject met een geleidelijke, maar progressieve achteruitgang, met tussentijdse ernstige
episodes van acuut ziek zijn (exacerbaties), zoals bij COPD en hartfalen.
 Een traject met in tijd moeilijk voorspelbare en langdurige achteruitgang zoals bij hoge
ouderdom (frailty of kwetsbaarheid) of bij dementie.

De zorgvraag veranderd doordat mensen in iedere fase een ander doel hebben. Bijvoorbeeld mensen
met kanker willen graag hun kwaliteit van leven zo goed mogelijk houden en mensen met COPD
willen graag weer hun oude niveau terugkrijgen na een exacerbatie.


Van curatieve zorg naar palliatieve zorg:
Curatieve zorg: is alle zorg die erop is gericht om ziekten en kwalen te genezen.
Palliatieve zorg: is alle zorg die er op gericht is iemand met een levensbedreigende ziekte (en zijn
naasten) een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven te geven.

De transitie naar palliatieve zorg is dan vaak ook geen helder afgelijnd iets, maar eerder een
kwetsbare emotionele toestand die samenhangt met een proces van veranderingen in elk aspect van
leven en beleving van patiënt, zijn familie en het zorgteam

Verschillende hulpvragen bij de palliatieve zorg:
1.Pijn bij kanker:
Het doel van de behandeling is om pijn op een acceptabel niveau te brengen en te houden met
aanvaardbare bijwerkingen. De beoordeling en behandeling van pijn vraagt om een interdisciplinaire
benadering en multidimensionele benadering, waarbij aandacht wordt besteed aan de fysieke,
psychische, sociale en spirituele aspecten van de pijn. Voor de behandeling van pijn streeft men
minimaal naar een klinisch relevante afname van de pijn (2 punten op een 0-10 schaal en/of afname
met 30%) en bij voorkeur naar een pijnintensiteit van <4.

2. ADL zelfstandigheid:

3. Vermoeidheid bij kanker:
is een onaangenaam, aanhoudend, subjectief gevoel van lichamelijke, emotionele en/of cognitieve
uitputting gerelateerd aan kanker of aan de behandeling ervan; dat interfereert met het dagelijks
functioneren; de intensiteit is niet gerelateerd aan verrichte inspanning. Vermoeidheid bij kanker
verschilt van normale vermoeidheid door de intensiteit, de duur en de sensatie. Vermoeidheid bij
kanker is heviger dan de vermoeidheid die men normaal gesproken na inspanning ervaart, reageert
onvoldoende op rust of slapen, en is overweldigend in die zin dat men er niet overheen kan stappen.
Vermoeidheid bij kanker kent verschillende uitingsvormen c.q. dimensies:
 lichamelijke vermoeidheid (bijv. zwakte, het niet in staat zijn tot het verrichten van lichamelijke
inspanning);
 cognitieve vermoeidheid (bijv. concentratie- en geheugenstoornissen, moeite met denken,
beslissingen nemen);

,  emotionele vermoeidheid (bijv. snel optredende geïrriteerdheid of emotionele labiliteit,
somberheid).
Van deze dimensies lijken met name de lichamelijke en de cognitieve dimensie gerelateerd aan de
algehele vermoeidheids-beleving van patiënten met kanker in de palliatieve fase

Geef voorlichting hoe om te gaan met vermoeidheid. Bespreek met de patiënt waar hij behoefte aan
heeft en geef aan wat kan helpen, zoals:
 het voldoende lichamelijk actief blijven of de lichamelijke activiteiten zelfs geleidelijk uit te
bouwen rekening houdend met lichamelijke beperkingen;
 het hanteren van een regelmatig slaap-waak patroon;
 het hanteren van een goede slaaphygiëne;
 het prioriteren van activiteiten die belangrijk zijn voor de patiënt en zijn omgeving;
 het aanpassen van bezigheden/activiteiten voor wat betreft de intensiteit waarmee die worden
uitgevoerd;
 het gelijkmatiger verdelen van activiteiten over de dag en de week zodat de patiënt het
meeste profijt van zijn energie kan hebben;
 het zoeken van afleiding bij ernstige vermoeidheid.


Het nieuwe zorgconcept: Vroeger werden de curatieve fase en de palliatieve fase van elkaar
gescheiden. Tegenwoordig zijn beleid en praktijk er meer op gericht de fasen geleidelijk in elkaar over
te laten gaan.




2. Vertaalt de zorgvraag naar een interprofessionele aanpak en samenwerking
Darcy: Ook hier wordt weer gerefereerd naar de algemenere hulpvragen maar denk ook aan
zorgplannen, zelfmanagement

Interprofessioneel samenwerken gaat over het gezamenlijk verlenen van zorg. Je kijkt als team
integraal naar de patiënt. Er wordt gewerkt met één gemeenschappelijk zorgplan zonder daarbij de
specifieke competenties van iedere discipline aan de kant
te schuiven.



Huisarts als er geen behandeling in het ziekenhuis meer mogelijk of
nodig is dan verwijst de specialist je naar de HA.  als je in
laatste fase thuis verzorgd wilt worden

Verpleegkundige/Thuiszorg helpt bij het bestrijden van de klachten en geeft advies,
begeleiding en ondersteuning vaak eerste aanspreekpunt

Logopedist Bij klachten en problemen op het gebied van adem, stem,
gehoor, spraak en taal
Slikken  longontsteking voorkomen (aangepast eten)

,Apotheker persoonlijk advies over het gebruik van geneesmiddelen en
materialen zoals verbandmiddelen, incontinentiemateriaal

Diëtist De diëtist geeft voedingsadvies speciaal gericht op uw
situatie geven. Bijvoorbeeld als u vragen of problemen heeft
met uw voeding of gewicht.

