Hoogtepunten en belangrijkste onderdelen van het vak Taalwetenschap 1. Geen boek was nodig, maar wel een heleboel colleges en aantekeningen. Hierbij een overzicht van alle belangrijke punten.
Pragmatiek Hoe kan het dat jij begrijpt wat ik bedoel?
Semantiek Hoe weet je wat een woord betekent?
Betekenis van woorden,
betekenis van combinaties van woorden (zinnen, teksten)
Morfologie/ Met welke regels vormen we woorden en zinnen?
Syntaxis
Fonologie Welke klanken gebruikt de taal en hoe worden klanken
gecombineerd?
Fonetiek Hoe produceren en interpreteren mensen geluiden?
Morfologie Leer van woordstructuur en woordvorming
Grammatica van woorden
Woorden opknippen in kleinere delen (bv nepnieuwslezer)
Kijkt naar de systematische relatie tussen vorm+betekenis en
mogelijkheden+beperkingen in woordvorming
Syntaxis Zinsleer
Grammatica van zinnen
Zinnen opknippen in kleinere delen
,Morfofonologie Klankaanpassingen die vooral voorkomen op de
morfeemgrenzen.
Kijkt naar fonologische eigenschappen van morfemen.
En kijkt dan welke klankaanpassingen – assimilaties - volgen op
morfeem grenzen of op woordgrenzen
Fonemen Kleinste betekenisonderscheidende eenheden van taal, bv /r/
De kleinste eenheid van klank die een verschil in betekenis kan
maken.
Geven betekenisverschil (pan-ban)
Fonen (Spraak)klanken, bv [r] (kan dan dus bekakte r [R], huig r [r]
l in lip en pil Verschillende fonen
Dezelfde fonemen
Minimaal paar
- dezelfde hoeveelheid klanken
- 1 foneem verschil
- die op dezelfde plaats in het woord en 1 klank verschillen
- Wel betekenisverschil (kraag-vraag, kat-lat, ram-raam),
(dus niet raam met huig r of raam met gooise r)
Als het verschil in klank betekenisverschil geeft, heb je te
maken met een foneem: de kleinste eenheid van taal die
verschil in betekenis kan maken.
Morfemen (Woord)deel dat correspondeert met een bepaald
betekenisaspect.
Kleinste betekenisdragende eenheden van taal
Woorddelen waaruit een woord en de betekenis van een woord
is opgebouwd.
Bijvoorbeeld: brood+trommel (2m.), rommel+ig (2m.),
on+rust+ig (3 m.), be+nevel+d+heid (4m.)
Splinter Herkenbaar deel van een woord dat op zich niets betekent,
maar toch geen gebonden morfeem is. (niet vrij/niet gebonden)
, Vooral nieuwe woorden.
-gate, cyber-, e-, digi-, tele-
Diftongen Tweeklank. Klank begin anders dan het einde.
Bijvoorbeeld: ui,ei,ij,au,ou,ee Niet: oe, ee
Allofonen Vormvariant van een foneem ( rollende r of bekakte r)
Zijn systematische varianten van een foneem die geen
betekenisverschil geven. Bv de l in lip en pil. Wel andere klank,
maar geen foneem, want geeft geen betekenisverschil.
Allomorf Door de (fonologische) omgeving varieert de vorm, maar
betekenis is gelijk.
I.P.A Systeem om alle voorkomende spraakklanken ter wereld mee te
beschrijven. (Internationaal Fonetisch Alfabet )
Het is grotendeels gebaseerd op het Latijns alfabet.
Dialect verwijst naar vormen van taalgebruik in bepaalde gebieden of
gemeenschappen.
Isoglossen: grenzen om uitspraakverschillen weer te
geven.(oorzaken: historisch, geografisch)
Mentaal lexicon In de hersenen opgeslagen kennis van de betekenis/klank/vorm
van woorden (=persoonsgebonden)
(woordenboek van het brein)
Opgeslagen: fonetisch/semantisch/nabij andere woorden. (niet
alfabetisch)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hilhilde. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.