Soorten weefsels van een plant
§1 - Dekweefsel → aan de buitenkant vd plant, beschermt tegen
waterverlies & infecties
- Vaatweefsel → bestaat uit transportvaten (hout- en bastvaten*)
- Vulweefsel → zit tussen dek- & vaatweefsel in, betrokken bij
fotosynthese, stevigheid en opslag
* houtvaten liggen vaak in de jaarringen, en de bastvaten liggen
daaromheen. In bladeren liggen de vaten in de nerven.
Goede omstandigheden voor groei: water, mineralen, zuurstof, CO 2, licht,
temperatuur. Planten kunnen hun hele leven doorgroeien als de
omstandigheden goed zijn.
Delingen vinden plaatst in meristemen, waar stamcellen zitten → een cel
deelt zich → er ontstaan twee dochtercellen → één vd cellen blijft een
meristeemcel → andere cel ondergaat celstrekking (= groeien door
wateropname) → cel kan zich differentiëren en specialiseren.
Lengtegroei: vind plaats in de jonge delen vd plant, de stengeltop en
worteltop (worden ook wel groeipunten genoemd). In de stengeltop
en de worteltop zitten meristemen.
Diktegroei: vind plaats in het cambium (een ringvormig meristeem).
Na elke deling blijft één vd dochtercellen in het cambium, de ander
specialiseert. Naar binnen toe vormt het cambium houtcellen & naar
buiten toe bastcellen.
Houtcellen
- Houtvaten ontstaan uit boven elkaar gelegen houtcellen
→ houtcellen zetten tegen de primaire celwand een secundaire celwand
af → de wanden tussen de boven elkaar liggende cellen verdwijnen →
de cellen zelf verdwijnen ook → er is een houtvat ontstaan
Bastcellen
- Leven korter dan houtcellen en de dode cellen worden ‘dichtgedrukt’
Jaarring = al het hout dat in één jaar is gevormd. In de lente wordt licht hout
gevormd, in de rgsergregt zomer wordt donker hout gevormd.
Jaargrens = de duidelijke overgang van licht lentehout naar donker
zomerhout
Plastiden = celorganellen die een functie hebben bij fotosynthese, het lokken
van insecten ttttttttttttttttten het opslaan van reservestoffen. Worden
gevormd uit proplastiden, die ook in Goodluck!! het meristeem zitten.
In het donker: etioplasten worden gevormd
In het licht: uit de etioplasten ontstaan chloroplasten
- Chromoplasten (kleurkorrels) hebben zich ontwikkelt uit chloroplasten
- Leukoplast is kleurloos en zorgt voor de opslag van zetmeel, olie en
eiwit
§1 - Dekweefsel → aan de buitenkant vd plant, beschermt tegen
waterverlies & infecties
- Vaatweefsel → bestaat uit transportvaten (hout- en bastvaten*)
- Vulweefsel → zit tussen dek- & vaatweefsel in, betrokken bij
fotosynthese, stevigheid en opslag
* houtvaten liggen vaak in de jaarringen, en de bastvaten liggen
daaromheen. In bladeren liggen de vaten in de nerven.
Goede omstandigheden voor groei: water, mineralen, zuurstof, CO 2, licht,
temperatuur. Planten kunnen hun hele leven doorgroeien als de
omstandigheden goed zijn.
Delingen vinden plaatst in meristemen, waar stamcellen zitten → een cel
deelt zich → er ontstaan twee dochtercellen → één vd cellen blijft een
meristeemcel → andere cel ondergaat celstrekking (= groeien door
wateropname) → cel kan zich differentiëren en specialiseren.
Lengtegroei: vind plaats in de jonge delen vd plant, de stengeltop en
worteltop (worden ook wel groeipunten genoemd). In de stengeltop
en de worteltop zitten meristemen.
Diktegroei: vind plaats in het cambium (een ringvormig meristeem).
Na elke deling blijft één vd dochtercellen in het cambium, de ander
specialiseert. Naar binnen toe vormt het cambium houtcellen & naar
buiten toe bastcellen.
Houtcellen
- Houtvaten ontstaan uit boven elkaar gelegen houtcellen
→ houtcellen zetten tegen de primaire celwand een secundaire celwand
af → de wanden tussen de boven elkaar liggende cellen verdwijnen →
de cellen zelf verdwijnen ook → er is een houtvat ontstaan
Bastcellen
- Leven korter dan houtcellen en de dode cellen worden ‘dichtgedrukt’
Jaarring = al het hout dat in één jaar is gevormd. In de lente wordt licht hout
gevormd, in de rgsergregt zomer wordt donker hout gevormd.
Jaargrens = de duidelijke overgang van licht lentehout naar donker
zomerhout
Plastiden = celorganellen die een functie hebben bij fotosynthese, het lokken
van insecten ttttttttttttttttten het opslaan van reservestoffen. Worden
gevormd uit proplastiden, die ook in Goodluck!! het meristeem zitten.
In het donker: etioplasten worden gevormd
In het licht: uit de etioplasten ontstaan chloroplasten
- Chromoplasten (kleurkorrels) hebben zich ontwikkelt uit chloroplasten
- Leukoplast is kleurloos en zorgt voor de opslag van zetmeel, olie en
eiwit