Inhoudsopgave
De jaarrekening ................................................................................................................................................ 2
Venootschappen ................................................................................................................................................. 2
De balans ......................................................................................................................................................... 3
Indeling actiefzijde ............................................................................................................................................. 3
Indeling passiefzijde ........................................................................................................................................... 4
Aankoopfactuur .................................................................................................................................................. 5
Berekening overnameprijs .................................................................................................................................. 6
Verantwoording meerprijs bij overname ............................................................................................................ 6
Welke testen uitvoeren indien in 5e werkingsjaar 10% vh aanvangsvermogen willen uitkeren ........................ 6
Balansrekeningen ............................................................................................................................................. 6
Afsluiten van actiefrekeningen ........................................................................................................................... 7
Afsluiten van passiefrekeningen ......................................................................................................................... 7
Situaties .............................................................................................................................................................. 8
Resultatenrekeningen ...................................................................................................................................... 9
Resultaat in 4 delen: ...................................................................................................................................... 9
Bestemming resultaat (nadat boekjaar is afgesloten beslissen) ...................................................................... 10
Situatie A: Winst .......................................................................................................................................... 11
Situatie B: Verlies ......................................................................................................................................... 11
Waarom K op D-zijde? ................................................................................................................................. 11
Waarom O op C-zijde? ................................................................................................................................. 12
Wrm worden K & O als +/- vh kapitaal op afzonderlijke rekeningen geboekt? .......................................... 12
MAR (Minimum Algemeen rekenstelsel) ........................................................................................................ 12
Het journaal en grootboek ............................................................................................................................. 13
Journaal ............................................................................................................................................................ 14
De jaarrekening
= Jaarlijks financieel verslag v/e ond.
= Verantwoording vd onderneming over de ondernemingsgebeurt vh boekjaar.
= Balans + resultatenrekening + toelichtingen (incl. sociale balans) + bijlagen
= bestaat uit: Balans, resultatenrekening, toelichtingen (incl sociale balans) & bijlagen
- Correcte info geven aan alle stakeholders
o Leveranciers: zekerheid dat ond hun kan betalen
o Personeel: loon
o Banken: lening/krediet terug krijgen -> screening voorag
o Aandeelhouders: winstuitkering/dividend -> moet zoveel mogelijk winst zijn
o Overheid: belastingen op winst
o Klanten: dat hun winkel niet weg moet
- Indienen bij Balanscentrale Nationale Bank België (openbaar, iedereen kan die
bekijken) Maar niet elke onderneming is verplicht om die te gaan neerleggen.
- Natuurlijke persoon: rechtsobject met rechten & plichten ih rechtsverkeer, van vlees
& bloed. Heeft een onderneming = eenmanszaak (dus een zelfstandige)
- Rechtspersoon: fictief persoon, ook rechten & plichten. Vb. Met 4 in
samenwerkingsverband om makkelijker dingen te regelen. Verplichting van vrije
beroepers. Vennootschap. Geen persoon van vlees en bloed.
Venootschappen
Vennootschapsvorm = Juridisch kader waarbinnen de ond wordt opgericht
- Naamloze vennootschap: min. 1 oprichter, min. Kapitaal: 61 500
o Beperkte aansprakelijkheid met volkomen rechtspersoon
o kapitaalvennootschap
- Besloten vennootschap: min. 1 oprichter, toereikend aanvangsvermogen
o Financieel plan
o Welke activiteit voor ogen?
o Wat nodig over tijdspanne van 2j?
o Voor elk een ander bedrag. (“denken dat we dat nodig hebben”)
o Beperkte aansprakelijkheid, bij VOF (vennootschap onder firma) niet.
o Kapitaalloze vennootschap
- Commanditaire vennootschap
- Coöperatieve vennootschap
Jaarrekening neerleggen: Kleine & Middelg een verkorte, Grote wel
- Kleine vennootschap: JR volgens verkort schema
o Niet meer dan 100 WN gem. per jaar
o Niet meer dan 1 criterium overschrijden:
▪ 50 WN
▪ €4 500 000 Balanstotaal
▪ €9 000 000 Jaaromzet
Alizée De Waen
,Anders Grote vennootschap, JR volgens volledig schema.
