Samenvatting 25 MC Oefenvragen Antwoorden Culturele Antropologie
687 views 7 purchases
Course
Culturele antropologie
Institution
Hogeschool Windesheim (HW)
Book
Allochtonen in de multiculturele samenleving
Samenvatting studieboek Allochtonen in de multiculturele samenleving van Siep van der Werf, S. Van Der Werf - ISBN: 9789062832835, Druk: 6, Uitgavejaar: augustus 2 (Oefententamen)
Oefenvragen culturele antropologie
1. Als we spreken van een samenleving met een mengeling van afkomsten die men kan zien
aan uiterlijke kenmerken dan spreken we van een:
a) Multiculturele samenleving
b) Multi-etnische samenleving
c) Gemengde samenleving
d) Culturele samenleving
2. Een groot deel van deze bevolkingsgroep zijn spijtoptanten, we spreken hier over de
bevolkingsgroep:
a) Surinamers
b) Antillianen
c) Indische Nederlanders
d) Molukkers
3. Wat is de definitie van condicíon migrante:
a) Men is bereid van een andere cultuur te leren
b) Men stelt zich in op een tijdelijk verblijf
c) Ondanks de grote verschillen tussen culturen, deze toch allemaal over een kam
scheren
d) De toestand waarin migranten leven
4. Wat is geen kenmerk van de Mediterraanse cultuur:
a) Sterk gevoel van intimi en buitenstaanders
b) Grote wij-cultuur
c) Kritiek voor je houden
d) Eer speelt een grote rol
5. Achmed woont nu al 5 jaar in Nederland. Hij heeft zich helemaal aangepast aan de
omgeving en zijn eigen cultuur over boord gegooid. Hier is sprake van:
a) Separatie
b) Marginalisatie
c) Assimilatie
d) Integratie
6. Wat is geen verklaring voor de groei van allochtonen in Nederland
a) Weinig remigratie
b) Veel huwelijken
c) Gezinshereniging en gezinsvorming
d) Samenstelling van gezinnen
7. Antonio is in de jaren 70 naar Nederland gekomen vanwege de slechte economische
omstandigheden in zijn eigen vaderland. Onder welke bevolkingsgroep valt Antonio:
a) De arbeidsmigranten
b) De vluchtelingen
c) De Surinamers
d) De Molukkers
8. Wat is geen zuil van de Islam:
a) Lijkverbranding
, b) Gebed 5x per dag
c) Godsdienstige belasting
d) Geloofsbelijdenis
9. Sharida komt voor haar studie 4 maanden naar Nederland. Zij woont zelf in Kaapstad. Wat
moet zij doen voordat zij naar Nederland komt:
a) Naar het AC aanmeldcentrum
b) Een aanvraag indienen bij de ambassade in eigen land voor MVV
c) Uitschrijven uit bevolkingsregister in Zuid-Afrika
d) Een voogd regelen in Nederland
10. Lisette is sinds 3 maand verhuisd vanuit Nederland naar Congo. De cultuur daar is zo
anders dat ze het heel moeilijk vindt om daarin te kunnen functioneren, hierdoor zit ze ziek
thuis. In welke fase van het migratieproces zit zij:
a) Evenwichtsfase
b) Euforie fase
c) Cultuurschok fase
d) Acculturatie fase
11. Jan en Wong zitten in dezelfde klas. Jan is een Nederlander en Wong is een Chinees. Jan
vind Wong maar niks omdat hij raar eten eet, rare gewoontes heeft en omdat hij rare
kleren draagt. Er is hier sprake van:
a) Cultureel relativisme
b) Universalisme
c) Pluralisme
d) Etnocentrisme
12. Wat is waar over de gezondheidszorg in allochtone landen:
a) Er wordt weinig medicatie gegeven
b) De patiënt en de artsen staan gelijk
c) Er is weinig bloedafname
d) Er is weinig tot geen verschil tussen particuliere- en overheidsziekenhuizen
13. welk van de volgende stellingen is juist:
1. de Jihad behoort tot de 5 zuilen van de Islam
2. Hindoestanen geloven maar in een god
a) Stelling 1 is juist en stelling 2 is onjuist
b) Stelling 1 is onjuist en stelling 2 is juist
c) Beide stellingen zijn juist
d) Beide stellingen zijn onjuist
14. Wat is geen verklaring voor de hoge werkeloosheid onder allochtone bevolkingsgroepen:
a) Er is verandering in de vraag
b) Concurrentie van vrouwen en jongeren
c) Achterstelling
d) Allochtonen willen niet alle banen aannemen
15. Fajah is een Marokkaans meisje. Zij gaat naar een gewone school maar zij heeft moeite
met de Nederlandse taal. Daarom zit zij voor Nederlands in een aparte klas. Er is hier
sprake van:
a) Internationale schakelklas
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Leonieke1995. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.