Patiënt A, een 55-jarige man, werd door zijn huisarts met spoed verwezen naar de internist
vanwege koorts, buikpijn, misselijkheid, donkere urine en ontkleurde ontlasting.
Sinds een week had patiënt klachten die waren begonnen na het eten van gekruid vlees met
rijst. Deze maaltijd ‘lag zwaar op de maag’ en na enkele uren ontstond een continu drukkend
gevoel rechtsboven in de buik. Er was geen uitstralende pijn, patiënt was niet misselijk en
braakte niet. Hij had geen duidelijke kolieken. De volgende dag waren de klachten
ongewijzigd. Patiënt loosde oranjebruine urine. Weer drie dagen later produceerde hij
witgrijze ontlasting en werd hij geel.
Vraag 1. Bij het lezen van deze symptomen, welke organen zijn betrokken bij deze
pathologie? Leg uit waarom?
Tractus digestivus
- Lever
- Galbaas en galwegen
Bij lichamelijk onderzoek werd een weinig zieke, icterische man gezien met een piepende
ademhaling. De bloeddruk was 120/80 mmHg, de pols 100/min regulair en equaal, de
lichaamstemperatuur 38°C en de ademhalingsfrequentie 24/min. Er was geen kloppijn op de
sinussen, de neus was aan beide zijden goed doorgankelijk. Over het hart werden zachte
tonen gehoord zonder souffles. De ademexcursies waren gering, maar symmetrisch; er
waren laagstaande, weinig beweeglijke longgrenzen; beiderzijds werd zacht vesiculair
ademgeruis gehoord met een piepend verlengd exspirium en expiratoire ronchi over alle
longvelden. Bij onderzoek van de buik was er levendige peristaltiek, de buik was soepel, de
lever en milt waren percutoir en palpatoir niet vergroot, er was geen druk- of loslaatpijn in de
galblaasregio en er waren geen abnormale weerstanden. Bij rectaal toucher waren er
stopverfkleurige feces aan de handschoen.
Vraag 2. Wat valt je op aan het lichamelijk onderzoek?
- Stopverfkleurige feces
- Verder alles goed
- Ademhaling niet helemaal goed
Er wordt een laboratoriumonderzoek uitgevoerd. Laboratoriumonderzoek gaf de volgende
uitslagen: BSE: 53 mm/1e h; hemoglobine: 9,8 mmol/l; hematocriet: 0,46; ‘mean corpuscular
volume’: 82 fl; leukocyten: 5,0 × 109/l met een normale verdeling zonder eosinofilie;
trombocyten: 243 × 109/l; creatinine: 77 ?mol/l; bilirubine totaal: 150 ?mol/l (normaal < 17);
bilirubine geconjugeerd: 123 ?mol/l (normaal < 4); alkalische fosfatase (AF): 564 U/l (normaal
< 120); ?-glutamyltranspeptidase (?-GT): 467 U/l (normaal < 45); aspartaataminotransferase:
85 U/l (normaal < 40); alanineaminotransferase: 148 U/l (normaal < 45); diastase: 125 U/l
(normaal < 220); albumine: 41 g/l (normaal: 40-50); protrombinetijd: 14,0 s (normaal: 10-14).
In de urine waren urobilinogeen en bilirubine aantoonbaar.
Vraag 3. Welke waarden zijn abnormaal en passen bij de klachten van de patient?
- BSE is te hoog
- Bilirubine is te hoog, normaal totaal: minder dan 17 mol/l
- Bilibrubine is te hoog
, Vraag 4. Welk beeldvormend onderzoeken zou je kunnen uitvoeren? Benoem de voor en
nadelen van deze beeldvormende onderzoeken. Wat is de sensitiviteit van deze
onderzoeken? Wat houdt sensitiviteit in?
- Echografie: geen straling, snel, goedkoopp
- Bloedonderzoek: handig voor alle ziektes
- MRI: uitgebreidt onderzoek en pathologie
- CT
Vraag 5. Wat kan een mogelijke oorzaak zijn van deze pathologie?
- Icterus : vernauwing van de galwegen door tumor, galstenen
-
Casus 2.
De heer Ruigrok, 68 jaar, is door de huisarts doorgestuurd naar de CEH van een
academisch
ziekenhuis. Hij heeft sinds een paar uur hevige pijn in de bovenbuik. De pijn gaat gepaard
met
misselijkheid en braken. De patiënt maakt een angstige indruk, transpireert, heeft koorts en
de bloeddruk is verlaagd. De patiënt wordt opgenomen en aan het infuus gelegd om de
eerste
tekenen van shock te bestrijden. Uit de echo bovenbuik blijkt dat er galstenen zijn, dat de
galwegen verwijdt zijn en dat de pancreas vergroot en oedemateus is. Choleolithiasis kan
leiden tot pancreatitis.
Vraag 6. De pancreas produceert verschillende enzymen, benoem deze enzymen, leg uit
wat de functie van deze enzymen zijn en via welke structuur deze enzymen in het duodenum
komen.
- Lipase: breekt vet in voedsel af
- Amylase: breekt zetmeel af
- Protease: breekt eiwitten af
Vraag 7. Wat is pancreatitis en hoe kan cholelithiasis bijdragen aan pancreatitis?
- Ontsteking van de alvleesklier kan veroorzaakt worden door galstenen
Vraag 8. Wat is de meest voorkomende oorzaak van pancreatitis?
- Galstenen
Vraag 9. Welk beeldvormend onderzoek zou jij uitvoeren en waarom?
- Echografie
Casus 3.
Mevrouw de vries is een hardwerkende vrouw en moeder van twee volwassen kinderen.
Sinds jaar en dag beheert ze een buurtdrogisterij annex postagentschap. Vandaag komt ze
omdat ze, met name 's avonds, last heeft van steeds dikkere voeten. Vier jaar geleden heeft
ze u al eens bezocht wegens oedeem aan het linkerbeen en toen bleek er sprake van
varicosis (spataderen) links, maar niet rechts. Er waren toen geen andere afwijkingen. De
bloeddruk was toen 130/90 mm Hg. De vrouw geeft uit zichzelf aan dat het linkerbeen een
paar maanden geleden al wat dikker is geworden dan voorheen. Maar de laatste weken is dit
ook voor het rechter been het geval. Daarnaast is de patient volgens zichzelf kortademiger
geworden. Dit komt vooral naar voren bij het trappen lopen naar haar op de eerste etage
gelegen woonverdieping. Ook is ze de laatste tijd wat meer moe dan normaal.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller corlinde. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.33. You're not tied to anything after your purchase.