Ergotherapeut Soms moet u na uw behandeling bepaalde dagelijkse
activiteiten opnieuw leren. Of heeft u moeite uw leven weer
op te pakken. Een ergotherapeut helpt u hierbij. Hij kan u
ook adviseren over speciale hulpmiddelen.

Richt zich op vermoeidheidsklachten

Fysiotherapeut De fysiotherapeut helpt u bij uw herstel na de zware
behandeling. Hij oefent bijvoorbeeld met u met lopen of
zwemmen of doet fitnessoefeningen met u.

Maatschappelijk werker De maatschappelijk werker kan u ondersteunen bij
praktische en emotionele problemen tijdens of na uw
behandeling.

Medisch specialist De arts is verantwoordelijk voor uw behandeling. Uw arts
kan een oncoloog zijn, maar ook een uroloog, chirurg of
maag-, darm,- leverarts bijvoorbeeld. Dit hangt af van het
soort kanker dat u heeft. Samen met u maakt hij een
behandelplan. Hiervoor overlegt hij met een team van
specialisten.

Nuclair De nucleair geneeskundige bekijkt foto’s of beelden die van
geneeskundige u gemaakt zijn bij onderzoek waarbij radioactief materiaal is
gebruikt. Bijvoorbeeld een PET-CT scan of een skeletscan.
Op basis hiervan stelt hij een diagnose. Bijvoorbeeld of de
kanker uitgezaaid is.

Oncologieverpleegkundige Deze verpleegkundige ziet u tijdens uw opname op de
dagbehandeling. Zij dient bij u de medicijnen toe, meestal
een chemokuur. Ook begeleidt zij u tijdens de toediening.




Patholoog De patholoog bekijkt cellen en weefsels die de arts bij u
heeft weggehaald onder de microscoop. Op basis hiervan
stelt hij een diagnose. Bijvoorbeeld of u kanker heeft en wat
voor soort kanker het is.

Psycholoog De psycholoog onderzoekt en behandelt mensen die met
lichamelijke klachten bekend zijn bij één van de specialisten
van ons ziekenhuis. Deze specialist kan u doorverwijzen
naar de psycholoog als het vermoeden bestaat dat ook
andere factoren, zoals angst, spanning en acceptatie een rol
spelen bij uw aandoening. Iedere specialist kan verwijzen,

, ook op uw verzoek.

Radioloog De radioloog bekijkt foto’s of beelden die van u gemaakt zijn
bij röntgenonderzoek - bijvoorbeeld een CT-scan of
röntgenfoto -, een MRI of echoscopie. Op basis hiervan stelt
hij een diagnose. Bijvoorbeeld of u kanker heeft, waar de
tumor zich bevindt en of de kanker uitgezaaid is.

Radiotherapeut De radiotherapeut is verantwoordelijk voor uw bestraling. Hij
bespreekt met u uw bestralingsplan. Hij zorgt dat het
apparaat zo is ingesteld dat alleen de kankercellen worden
vernietigd en gezond weefsel zo min mogelijk beschadigd
wordt.

Radiotherapeutisch De radiotherapeutisch laborant doet de voorbereiding en
laborant uitvoering van de bestralingsbehandeling. Ook geeft hij u
informatie over de bestraling, beantwoord vragen die u heeft
en begeleidt hij u tijdens de bestraling.

Revalidatiearts De revalidatiearts begeleidt u, als dat nodig is, bij uw herstel.
Zijn behandeling helpt u na uw ziekte weer zo goed mogelijk
zelfstandig te functioneren.


Wat moet iemand hebben om interdisciplinair te kunnen werken:
 Complexe zorgvraag = complementaire competenties
 Common competenties = niet specifieke beroeps competentie – gemeenschappelijke
competentie tussen verschillende zorgverleners
 Collaboratieve competenties = interprofessionele competenties om goed te kunnen
samenwerken

Zelfmanagement stimuleren. Hoe gaat fysio dit vorm geven:
Om een goede zorgverlener voor zichzelf te zijn, ofwel zelfmanager, heeft de patiënt de volgende
vaardigheden nodig:
 Probleemoplossend vermogen.
 Besluitvaardigheid.  Kan de patiënt beslissingen nemen?
 Inzet van hulpbronnen.  Weet de patiënt bijvoorbeeld de weg te vinden naar lotgenoten en
kan hij betrouwbare informatiebronnen op internet vinden?
 Vormgeven aan de relatie met de zorgverlener.  Idealiter is er sprake van een
samenwerkingsrelatie. Bied ondersteuning door informeren, superviseren en coachen.
 Actievaardigheid.  Kan de patiënt de stap maken van intenties naar uitvoering? Bied
ondersteuning door samen met de patiënt actieplannen te maken.
 “Self - tailoring”.  Kan de patiënt zijn gedrag aanpassen en zijn
zelfmanagementvaardigheden flexibel inzetten als de omstandigheden dat vragen?

Complimentair à basis kennis / algemene kennis (gelijk zijn)
Common à basis van je eigen vakgebied
Collaboration à samenwerken


De meerwaarde van het MDO is voornamelijk dat de patiënt centraal staat. Vanuit elke discipline kan
worden aangegeven wat daadwerkelijk belangrijk is om tot gewenste resultaat te komen. Ook kunnen
alle disciplines de voor(achter)uitgang van de patiënt bespreken.

Stappenplan interprofessioneel teamoverleg
1. Beschrijving cliënt situatie
 Wat is de situatie van de cliënt (en diens naasten)?
 Hebben we een eenduidig beeld van de cliënt situatie?

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FYSIO12345. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.00. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

82956 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.00
  • (0)
  Add to cart