100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting leerdoelen thema 9 ziekte en gezondheid oorzaken van ziekten leerjaar 1 semester 2 Geneeskunde Rijksuniversiteit Groningen $5.88
Add to cart

Summary

Samenvatting leerdoelen thema 9 ziekte en gezondheid oorzaken van ziekten leerjaar 1 semester 2 Geneeskunde Rijksuniversiteit Groningen

 15 views  3 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is een uitgebreide samenvatting van thema 9 ziekte en gezondheid.

Preview 4 out of 94  pages

  • June 15, 2021
  • 94
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Thema 9
Week 35 en 36
Leerdoelen:
Fysiologie
1. Kennis van de fysiologie van stress, het autonome zenuwstelsel en de rol van de
bijnieren en inzicht in de fysiologische response op stress, inclusief de Hypothalamic-
Pituitary-Adrenal (HPA) axis.
2. Kennis van oorsprong van het begrip/concept ‘stress’ en inzicht in hoe dit
begrip/concept een veel bredere betekenis en toepassing heeft gekregen onder
invloed van o.a. feedback loops tussen wetenschap en samenleving.
3. Notie hebben van de discussies die de afgelopen twee eeuwen zijn gevoerd over de
effecten van het moderne leven en de moderniserende maatschappij op de
lichamelijke en mentale gezondheid van burgers.
4. Kennis van de relevantie van de klassieke traditie van ‘airs, waters, places’ en de
bijbehorende opvattingen over gezondheid, evenwicht en dynamische interactie
tussen individu en omgeving.
5. Kennis van stress als stimulus.
6. Kennis van stress als een interactie tussen de situatie en de persoon.
7. Kennis van de directe en indirecte relatie tussen stress en ziekte.
8. Kennis van het stress-coping model.
9. Kennis van coping stijlen/strategieën en de relatie tussen coping en
gezondheidsuitkomsten.
10. Kennis van persoonlijkheidsmodellen en de rol van persoonlijkheid bij het omgaan
met ziekte/stress.
11. Kennis van de typen en functies van sociale steun en de rol van sociale steun bij het
omgaan met ziekte/stress.
12. Kennis over cognitieve gedrags- en mindfulness benaderingen om de patiënt te leren
omgaan met ziekte en stress.
13. Kennis van de invloed van contextuele factoren op patiënten en zorgverleners in de
gezondheidszorg.
14. Kennis van de onderlinge relaties tussen omgeving, organisatie en zorgverlening.
15. Kennis van hoe aanpassingen aan de omgeving kunnen worden gebruikt om stress te
verminderen bij patiënten en zorgverleners.

3 perspectieven/theorieën van stress
1. Als stimulus
a. Hoe meer stressvolle situaties (stressoren), hoe meer stress
b. Elk event heeft een ‘life change unit’. < 150 LCU goede gezondheid, > 300 LCU
gezondheidsproblemen. Bijv: ziekte 53 LCU, vakantie 13 LCU.
c. Sociale aanpassing is "de intensiteit en de duur van de tijd die nodig is om
zich aan een levensgebeurtenis aan te passen, ongeacht de wenselijkheid van
deze gebeurtenis", waarbij de nadruk werd gelegd op het feit dat zowel
positieve gebeurtenissen als negatieve gebeurtenissen enige aanpassing van
het individu vergen.
d. Beperkingen life event theorie:

, i. Wat voor een negatief is kan voor ander minder negatief of zelfs
positief zijn.
ii. Ook zogenoemde positieve gebeurtenissen (huwelijk, vakantie)
kunnen stressvol zijn.
iii. Sommige gebeurtenissen minder waarschijnlijk op bepaalde leeftijd.
iv. Houdt geen rekening met hoe iemand met de gebeurtenis omgaat.
v. Niet alleen aantal events, maar ook ‘type’ event is belangrijk.
e. Kleinere problemen ‘hassles’ hangen sterk samen met negatieve mentale en
fysieke resultaten, zelfs wanneer wordt gecontroleerd voor belangrijke
levensgebeurtenissen. Positieve events ‘uplifts’ worden grondiger erkend bij
degenen die hassles-benadering volgden, i.p.v. de levensgebeurtenistheorie.
2. Als transactie (stress coping model); zie hieronder
a. Afstandelijke reactie: het innemen van een afstandelijke, vaak
wetenschappelijke, kijk op een gebeurtenis of stimulus om emotionele
activering te verminderen.
b. Ontkenningsreactie: het innemen van een standpunt dat alle negatieve
implicaties van een gebeurtenis of stimulus ontkent. Indien onbewust, wordt
dit beschouwd als een afweermechanisme.
c. Beoordelingen: interpretaties van situaties, gebeurtenissen of gedrag die een
persoon maakt.
d. Lazarus werk (zie hieronder)
3. Fysieke/biologische respons
a. Stress maakt je ziek; direct en indirect
b. Droge mond, hoge hartslag en ademhaling door
adrenaline
c. Algemene adaptatie syndroom (stadia stress): (1)
alarmreactie, (2) weerstandsvermogen en (3)
vermoeidheid.
d. Fysiologische gevolgen, zoals immuun-disfunctie en
cardiovasculaire reactiviteit.

Lazarus werk
Studenten werd gevraagd naar stressvolle film te kijken met verschillende instructies:
1. Intellectuele beschrijving
2. Focus op plezier i.p.v. pijn
3. Focus op pijn
➔ Meeste stress in groep 3
Conclusie: ‘framing’ en percepties (hoe je naar iets kijkt) spelen een grote rol.