De balans
➔ ‘Foto’ vd onderneming op een bepaald ogenblik, vb. bij begin v/e nieuw boekjaar.
➔ Eindbalans = globale RR
➔ Dynamiek vh ondernemingsgebeuren weerspiegelt zich daarom id veranderingen die
op de rekeningen worden geboekt.
➔ GLOBALE boekhouding = Balans + resultatenrekening.
➔ Statisch moment opname = foto op balansdatum
➔ 1ste die geld steekt id ond.: oprichters die aandeelhouders worden, het kapitaal
Actief: Werkmiddelen = bezittingen
- Investeringen
- Waar gaat geld naartoe?
- Wordt aangeduid hoe het ter beschikking gestelde vermogen is aangewend (werkmi)
→ aanwending v vermogen
Passief: Financieringsmiddelen = schulden
- De investeerders
- Herkomst vh vermogen wordt hier opgetekend
→ bron van vermogen
Balans geeft de vermogentoestand weer op een welbepaald moment.
➔ Totaal vd geld gewaardeerde werkmiddelen is altijd gelijk ah totaal vd
financieringsmiddelen.
Indeling actiefzijde
Orderningscriterium is de graad van liquiditeit vd bezittingen, dus de maten waarin ze al dan
niet snel in liquide middelen of beschikbaar geld omgezet kunnen worden.
- Vaste Activa: kleine graad v liquiditeit (geen gehuurde gebouwen, machines…)
Alizée De Waen
, o Bestedingen op lange termijn
o Ond denkt er voor lange termijn profijt te hebben
o Gebruikt op LT of > 1j
octrooi: intellectueel eigendomsrecht, soort van uitvinding dat beschermd wordt, niemand
mag stelen of gebruiken zonder toestemming.
- Vlottende Activa
o Geld dat opgeslorpt wordt dr activiteit vd onderneming op zich
o Verbruik: snelle verk op korte termijn of binnen het jaar
o Vorderingen op meer dan 1j: lange betalingsuitstel ad klanten = zelden
o Voorraden & bestelling in uitvoering: waarde grondstoffen nog in stock, HG…
o Vorderingen ten hoogste 1j: openstaande tegoeden na verk. Van HG,
diensten
o Handelsvorderingen
▪ Handelsdebiteuren: klant die nog moet betalen vr een dienst/product
▪ Dubieuze debiteuren: klant die wss niet zal kunnen betalen.
o Geldbeleggingen: waarde v aandelen, vastrentende effecten en
termijndeposito’s die een ond op een bepaald moment beschikt.
o Liquide middelen: grootste graad v liquiditeit, betreft beschikbare middelen
in kas & bankrekening(en).
o Overlopende rekeningen: gebruikt bij het afsluiten vh boekjaar.
Indeling passiefzijde
Ingedeeld volgens de graad van opeisbaarheid vd financieringsmiddelen. Het vermogen dat
permanent ter beschikking blijft, staat bovenaan (Eigen vermogen).
- Eigen vermogen
o Dr onderneming zelf gegenereerd of dr aandeelhouders
o Permanent karakter
o Vb. overgedragen winst, wettelijk reserve, kapitaal, herwaarderingsmeerw.
- Voorzieningen & uitgestelde belastingen
o Voorzieningen vr risico’s & kosten: vr pensioensverplichtingen, belastingen,
grote onderhoudswerken, diverse risico’s & kosten.
o Voorzieningen: reeds voorzien om bep kosten te maken, nog niet betaald.
o Vermogensbron drukt eventuele toekomstige verplichtingen uit waarvan het
precieze bedrag nog niet vaststaat, anders reële schuld.
Alizée De Waen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller alizedewaen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.08. You're not tied to anything after your purchase.