Microbiologie = vakgebied dat micro-organismen bestudeert
levende wezens die enkel onder de microscoop
waarneembaar zijn
grootte varieert (< dan microm tot enkele
nanom)
Vormen grote verscheiden groep v vrij levende wezens
o die voorkomen als alleenstaande cellen
= ééncellig
o die voorkomen in groepjes v cellen
= meercellig
Vaak een neg. naam als ziekteverwekkers bij mens de meeste zijn onschadelijk
en nuttig
Komen overal in omgeving voor vb. in bodem, in water, in lucht,…
o één soeplepel tuinaarde; bevat evenveel micro-organismen als mensen op
aarde (> 7 miljard)
belangrijk vr bodemvruchtbaarheid
dragen zo bij tot productie v planten die basis vormen vr voeding v
mens en dier
o menselijk lichaam; bevat 1014 micro-organismen en 1013 lichaamscellen
voorname rol in onderhoud en verdediging v ons lichaam
bij vertering v opgenomen voedsel
instandhouding v leven
o gezond oppervlaktewater; bevat 100 000 micro-organismen per ml
breken aanwezige onzuiverheden af
waterverontreiniging op laag peil houden (watervoorziening komt nt
in gedrang)
1.2 Groepen van micro – organismen
Meeste knn ingedeeld w in volgende groepen:
o Bacteriën
o Algen
o Protozoa
o Fungi
o Virussen
,Algen (ééncellig/meercellig)
Protozoa (ééncellig) EUKARYOTEN
Fungi; gisten en schimmels (ééncellig/meercellig)
Bacteriën (ééncellig) PROKARYOTEN
Virussen (geen)
Onderling verschillen deze groepen heel erg v elkaar, ze hebben als gem.
kenmerk dat ze allemaal kleine vertegenwoordigers bevatten
ð Gelijkaardige technieken gebruikt om ze te bestuderen, te cultiveren en te
identificeren
Bacteriën = prokaryote organismen
o Geen echte kern
o Geen membraanomgeven organellen
o (Eu)bacteriën
o Archae
Ontdekt in extreme omgevingen zoals hete waterbronnen, vulkanen,…
waardoor ze bijzondere eigenschappen vertonen
Metabolisme bleek meer verwant met eukaryoten (ipv tot echte
bacteriën)
alle medisch bel.
bacteriën en
bacteriën die
gebruikt w vr
humane toep.
Algen, fungi en protozoa = als planten en dieren eukaryote organismen
o Echte kern
o Membraanomgeven organellen
o Algen = diverse groep v eukaryoten met celwand
fotosynthese
o Protozoa = ééncellige eukaryoten zonder celwand
heterotroof = organisch materiaal bekomen via andere organismen
gn fotosynthese
o Fungi = bevatten een celwand opgebouwd uit specifieke suiker (chitine)
heterotroof
Opgedeeld in:
Ééncellige gisten
Meercellige schimmels
(Eu)bacteriën, Archae, Eukaryoten vormen 3 domeinen vh leven
1ste indeling in ‘boom vh leven’ = toont genetische verwantschap tss
organismen aan
, Virussen (NIET in ‘boom vh leven’)
o hebben GEEN celstructuur
o stukje genetische info (DNA of RNA) dat omgeven is dr eiwitmantel
o ≠ levende wezens knn niet zelfstandig voortplanten
1.3 Prokaryoten versus eukaryoten
Zie Celbio en tekeningen
Prokaryoot Eukaryoot
Grootte: 0,1 – 10 µm 10 – 100 µm ( > 7 µm)
DNA: 1 circulair chromosoom Meerdere, lineaire
Geen kern chromosomen
+ plasmiden Kern
Organellen: Geen Wel aanwezig
Ribosomen: 70S 80S
Celwand: Wel aanwezig Dier: geen
(complex) Plant: wel (eenvoudig)
Groepen: Eubacteriën Algen
Archae Protozoa
Fungi
Tabel 1: Verschillen tss pro – en eukaryoten
1ste levende wezens op aarde waren prokaryoten eukaryoten uit ontstaan
o Kern gevormd dr instulping v celmembraan
1ste eukaryoot bevat kern gn organellen
o Primitieve eukaryoot nam prokaryoten op in zijn cel samenleving tot stand
gn zelfstandige organismen meer
w celorganellen (chloroplasten en mitochondriën)
ð Ontstaan vd celorganellen doordat prokaryoten zijn gaan samenleven in
eukaryote cel
= ENDOSYMBIOSE – THEORIE ( zie figuur)
1.4 Nomenclatuur
= naamgeving
Aangepaste naam aan ieder levend organisme
ieder afzonderlijk soort of species w aangeduid met dubbele Latijnse naam
o 1ste naam = genus of geslacht met hoofdletter
Vaak afkorting eerste letter
verwijst nr persoon die een vertegenwoordiger v dit geslacht beschreef of
nr voorname eigenschap vb. Escherichia,
Staphylococcus,…
o 2de naam = soortnaam of speciesnaam met kleine letter
aanduiding v vindplaats, kleur , vorm vb. Escherichia coli,
Staphylococcus aureus
Variëteiten = binnen een soort verschillen voorkomen die onvoldoende zijn om
nieuwe indeling te verantwoorden
Latijnse geslacht – en soortnaam w vr elk organisme cursief getypt
Triviaalnaam = vb. kokken gonokok Neisseria gonorrhoeae
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lizedilen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.