Stress coping model
• Stress is subjectief en een dynamisch proces in de tijd. Het is een interactie tussen
individu en stressor – Lazarus en Folkmann 1984
• Primaire beoordeling: kwaliteit en oorsprong stressor. Is het belangrijk? Is het goed,
slecht of neutraal? Is het kwaadaardig, uitdagend of bedreigend?
o 2 beoordelingen: (1) motivationele relevantie (mate waarin de gebeurtenis
relevant wordt geacht voor iemands huidige doelen of verplichtingen) en (2)
de andere van motivationele congruentie (mate waarin de situatie wordt

, waargenomen als congruent met de huidige doelen). Stress was waarschijnlijk
in situaties waar de relevantie hoog en de congruentie laag was.
• Secundaire beoordeling: hoe ga ik hiermee om? Welke interne en externe bronnen
helpen me (fysieke kracht, geld, ondersteuning)?
o Interne/externe verantwoordelijkheid: self-blame of other-blame
o Probleemgericht of emotiegericht




Stressor kenmerken
➔ Dreigend
➔ Onverwacht moment in leven
➔ Onvoorspelbaar
➔ Dubbelzinnig: persoonlijk, potentieel risico of schade betrokken of onwenselijk
➔ Geen controle over
➔ Levensverandering

Types stressoren
Acuut: meteen fysiologische adaptatie nodig (aangevallen worden)
Chronisch: fysieke stressoren zoals ziek zijn of overleven
Lange termijn behoeftes: niet goed met dealen, zoals pijn
Psychosociaal: betrekking cognities, emoties, gedragsresponsen en fysiologische opwekking

Stress
Het "behoud van middelen" model voor stress (Hobfoll): individuen worden verondersteld te
werken aan het behoud of de bescherming van hun gewaardeerde middelen (b.v.
voorwerpen, rollen, persoonlijke eigenschappen zoals zelfwaardering, energie, tijd, geld,
vaardigheden). Hobfoll suggereert dat stress zal ontstaan wanneer er een feitelijk of
dreigend verlies van middelen is of een gebrek aan winst na het investeren van middelen.
1. Acute stress
a. Catastrofaal: wereldrampen -> kan leiden tot PTSD. Coping-zelfredzaamheid
(de overtuiging dat men een bepaalde coping-respons kan uitvoeren in een
bepaalde set omstandigheden) helpt bij het verminderen van stress.
b. Examenstress: meer roken, alcohol, slecht eten, cafeïne, minder bewegen.
Vaak stress-reactiviteit (fysieke respons, zoals hoge hartslag en RR).
c. Symptomen: paniek, angst, fobie, kwetsbaar, schuld, isolatie, frustratie,
disoriëntatie, slecht slapen en eten, slechte hechting, etc.
2. Chronische stress

, a. Beroep: vaak stress door demand (werkdruk, deadlines, variërend), weinig
beheersbaarheid (baas) en voorspelbaarheid (flexibel). Ook vaak dubbelzinnig
(niet weten wat er verwacht wordt of wat je baan nou inhoudt).

Coping
• Coping is alles wat iemand doet om de impact van de stressor te verminderen (bijv.
huilen). Hierbij 2 doelen: (1) veranderen van stressor dat stress veroorzaakt of (2)
interpretatie en beheersen/verminderen van negatieve emoties. Dit betrekt veel
cognities en beoordelingen van een persoon die worden beïnvloed door vele
factoren.
• Biologische, psychologische en sociaal-culturele factoren werken samen in de stress-
gezondheid-ziekte ervaring.
• Stress is niet zozeer de gebeurtenis, maar de manier hoe je ermee omgaat. Hoe je
omgaat met stress wordt beïnvloed door je persoonlijkheid en sociale relaties.
• Persoonlijkheid is van invloed op ongezond gedrag, zoals roken en maladaptieve
omgang met stress. Dit heeft indirecte effecten op ziekterisico en -uitkomsten.
Verder nog niet veel bewijs over directe rol van persoonlijkheid in ziekteontwikkeling.
• Sociale support is belangrijk voor emotioneel welbevinden, therapietrouw en gezond
gedrag. Het beschermt tegen de negatieve effecten van stress.
• Coping stijl: wat we gewoonlijk (geneigd zijn) doen (los van specifieke situatie). Bijv.
actief of passief/vermijdend.
• Coping strategieën: strategieën die gebruikt worden in een specifieke situatie
• Adaptieve coping is flexibele coping zoals zoeken van emotionele steun. Het kost je
moed en wijsheid, je moet het accepteren dat je er niks aan kan veranderen. Emoties
zorgen voor betere adaptatie.

Succesvolle adaptatie stressor:
− Verminderen schadelijke externe condities
− Beheersen of aanpassen aan negatieve stressoren
− Behouden positief zelfbeeld
− Onderhouden emotioneel balans en verminderen emotionele stress
− Onderhouden relatie met omgeving of anderen

Probleem- of emotie-gefocuste coping
Probleem-gefocust coping Emotie-gefocust coping
• Planning hoe om te gaan met een • Acceptatie
probleem • Positieve beoordeling, ‘silver lining’
• Onderdrukken concurrerende • Emotionele support
activiteiten • Woede ventileren
• Zoeken van info • Bewijzen
• Probleem oplossen • Bidden

Actieve of passieve coping
Benadering, monitoring, actief Ontwijken, afstompen, passief

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gnkvpksamenvattingen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.88  3x  sold
  • (0)
Add to cart
Added